baron ruzettelaan 35 | 8310 brugge | tel (050) 36 71 71 | fax (050) 35 68 49 | www.wvi.be
Wielsbeke RUP kasteel Bijgaand bij het besluit van Deputatie van de Provincie West-Vlaanderen houdende goedkeuring van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Kasteel’ (Wielsbeke)
maart 2008
Goedkeuringsbeslissing met ref.: RP/DEP/08/217, Brugge, 3 juli 2008 De provinciegriffier, (Get.) Hilaire OST
De gouverneur-voorzitter, (Get.) Paul BREYNE
algemeen directeur Geert Sanders
coördinator cel ruimtelijke planning David Vandecasteele
ruimtelijk planner Ilse Verstraeten
datum
aanpassing | fase
23|04|2007 22|08|2007 30|08|2007 16|10|2007 november 2007 maart 2008
opmaak schetsontwerp bespreking met gemeente opmaak voorontwerp plenaire vergadering opmaak ontwerp n.a.v. de binnengekomen adviezen aanvulling n.a.v. de ingediende adviezen tijdens het openbaar onderzoek
t oe l i c h t i n g
1
inleiding
3
feitelijke ruimtelijke context
4
1. 2.
situering................................................................................................................................................................... 4 bestaande ruimtelijke structuur............................................................................................................................ 5
juridisch ruimtelijke structuur 1. 2.
juridisch kader........................................................................................................................................................ 7 vergunningen.......................................................................................................................................................... 7
planningscontext 1. 2.
8
bovenlokaal niveau................................................................................................................................................. 8 lokaal niveau......................................................................................................................................................... 10
gewenste structuur | planopzet 1. 2.
7
11
planning gelinkt aan visie GRS Wielsbeke..........................................................................................................11 wijzigingen doorgevoerd t.a.v. GRUP Kasteel (BD 15-06-2006)....................................................................... 12
watertoets
16
trage wegentoets
19
op te heffen voorschriften 1.
limitatieve opgave van de voorschriften die worden opgeheven door het GRUP.......................................... 19
planproces 1. 2.
19
20
voorontwerp.......................................................................................................................................................... 20 ontwerp.................................................................................................................................................................. 21
stedenbouwkundige voo r s c h r i f t e n
23
algemene bepalingen
25
z on e 1 : g e m e n g d e z on e o n d er de vorm van gesloten en halfopen bebouwing
29
z on e 2 : z on e v oor é é n g e z i n s woningen onder de vorm van open en halfopen be b ou w i n g 33 z on e 3 : p r oj e c t g e b i e d w on e n
37
z on e 4 : l o k a l e v e r b i n d i n g s w eg
45
z on e 5 : l o k a l e on t s l u i t i n g s w eg
46
z on e 6 : l o k a l e w e g m e t v e r b lijfsfunctie
48
bijlage
51
i n h ou d
t oe l i c h t i n g
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
inleiding Herziening van het GRUP Kasteel, goedgekeurd door de Bestendige Deputatie van de Provincie WestVlaanderen dd. 15-06-2006. Het GRUP Kasteel (dd. 15-06-2006) betrof een gedeeltelijke vervanging van het BPA nr. 5 Het Kasteel met MB dd. 18-07-1989.
Het GRUP Kasteel werd opgemaakt met het oog op het wegwerken van enerzijds een aantal niet-gerealiseerde bestemmingen en anderzijds van een aantal achterhaalde dimensioneringen inzake maatvoering van het openbaar domein, zoals voorzien in het BPA nr.5 Het Kasteel. Ook was het de intentie van het GRUP om in de achtergelegen gebieden, de zogenaamde binnengebieden, de mogelijkheid te scheppen kwalitatieve woonprojecten te realiseren. Doch, deze voorschriften waren niet altijd even werkbaar, vandaar dat een herziening van het GRUP zich opdringt. De herziening heeft aldus betrekking op het verfijnen en herschikken van een aantal voorschriften binnen de verschillende bestemmingszones.
wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
feitelijke ruimtelijke contex t 1. situering Het GRUP Kasteel situeert zich binnen de gemeente (en eveneens deelgemeente) Wielsbeke. Het plangebied is gelegen aan de samenkomst van de wegen Rijksweg (N357) en de Heirweg Andere wegen die het plangebied begrenzen zijn de Parkstraat (oosten) en de Hernieuwenstraat (zuiden). De N357 was tot voor kort een belangrijke intergemeentelijke verbindingsweg. Met de aanleg van de N382 (een secundaire weg type I) in 2002, reeds gedeeltelijk gerealiseerd tot aan de Ridder De Ghellinckstraat, is de N357 verlaagd in categorie tot lokale ontsluitingsweg (zie 2.1.4. gewenste verkeers- en vervoersstructuur). De verdere doortrekking van de N382 en gedeeltelijke herinrichting van de N357 op het grondgebied van Ingelmunster tot aan de N50 te Ingelmunster is gepland. Het plangebied wordt begrensd door: ten noorden: de Heirweg ten oosten: de Parkstraat ten zuidoosten: de Hernieuwenstraat ten zuidwesten: de Rijksweg (N357) Het GRUP Kasteel heeft een oppervlakte van ca. 5,17 ha.
Kaart 1: Situering GRUP Kasteel op topografische kaart
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
2. bestaande ruimtelijke struc tuur Het gebied bevindt zich midden in het centrumweefsel met vooral gesloten bebouwing (historische lintbebouwing) langsheen de Rijksweg. Meer oostelijker is de bebouwing opener (langsheen de Parkstraat met het RVT Ter Lembeek, het gemeentelijk recreatiepark ‘Domein Hernieuwenburg’ en verder de recentere verkavelingen tussen Wandellaan en Waterstraat). Binnen het plangebied bevinden er zich volgende elementen: gesloten bebouwing langsheen de Rijksweg open bebouwing langsheen de Parkstraat en Hernieuwenstraat een groen binnengebied aansluitend op een ‘pijpekop’ vanuit de Parkstraat waarop 2 alleenstaande gebouwen (electro en schilder- en decoratiewerken) geënt zijn een braakliggend terrein met bouwvallig gebouw op de hoek Rijksweg/Heirweg Nevenfuncties in de open bebouwing langsheen de Parkstraat Een voormalige galerij in uitverkoop langsheen de Rijsweg verschillende werkplaatsen, café, kapsalon, superette langsheen de Rijksweg gesloten bebouwing op de hoek Heirweg/Waterstraat
Kaart 2: Situering GRUP Kasteel op orthofoto
wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
Parkstraat
Doodlopende straat naar binnengebied, bedrijfsgebouwen
Binnengebied
Heirweg
Projectgebied hoek Heirweg
Hernieuwenstraat
Hoek Heirweg - Parkstraat
Rijksweg
Rijksweg
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
á el
win k
á
A he kk en
og sta
k
á vt
k
't P ar
é éé éé éé
WG
éé éé éé éé
D
T
visvijver
T
1^
á
vt
1^1
D
D
D
D
1^1
2^
(k lin ke r
á
éé éé éé éé éé éé éé
éé éé éé
DBGDh D o
m éé m ig 1^ é gr oe D ééé n éé D éé T éé éD 1^1 éé éé D éé éé éé éé éé D é T éé 1^1 éé éé éé éé T
en str aa t
á
éé He éé rni é euw
)
vt
toerit (grind)
á
á
é éé ééé éé éé é
(g rin d)
)
ca éé fé éé é éé ( éé ééé asfa é lt
éé éé éé éé éé éé éé éé éé é éé ééé é éé
1-
2^
s)
á á
éé éé éé éé éé éé éé éé éé éé éé éé éé é
DD DD D DDDD
á
D
D D D
D D D
á )
á
te rra s
1^
1^2
á
he
D
D
toonza al
ééé
éé éééé ééééé éééé éééé éééé
D D
D D
á
á
ééééééslagboom ééééééééé ééééééééé éé
ééé ééé ééé éé
A
c
ééév éoeétpéa dé é
Desmet & zone Hout n
He irw eg
s)
t
straa
D D
ééé éééé
) g
we
He ir
é éé éé éé
éé éé (g éé éé ra
g
He irw e
Mole n
D
éé
aa t
éé
ns tr
éé éé é é éé éé éé éé éé éé éé éé é éé éé éé éé é
He rn ieu we
éé éé
g
á
á
irw e
éé éé éé éé éé éé éé
He
á
éé éé
straat
éé éé éé éé éé éé éé
á
Molen
D
vt
vt
11-
á
2^1
DD D
D D D vt
á
wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
Kaart 4: Uittreksel uit de atlas der buurtwegen
vt
D
1-
T
á
e sw
Kaart 3: Grup Kasteel goedgekeurd bij BD 15-06-2006
1^1
T
vt
k Dir frit
1:1.000
visvijver
A
éé éé éé
¯
é éé
50 Meters
k Rij
25
D
tie isa ox ie at in ct m in tru ba to n ns bv it-au erpe /co ie n t g co ite tw in tila Eli tric non erk ven elc sig bew le de at trië pla dus in
1^ 1-
D D D
T
1-
be 1ja ar 11de nw on A in ge n
s) er nk
Zone 6: Lokale weg met verblijfsfunctie
ts la ef ic ies rv Dr Se e n D
Deelzone voor gemengd wonen
vt
á
Deelzone voor ambachtelijke bedrijvigheid
0
¯
1:1.000
id he
1-
éé A éé Het was de bedoeling beide verkavelingen op te laéé éé éé éé ten heffen, reeds bij de opmaak van het éé eerste GRUP D é éé éééééééé ééé ééééééé éé éééééé Kasteel. ééDoch, zowel bij deé voorlopige ééals bij de defiéééééé DD é é é é é nitieve vaststelling van dit GRUP, isDdit niet expliciet opgenomen in de gemeenteraadsbeslissing. Vandaar dat in onderhavige herziening, beide verkavelingen terug vermeld worden om ze te laten opheffen. 1-
Zone 3: Woonprojectzone
Zone 5: Lokale ontsluitingsweg
50 Meters
2^1
11^1 2^
é éé éé we jks Ri
25
2^1
vt
T
th
T
1-
á
0
Zone 2: Zone voor ééngezinswoningbouw onder de vorm van open en halfopen bebouwing
vt
A
(kli
woeste grond
zone 1
Zone 1: Gemengde zone voor woningbouw onder de vorm van gesloten en halfopen bebouwing
boom
rs) ) falt (as
WG
D
T
DD
brandweerweg
D D TD DD
ke
bouwland
t aa
weiland
BL
n (kli
Verklaring bij de bestemmingzones
WL
vt
t uu stit sin
á
zonegrens
T
uiterste bouwgrens
ine n dw lo Lu psa Ka
rooilijn
voortuin
é éé éé
wachtmuur
elektriciteitscabine tuinhuis
11-
1^1
1-
T
éé
h
tuin
T
1^
á
RUST & VERZO "TER LEMBEE
on D D ho Kaart 5: Geldende verkavelingen binnen A D het plangebied / sc lon lle D D van onderhavig GRUP KasteelkaBpseaau-Be
é éé
vt
parking
1-ontha
2-
C sc arlo h
vt D D D
1974/56-
T dd 30/09/1977
T
2^
binnen- kamers tuin p
kamers
vt
1^
1^
n)
1-
áá
th
muur
zone 3
grens GRUP
Zone 4: Lokale verbindingsweg
a
ondergrondse garage
D vt
é éé
T
houten schutting
koppelteken
2^
éé áá
haag
kapel
g éé sla op tro re ke /bis de le 2^ be nt en tra ille aura Go cen W st 2^ n rc re Ma nke a Dr s T at la p T rk we 2^
to
bi
1-
A
T
é éé
ééééé
A
)
bomenrij
Verordenend grafisch plan
h
~
betonplaten DDDD
inrit
)
perceelsgrens zone 3
zone 5
1^
e (b
éé éé éé éé
keuke
1-
restauran
1-
D D
D D
th
2^
á
æ
garage
s er nk
verkavelingen in plangebied
bushalte fietsenstalling
li (k
á
waterpartijen
2^
rs ke lin (k
g we
¾
overkapping
2^
)
ks
privaat karakter
2^3
s at pla rk we
vt
n gen iae rin iss e M rzek iep ve il F BC 2^1 K
T berging
2^3
vt
) as (gr
DD
á
at
rs ke lin (k
tra
Rij
) c
grens GRUP
zone 2
zone 1
Verklaring bij de grafische voorstelling
T
Plan bestaande toestand
zone 6
T
1-
¾
th
1^
er
keuken
mortuarium afdeling dementie
ild Lam éé éé er- e bre n ch éé éé T deco t ra éé éé DtieD we T éé rk éD 1^1 é
WL
T
2^1
D
D
D DD
T
T
D
)D
T
3-
1-
Dv t
T
á
k" da
1^1
g) sla en 2^ te (s 2^1
T
1986/122dd 23/10/1987
rt
tro lec
c
n fé ze ca gla "t
rks Pa
zone 3
poo
WL
)
á
al
D
D
D
D
D
DD
á
lt) sfa (a ) lt fa
g
l ge vo op de rko Vin ve l rij . uit a le p za Ga Sto on to
vt
A
á
vt
DD DD
2^
) lag
WL
DD
BG WG
zone 2
s)
v
1^2
hoogstammig groen
A
e ckx yn Str
á
1^
vt
T
h
áá
(gra
1^
2^
ens (ste
D DD D D DD D groenzoneD D D
2^
n re lie pu po
2^
s)
ab rs M oto M
we
2^ zone 3
zone 1
T
1-
1^
1^1
ééééééééééé voetpad
D DD
lt)
(dolom iet)
T
T
T
DD
sfa (a
A
WL
T
DD wandeltuin D 1^ DD DD D D T D D D D D D D D D DD D vt D 1^1 DD D éé é D éé v t D é T éé éé éé 1^1 éé éé éé éé éé vt é éé é T 2éé éé éé é D vt éé é é D 1^ éé D é ) s D 1^1 (gra D D
á
er nk
T
g as nza we ( too jks Ri rt be po
ks
zone 1
2^1
li lt) (k
2^
en
1^
D DD
d
Rij
zone 4
2^
sfa (a
a tsp
1^
BL
k er s at k w pla pla rk ye we erle V
2^1
d
zone 1
á
fie
Wa
terstraat
1-
éé é éééééé éé é
T
tr rks Pa
ad etp
zone 2
s at pla 2^ rk we
á
éé
vt
loods
é éé éé
vo
pa ééets éaéd fi
etp
2^
zone 1
zone 6
e er ey m ing De e d tte e vo e r n pe e su em alg
é
1-
n rke we lt) sfa (a
vo
2^
2^
WL
as gr erm b WG
Aan de rand komen evenwel de Sentier nr. 23 en 16 voor, die heden ten dage opgenomen zijn in het wegennetwerk van de gemeente Wielsbeke. nr. 16 = Waterstraat nr. 23 = Hernieuwenstraat
ééé
2^1
1^
llig wva 1^ bou
WG
1^
2^
1^1
2^
éé éé éé éé éé éé éé éé éé éé éé
é éé
s (a
éé
t éé v éé
2^
WG
1-
) falt
1-
éééé
vt
2^
æ
WL
t tie ch re ora m b ec La n d rlo er e Ca hild sc
1.2. atlas der buurtwegen )ééééé a Er lopen geen voetwegen door het plangebied begrepen binnen onderhavig GRUP Kasteel. 1^
1^
t
é
2^1
fé ca den 1^ in
r he
1^
lag)
1^
1^
Decon tuinm inck/Decle eu rck terraco belen country tta - deco - teak ratie
(steens
lt) (asfa
eg sw
lt)
1^
a rv ve
jk Ri
(asfa
2^
á
1^
1.1. gemeentelijke RUP’s Het GRUP Kasteel werd goedgekeurd door de Bestendige Deputatie op 15-06-2006.
Driesstr aat
1^
2^
WL
Tribu Excuisite Furniture
2^
é
Door de goedkeuring van het GRUP Kasteel (BD 1506-2006), zijn de voorschriften en de bepalingen van het gewestplan Roeselare - Tielt (KB 17-12-1979) en de voorschriften en de bepalingen van het Bpa Kasteel (MB 18-07-1989), voor wat betreft de percelen opgenomen in het plangebied van het GRUP Kasteel, opgeheven.
2.1. verkavelingsvergunningen Er zijn 2 verkavelingen binnen het plangebied van DDD kracht, met name: VK 1974/56 goedgekeurd dd. 30-09-1977 ~ VK 1986/122 goedgekeurd dd. 27-08-1986 met á á t wijziging dd. 23-10-1987 raa rst ate W
á
1. juridisch kader
2. vergunningen
n lle
Het GRUP werd opgemaakt met het oog op het wegwerken van enerzijds een aantal niet-gerealiseerde bestemmingen en anderzijds van een aantal achterhaalde dimensioneringen inzake maatvoering van het openbaar domein, zoals voorzien binnen het BPA nr.5 Het Kasteel. Ook was het de intentie van het GRUP om in de achtergelegen gebieden, de zogenaamde binnengebieden, de mogelijkheid te scheppen Drkwaliiesstra at tatieve woonprojecten te realiseren. Doch, deze voorschriften waren niet altijd even werkbaar, vandaar dat dit GRUP herzien wordt.
á
juridisch ruimtelijke str u c tuur
planningscontext De uitspraken over de gewenste ruimtelijke structuur vormen het uitgangspunt voor de genomen planopties. Enkel de elementen van belang voor onderhavige herziening van het GRUP Kasteel, worden aangehaald.
1. bovenlokaal niveau
1.1. RSV Wielsbeke is gelegen in het buitengebied, in de noordrand van het stedelijk netwerk op Vlaams niveau “regio Kortrijk”. Stedelijke netwerken op Vlaams niveau zijn door hun ligging en samenhang van infrastructurele, ecologische, functioneel- en/of fysiek-ruimtelijke kenmerken structuurbepalend voor Vlaanderen.
De “regio Kortrijk” bestaat uit de stedelijke gebieden Roeselare, Kortrijk, Menen en Waregem, waarbij de twee eerstgenoemde stedelijke gebieden regionaalstedelijke gebieden zijn, Waregem een structuurondersteunend kleinstedelijk gebied en Menen een kleinstedelijk gebied op provinciaal niveau. De regio Menen-Kortrijk-Waregem wordt onderkend als onderdeel van het grensoverschrijdend stedelijk netwerk Kortrijk-Rijsel-RoubaixTourcoing-Moeskroen. Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen heeft voor de periode 1992-2007 de behoefte aan bijkomende woningen geraamd op 400.000 woningen, waarvan het aantal bijkomende woningen voor de provincie West-Vlaanderen bepaald is op 69.248 woningen. De verdeling van dit bijkomend aanbod in stedelijke gebieden en in de kernen van het buitengebied is voor West-Vlaanderen bepaald op 67 % versus 33 %. De verdeling
van het aantal woningen naar het gemeentelijk niveau in het buitengebied is een taak van de provincie. In het buitengebied is Wielsbeke geselecteerd als specifiek economisch knooppunt. In deze voor Vlaanderen strategische lokaties worden de economische ontwikkelingen gestimuleerd en geconcentreerd. Daardoor worden de economische potenties geoptimaliseerd binnen de bestaande economische structuur. Het creëren van een ruimtelijk aanbod aan bedrijventerreinen in de economische knooppunten maakt het mogelijk dat economische en ruimtelijke strategieën elkaar ondersteunen. Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen heeft bepaald dat van de nieuwe bedrijventerreinen 76 tot 81% moet voorzien worden als lokaal en regionaal bedrijventerrein of bedrijventerrein voor historisch gegroeide bedrijven in de economische knooppunten en 19 tot 24% als lokale bedrijventerreinen en als bedrijventerreinen voor historisch gegroeide bedrijven in de gemeenten buiten de economische knooppunten. Op basis van dit aandeel worden in West-Vlaanderen een vraag van 1,222 ha ‘af te bakenen bedrijventerreinen’ en 815 ha ‘reservegebieden’ aangegeven, waarvan respectievelijk 990 en 660 ha moet gesitueerd worden binnen economische knooppunten. De verdeling van de oppervlakte bedrijventerreinen naar het gemeentelijk niveau is een taak van de provincie. Binnen het RSV wordt geopteerd voor een optimalisering van het bestaande wegennet op basis van een functionele categorisering. De categorisering is gebaseerd op het selectief prioriteit geven aan ofwel de bereikbaarheid ofwel de leefbaarheid. Functioneel heeft men drie hoofdfuncties: de verbindingsfunctie, de verzamelfunctie en de functie van het toegang geven. Op basis
hiervan wordt enerzijds een onderscheid gemaakt tussen hoofdwegen, primaire wegen, secundaire wegen en lokale wegen. Hoofdwegen en primaire wegen worden op Vlaams niveau afgebakend. Voor Wielsbeke is volgende selectie van belang. A14/ E17, A17 en A10/E40 zijn geselecteerd als hoofdweg. Een hoofdweg verbindt groot- en regionaalstedelijke gebieden in Vlaanderen met stedelijke gebieden er buiten. De N382, van Waregem (A14) tot de N43 te Waregem en de N36, van de A14 tot Harelbeke zijn geselecteerd als primaire weg II. Deze wegen verzorgen de verbinding van het stedelijk netwerk ‘regio Kortrijk’ naar het hoofdwegennet of naar een primaire weg I toe. Het Leiekanaal behoort tot het hoofdwaterwegennet (verbinding van (inter)nationaal en Vlaams niveau). Het kanaal Roeselare-Leie wordt niet vermeld in het RSV. De spoorverbinding Gent-Kortrijk-Rijsel is geselecteerd als hoofdspoorweg voor het personenvervoer. Wat goederenvervoer betreft komt het traject via Gent, Kortrijk en Rijsel naar de Chunnel in aanmerking als alternatief voor een verlengde Ijzeren Rijn. Het tweede alternatief gaat via Gent, Tielt, Lichtervelde en De Panne naar de Chunnel. De stations Kortrijk en Roeselare zijn als hoofdstations geselecteerd. Wielsbeke behoort ook tot het buitengebied, hierdoor worden er een aantal randvoorwaarden gelegd op de ontwikkeling als economisch knooppunt. Het gevoerde beleid moet de ruimtelijke structuur van het buitengebied met de nodige respect behandelen. Bovendien is de Leievallei geselecteerd als zijnde structuurbepalend op Vlaams niveau.
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
1.2. PRS Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen is op 12 juni 2001 definitief vastgesteld door de provincieraad. Op 06/03/2002 keurde de minister het PRS goed. Wielsbeke behoort naar gewenste nederzettingsstructuur tot twee gebieden, namelijk het “bundelingsgebied van kernen gelegen op een rasterpatroon” en het “stedelijk netwerk regio Kortrijk”. De toepassing van een strikte gedeconcentreerde bundeling moet het eerste gebied ruimtelijk structureren tot een gelijkmatig verspreidingspatroon van hoofddorpen en kernen. Om te voorkomen dat de stedelijke gebieden en de kernen aaneenrijgen tot één stedelijk gebied, wordt in het stedelijk gebied een strikte bundeling van lokale voorzieningen naar kernen, gelegen op lijninfrastructurele dragers, voorop gesteld. Industriële activiteiten en de distributiefunctie worden geënt op de lijninfrastructuur en op lokaties met bimodale ontsluitingsmogelijkheden. Wielsbeke (als deelgemeente) wordt geselecteerd als structuurondersteunend hoofddorp . Het PRS geeft een indicatie naar maximale bijkomende behoefte aan woongelegenheden. Voor de fusiegemeente Wielsbeke is dit aantal gebracht op 575. 51% is hiervan reeds gerealiseerd in de periode 1991-1998. Er rest dus nog een capaciteit van 282 woningen, te bouwen vóór 2007.
Structuurondersteunende hoofddorpen zijn structuurondersteunend voor wonen en werken in het buitengebied en hebben een bovenlokale verzorgende rol. Ze kunnen voorzien in bijkomende woongelegenheden (groei huishoudens op niveau van de kern, niet kerngebonden en van andere geselecteerde kernen in het buitengebied) en in verwevenheid met het wonen hebben ze de mogelijkheid voor een lokaal bedrijventerrein van 5ha met de mogelijkheid tot uitbreiding tijdens de planperiode.
wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
Wat de gewenste ruimtelijke structuur bedrijvigheid betreft, is Wielsbeke, geselecteerd als specifiek economisch knooppunt, van essentieel belang om nieuwe investeringen aan te trekken. De provincie heeft de bevoegdheid om in specifieke economische knooppunten nieuwe regionale bedrijventerreinen, best aansluitend op de bestaande economische structuur, vast te leggen in provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen. Enige berekening naar beschikbare ruimte is hier wel vereist. Concreet heeft de provincie voor Wielsbeke de taakstelling voor nieuwe bedrijventerreinen bepaald op 42,5 ha voor de periode 1994-2007. Uitgaande daarvan berekende de provincie dat - rekening houdend met het beschikbaar aanbod aan bedrijventerreinen (in gewestplannen en gemeentelijke plannen van aanleg), in 1994 slechts 3 ha, en een nieuw bestemd aanbod van 88 ha voor de periode 1994-1999 in goedgekeurde bestemmingsplannen (gewestplanwijzigingen en bpa’s) - de gemeente per 01-01-1999 reeds 48,5 ha te veel aan bedrijventerrein bestemd gekregen heeft. Deze 48,5 ha is bijgevolg opgenomen uit het provinciaal reservepakket. Per 01-01-1999 is uiteindelijk nog 3 ha beschikbaar (bestemd op plannen van aanleg) maar nog niet aangesneden. Verder stelt het PRS dat in de Leievallei, ook in de specifieke economische knooppunten nieuwe activiteiten tot ontwikkeling kunnen komen los van clustervorming of endogene ontwikkeling wanneer deze gebruik maken van de bestaande gebundelde lijninfrastructuur. Naar gewenste ruimtelijke structuur kleinhandel richt het beleid zich op het tegengaan van een verdere uitzwerming van detailhandel over de stadsrand en in het buitengebied. Een verweving van nieuwe kleinhandelszaken met de nerderzettingsstructuur staat voorop. Het PRS selecteert in het buitengebied enkel
“te herstructureren kleinhandelslinten”, namelijk kleinhandelslinten die buiten de stedelijke gebieden en de kernen structuurloos tot ontwikkeling zijn gekomen. In Wielsbeke komen deze niet voor. Kleinhandelslinten in kernen en overige woonconcentraties en overige kleinhandel in de open ruimte worden door de gemeenten geselecteerd. Met betrekking tot de gewenste structuur van verkeer en vervoer bestaat een belangrijke taak voor het provinciaal niveau erin te komen tot een selectie van de secundaire wegen. Er wordt gekozen voor een verdere subcategorisering van de secundaire wegen in drie types (I, II en III) . De N357 vanaf de N50 (Ingelmunster) tot de aansluiting met de N382 (Oostrozebeke / Ingelmunster) nader te bepalen en de N382 in ontwerp vanaf de N43 (Waregem) tot de aansluiting op de N357 (Ingelmunster/ Oostrozebeke) nader te bepalen, zijn geselecteerd als secundaire I. Verbinding op bovenlokaal voor alle vervoersmodi over de weg (autoverkeer, openbaar vervoer, fietsverkeer) primeert hier. Hun maasverkleinende functie, die ze nu nog vaak uitoefenen, is in principe niet langer gewenst. Deze wegen hebben tevens nog een verzamelende functie, en noodzakelijkerwijs, een toegang verlenende functie. Een geselecteerde secundaire weg II van belang voor Wielsbeke is de N43, van de R8 in Kortrijk tot de N459 in Olsene. Hier primeert de verzamelfunctie op bovenlokaal niveau voor de verschillende vervoersmodi autoverkeer, openbaar vervoer en fietsverkeer. Deze wegen zijn slechts in tweede instantie verbindend. Het toegang verlenen neemt hier nog meer toe dan in de categorie secundair I. Het kanaal Roeselare-Leie is in de provincie de belangrijkste secundaire waterweg. Secundaire wa
terwegen vervullen een ontsluitingsfunctie naar het hoofdwaterwegennet. Het PRS onderscheidt in West-Vlaanderen verschillende deelruimten, die soms overlappend zijn. Wielsbeke is gelegen in de “Leieruimte”. Deze vormt een onderdeel van het grensoverschrijdend stedelijk netwerk Kortrijk-Rijsel-Roubaix-Tourcoing-Moeskroen (RSV). Er wordt een beleid beoogd dat de Leie als multifunctionele drager versterkt, waarbij mogelijke lokaties voor de vestiging van watergebonden activiteiten, afgewogen tegenover de natuurlijke en recreatieve kwaliteiten, optimaal worden aangewend. Wielsbeke, als specifiek economisch knooppunt, biedt extra ondersteuning voor de uitbouw van bedrijvigheid mits die gekoppeld is aan het water. Tenslotte worden groene longen in de Leieband gevrijwaard.
2. lokaal niveau
2.1. 2.1.1.
GRS Wielsbeke
concept kernen in de kering
Aandachtspunten die bij dit alles kunnen helpen zijn: zin voor reconversie (bv. van verlaten bedrijventer reinen) en vervangende nieuwbouw; nieuwe woongelegenheden die te creëren zijn om te voldoen aan de lokale behoeften, situeren binnen inbreidingsprojecten met aandacht voor een gedifferentieerd aanbod qua type, grootte en prijsklasse; de kwaliteit van de publieke ruimte en publieke voorzieningen; de inpassing van ambachtelijke bedrijvigheid en een vlotte toegankelijkheid voor langzaam verkeer.
globaal concept 2.1.2.
gewenste nederzettingsstructuur
kernen in de kering (p. 153) Een grote economische dynamiek binnen een gemeente brengt veel vervoersstromen met zich mee, enerzijds binnen Wielsbeke zelf en anderzijds vanuit de omliggende gemeenten naar Wielsbeke. Momenteel verlopen veel vervoersstromen door de kernen, waardoor er een gevoel van onveiligheid heerst. Deze situatie moet omgebogen worden. Tegelijk moet de kwaliteit van de kernen ook op ander vlak verbeteren. De leefbaarheid in het algemeen kan verhogen. 10
versterken van de kern (p. 163) Om enerzijds te voldoen in de eigen woonbehoeften en anderzijds de open ruimte te behouden, wordt in eerste instantie een beleid van verdichting en afwerking van de kernen vooropgesteld, eerder dan uitbreiding van de kernen. Dit vertaalt zich als: het bebouwen van bouwrijpe percelen langs uitgeruste wegen en in goedgekeurde verkavelingen inbreiding op de niet-bouwrijpe gronden binnen de kernen
dichtheidsdifferentiatie (p. 164) Voor gemeenten in het buitengebied moet een dichtheid van 15 woningen/ha nagestreefd worden. Dit is een gemiddelde. Een hogere dichtheid in een bepaalde zone impliceert dat elders een lagere dichtheid kan gelden. Specifiek voor Wielsbeke kunnen hogere dichtheden (richtcijfer 18 woningen/ha binnen een vork 15 woningen tot 20 woningen/ ha) in de kerngebieden (statistische sectoren A00, A02, C00, C01 en B001). Een minimale dichtheid van 15 woningen/ha blijft het uitgangspunt. Ook moeten de dichtheden telkens getoetst worden aan de ruimtelijke draagkracht. Nog hogere dichtheden kunnen niet veralgemeend worden en slechts in bepaalde gevallen de uitzondering vormen. Dit geldt op een aantal zeer goed gelegen en goed te ontsluiten lokaties of wanneer bijvoorbeeld in het kader van vervangende nieuwbouw enkele woningen gesloopt worden en stapelbouw (appartementen) in de plaats komt (maximum drie bouwlagen + eventueel een dakappartement en kaderend in de gebruikelijke bouwhoogtes van de omliggende woningen). Algemeen gezien wordt stapelbouw in Wielsbeke echter niet gestimuleerd. Een lagere dichtheid, minimaal 12 woningen/ha kan in de andere statistische sectoren. Bij het beoordelen van bouwvergunningen zal de dichtheid een belangrijke rol spelen. differentiatie van het woningaanbod (p. 164) Naast een voldoende aantal en een voldoende kwaliteit is ook de geschiktheid van de woningen een belangrijk aspect van de huisvestingsproblematiek. Bij Gezien de soms grillige vormen van de statistische sectoren, gelden deze als globale afbakening. Projecten aan de rand van deze sectoren gelegen, kunnen qua dichtheid afwijken wanneer dit gemotiveerd is. Dit zijn de overige statistische sectoren die gedeeltelijk samenvallen met het woongebied.
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
een differentiatie van het woningaanbod worden de streefcijfers uit het informatief gedeelte, berekend aan de hand van de huidige behoefte, gehanteerd: 7,5 % huurwoningen; 17,5 % sociale kavels; 7,5 % woningen derde leeftijd; 67,5 % woningen in de vrije sector. 2.1.3.
gewenste ruimtelijke stuctuur bedrijvigheid
mogelijkheid tot afbouw van bedrijvigheid in de kernen (p. 172) In de verschillende kernen situeren zich kleinschalige bedrijven, die bij de opmaak van het gewestplan (1979) of latere BPA’s, gezien hun reeds toenmalige aanwezigheid, alle in ambachtelijke zone zijn komen te liggen. Wanneer dergelijke bedrijven hun activiteit stopzetten, moet het ook mogelijk zijn dat deze zones eerder een woonfunctie gaan opnemen dan dat zich aldaar nieuwe bedrijven vestigen. Een combinatie van beide moet ook kunnen. 2.1.4.
gewenste verkeers- en vervoersstructuur
streven naar een hogere (verkeers)leefbaarheid van verblijfsgebieden (p. 179) Belangrijke aandacht moet uitgaan naar de (verkeers)leefbaarheid en -veiligheid binnen de verblijfsgebieden. Een belangrijke ingreep hiertoe is de herinrichting van het openbaar domein met nadruk op de verblijfsfunctie in plaats van de verkeersfunctie. Een herinrichting van de N357, met een garantie van een betere oversteekbaarheid en toegankelijkwvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
heid voor langzaam verkeer, staat in deze visie centraal. Bovendien kan een herinrichting een positief effect hebben op de autonoom ontwikkelde delen van Wielsbeke, gelegen aan weerszijden van de N357. De samenhang tussen het westelijk deel van de Rijksweg, met voornamelijk woonfunctie, maar ook kleuter en lager onderwijs en het oostelijk deel met het park Hernieuwenburg (sport en recreatie) en verschillende gemeentelijk diensten kan zo verhoogd worden. Ook de aanleg van de N382, met een omleidingfunctie voor het doorgaand verkeer, biedt belangrijke perspectieven naar leefbaarheid van de kernen. De N357 (doortocht) is tussen de N327 en de Molenstraat geselecteerd als lokale ontsluitingsweg. Het plangebied is gelegen langsheen dit traject. Lokale ontsluitingswegen hebben een ontsluitingsfunctie waarbij het verkeer uit de woonwijken wordt verzameld, en geven toegang tot de hogere lokale wegen. De richtsnelheid is hier 50 km/uur. De Heirweg is geselecteerd als lokale verbindingsweg. Lokale verbindingswegen verbinden de kernen van de gemeente onderling en met de kernen in de naburige gemeenten, en staan in voor de bereikbaarheid van de kernen vanaf de secundaire wegen. De richtsnelheid op deze wegen is 70 km/uur. De Rijksweg is verder geselecteerd als bovenlokale fietsroute en de Heirweg als lokale fietsroute. De overige wegen binnen het plangebied zijn lokale wegen met een verblijfsfunctie.
gewenste structuur | p l a n op z e t De visie en standpunten geformuleerd zoals bij de oorspronkelijke opmaak van het GRUP Kasteel (goedgekeurd door de BD), blijven gelden. Vandaar dat deze visie integraal wordt overgenomen.
1. planning gelinkt aan visie GRS Wielsbeke Wielsbeke is bij uitstek een industriële gemeente. Dit maakt dat de transportintensiteit in de gemeente hoog ligt. Niet alleen is er het zwaar vrachtverkeer, ook is er een grote autoverplaatsing van werknemers. Bij gebrek aan een structurele oplossing (nu is er de N382), zorgde dit in het recente verleden voor veel doorgaand verkeer in de dorpskernen. Vroeger hadden ingrepen ter verbetering van de mobiliteit bovendien haast uitsluitend te maken met het auto- en vrachtverkeer, vaak ten nadele van voetgangers en fietsers en de leefbaarheid van de omwonenden. De herinrichting van de Rijksweg gericht op de doortochtfunctie is hier een tekenend voorbeeld van. Ondertussen is er de N382, waardoor voormalige belangrijke wegen (o.a. Rijksweg N357 en Heirweg N327) minder belangrijk zijn geworden met het oog op doorstroming. De lokale wegen zijn ondergebracht in verschillende categorieën. Binnen het plangebied heeft de Heirweg de hoogste categorie. De dimensionering voorzien in het bpa Kasteel voor deze categorie, was te extreem. Vooral aan kruispunten kan de rooilijn (planmatig, want deze brede rooilijn is in realiteit nooit gerealiseerd geworden) versmald worden, teneinde overdreven snelheden te 11
temperen. De op vandaag gehanteerde rooilijnbreedte (bestaande toestand) is voldoende gedimensioneerd. Dit maakt ook dat bestaande bebouwing, via het bpa getroffen door een rooilijn, van dit probleem verlost wordt. Herbouw op de bestaande site wordt zo weer mogelijk. Gekoppeld aan een veiliger verkeersbeleid door het centrum van de gemeente, heeft de gemeente de optie genomen om nooit gerealiseerde ambachtelijke zones (destijds gecreëerd via een bpa) of ambachtelijke zones die op vandaag hun functie niet meer vervullen, om te zetten in woongebied. Geïsoleerde ambachtelijke zones zijn niet steeds op hun plaats in het centrumweefsel, waar het de bedoeling is de leefbaarheid op allerlei vlak te verhogen. Het verlagen van de Rijksweg in categorie (tot louter gemeentelijke lokale ontsluitingsweg) speelt ook in het nadeel van het bestendigen van de ambachtelijke zones. Ambachtelijke zones binnen het GRUP die hun functie niet meer vervullen situeren zich langsheen de Rijksweg (galerij Vindevogel (reeds gestopt) en de champignonkwekerij (uitdovend)). Beide activiteiten zijn historisch gegroeid en hebben zich gevestigd in een voormalige vlasloods. Op de plaats van de champignonkwekerij was er sinds 1966 een transportfirma actief in de oude vlasloods. In 1970 is de transportactiviteit gestopt en is gestart met een champignonkwekerij. Sinds dat jaar is op de site langsheen de Rijksweg een agrarisch bedrijf actief. In 1989 is dit perceel mee ingekleurd in ambachtelijke zone. Dit echter zonder medeweten van de eigenaars. De reden was vermoedelijk de grootschalige bebouwing en het raken aan de andere ingekleurde binnengebieden. 12
De achterliggende grond die via hetzelfde bpa ook bestemd was als ambachtelijke zone, is deels in eigendom van Verleye plakwerken (Rijksweg). Ook dit bedrijf is uitdovend, waardoor deze achterliggende grond niet meer dienstig is voor uitbreiding voor dat bedrijf.
2.1.
Een ander perceel is in eigendom van Carlo Lambrecht, schilder- en decoratiewerken (strategische reserve). Dit bedrijf heeft kenbaar gemaakt dat deze reserve niet meer nodig is. De enige 2 bedrijfjes die zich in de ambachtelijke zone zijn komen vestigen, kunnen verder werken, maar kunnen op termijn ook naar woongebied evolueren. Een laatste bedoeling bij de opmaak van het GRUP Kasteel was binnengebieden die op vandaag nog niet gerealiseerd zijn, aan te kunnen snijden voor kwalitatieve woonprojecten.
2. wijzigingen doorgevoerd t.a.v. GRUP Kasteel (BD 1506-2006) De herziening van onderhavig GRUP Kasteel, beoogt geen wezenlijke wijzigingen aan de ordening van dit gebied ten aanzien van het GRUP Kasteel goedgekeurd door de Bestendige Deputatie dd. 15-06-2006. In grote lijnen hebben de doorgevoerde wijzigingen betrekking op een verfijnen en herschikken van de voorschriften die niet altijd even werkbaar waren. Verder werd aan de lay-out van de voorschriften een aanpassing doorgevoerd: in plaats van 3 kolommen, worden er nu 2 kolommen gehanteerd.
wijzigingen binnen de algemene bepalingen Wat betreft de bepaling met betrekking tot het opheffen van voorschriften en bepalingen, werd dit aspect overgeheveld naar de toelichtingsnota. Wat betreft de bepaling omtrent hoogte, werd de maximum hoogte voor een bouwlaag opgetrokken van 3,00 meter naar 3,50 meter en dit om tegemoet te komen aan de isolatienormen en akoestische eisen die opgelegd worden in de energieprestatieregelgeving voor gebouwen. De bepaling omtrent bestaande, vergunde gebouwen werd binnen onderhavige herziening van het GRUP uitgebreid met “...verhardingen en andere elementen...” die regelmatig vergund zijn.
Daarnaast werden deze algemene voorschriften (t.a.v. het vigerend GRUP) aangevuld met een bepaling inzake: afsluitingen, waarbij een algemeen voorschrift geformuleerd werd inzake esthetiek en hoogtebepaling gebouwen en constructies in functie van openbaar nut die toegelaten kunnen worden in alle zones voor zover geen fundamentele afbreuk gedaan wordt aan de kwaliteit van de betrokken zone deelzones, daar er binnen deze herziening gewerkt wordt met 2 deelzones en dit om de leesbaarheid van de voorschriften te bevorderen mantel- en kangoeroewoningen, daar dit niet beschouwd wordt als meersgezinswoning en dan alsdusdanig geduid wordt binnen deze algemene voorschriften wat daaronder begrepen dient te worden.
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
2.2.
wijzigingen binnen zone 1: gemengde zone onder de vorm van gesloten en halfopen bebouwing Binnen onderhavige zone werden geen grote fundamentele wijzigingen aangebracht met betrekking tot de voorschriften. Het betreft in hoofdzaak een herschikken van de voorschriften en lay-outtechnische wijzigingen en dit om de leesbaarheid van de voorschriften te bevorderen. De beperkte, inhoudelijke wijzigingen doorgevoerd ten aanzien van het vigerend GRUP Kasteel voor onderhavige zone, zijn: oorspronkelijk was bepaald dat er tussen de vooruitbouw/uiterste bouwlijn en rooilijn geen constructies of private verhardingen aangelegd mogen worden. (Hoe kan dan toegang genomen worden tot de woning als er bv. geen verharding mag zijn tussen de weg en de woning?) Deze bepaling was niet werkbaar en werd daarom achterwege gelaten in de herwerkte voorschriften. ten aanzien van het vigerend grup werd het begrip onderdakse bouwlaag gedefinieerd waardoor éénduidigheid bestaat omtrent wat de mogelijkheden zijn binnen het dakvolume. wat betreft het aantal bouwlagen, werd voor onderhavige zone een (beperkte) aanpassing doorgevoerd. De mogelijkheid wordt (t.a.v. het vigerend grup) gecreëerd om bij een gebouw met plat dak, 3 bouwlagen in te richten, (welliswaar binnen het gabariet van de hellende daken). Dit is afgestemd op de mogelijkheden zoals voorzien voor de projectzone wonen. De Rijksweg is de locatie bij uitstek binnen Wielsbeke om een verticale verdichting door te voeren, vandaar dat deze mogelijkheid voorzien wordt.
wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
de mogelijkheden wat betreft terrasuitbouwen werden eveneens gespecificeerd, wat in vigerend grup niet geschiedde. Wat betreft dakterrassen en dakuitbouwen, werd bij onderhavige herziening bepaald dat deze niet meer mogen bedragen dan 1/2 (t.a.v. 1/3) van de betrokken gevelbreedte. de bepaling “Aansluiting op aanpalende gebouwen” zoals geformuleerd in het vigerend grup, werd binnen onderhavige herziening achterwege gelaten. Dit aangezien deze bepaling voor interpretatie vatbaar was en teveel ruimte voor subjectiviteit over liet. Een mogelijks kwalitatief project werd door deze paragraaf verhinderd. de bepalingen omtrent bijgebouwen (inplanting, verschijningsvorm,...) werden ter bevordering van de leesbaarheid, allen onder 1 artikel geplaatst in plaats van verspreid over de voorschriften van de zone heen. Daarnaast werd de inplanting van bijgebouwen t.a.v. de zij- en achterkavelgrens herleid naar ofwel 0,00m ofwel min. 1,00m, wat in voorgaand vigerend GRUP nog 3,00m was. In het kader van ondermeer optimaal ruimtegebruik werd deze strook aldus herleid. Ook werd voor nieuwe bijgebouwen de dakhelling bij hellende daken beperkt tot max. 30° (t.o.v. max. 45°).
2.3.
wijzigingen binnen zone 2: zone voor ééngezinswoningen onder de vorm van open en halfopen bebouwing Binnen onderhavige zone werden geen grote fundamentele wijzigingen aangebracht met betrekking tot de voorschriften. Het betreft in hoofdzaak een herschikken van de voorschriften en lay-outtechnische wijzigingen en dit om de leesbaarheid van de voorschriften te bevorderen.
De beperkte, inhoudelijke wijzigingen doorgevoerd ten aanzien van het vigerend GRUP Kasteel voor onderhavige zone, zijn: in nevenbestemming worden ook vrije beroepen toegelaten, wat in vigerend grup niet voorzien was. Vrije beroepen (zoals dokter,...) zijn ondersteunend voor de kern Wielsbeke en kunnen aldus perfect binnen onderhavige zone voorzien worden. wat betreft de inplanting van de hoofdgebouwen ten aanzien van de zijkavelgrenzen, wordt in onderhavige herziening omschreven dat voor wat betreft bebouwing bestaande uit 1 bouwlaag, de bouwvrije afstand kan teruggebracht worden op 3,00m. Oorspronkelijk was bepaald dat er in alle gevallen 4,00m ten aanzien van de zijkavelgrens vrijgehouden diende te worden, wat in realiteit niet het geval is. ten aanzien van het vigerend grup werd het begrip onderdakse bouwlaag gedefinieerd waardoor éénduidigheid bestaat omtrent wat de mogelijkheden zijn binnen het dakvolume. wat betreft de bouwhoogte voor de deelzone voor ambachtelijke bedrijvigheid, werd een (beperkte) aanpassing doorgevoerd met name de maximale kroonlijst- en nokhoogte wordt vastgelegd op 7,00m en dit in overeenstemming met de bestaande, vergunde toestand. In het vigerend grup was deze vastgelegd op 6,00meter. de bepalingen omtrent bijgebouwen (inplanting, verschijningsvorm,...) werden ter bevordering van de leesbaarheid, allen onder 1 artikel geplaatst in plaats van verspreid over de voorschriften van de zone heen. Ook werd voor nieuwe bijgebouwen de dakhelling bij hellende daken beperkt tot max. 30° (t.o.v. max. 45°).
13
2.4.
wijzigingen binnen zone 3: projectgebied wonen Voor wat betreft deze specifiek aangeduide projectzones, zijn de stedenbouwkundige voorschriften grondig herwerkt en herschikt aangezien deze voor interpretatie vatbaar waren.
Allereerst werd de projectzone “opgesplitst” in 2 deelzones. Enerzijds heeft men de deelzone hoek Heirweg-Rijksweg, anderzijds de deelzone Rijksweg. Deze opsplitsing kwam er ondermeer om specifieke voorschriften te kunnen uitwerken voor de beide zones en om de dichtheid te kunnen vastleggen. Verder werd ook de ontsluiting naar de openbare aanliggende wegenis van deze projectzones weergegeven en dit door middel van een “indicatieve deelaanduiding voor ontsluiting”. De aanduiding binnen de deelzones werd behouden, maar er werd binnen onderhavige herziening een flexibele deelzonegrens ingevoerd, die het mogelijk maakt de grens in beperkte mate te verschuiven en dit volgens de verdere detaillering van de deelzones. De projectzone deelzone Rijksweg werd ten aanzien van het vigeren grup uitgebreid met 1 perceel. Deze uitbreiding (langsheen de Rijksweg) is er gekomen doordat deze grond verworven werd door de eigenaars van de projectzone deelzone Rijksweg. Voor de projectzone deelzone hoek Heirweg Rijksweg is er reeds middels een wedstrijdformule, een concreet plan uitgewerkt. De elementen die concreet vertaald kunnen worden naar voorschriften toe vanuit het geformuleerde project, werden aangevuld binnen de herwerkte voorschriften.
14
Onderstaand beeld geeft weer hoe de invulling van de projectzone deelzone hoek Heirweg-Rijksweg zal gebeuren. Voor wat betreft de deelzone hoek Heirweg - Rijksweg werd de bepaling dat minstens 10% van de woongelegenheden een sociale woning/appartement moet zijn, uit de voorschriften gehaald op advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar. Het is evenwel de bedoeling van het project dat deze sociale woningen/appartementen gerealiseerd worden.
Binnen de twee deelzones van de projectzone was het steeds de opzet om het oprichten van meersgezinswoningen op deze hoeken te stimuleren. Doch, binnen de bestaande voorschriften was dit niet zo voorzien. Vandaar dat binnen onderhavige herziening deze bepaling uitdrukkelijk geformuleerd werd. De bepaling “aansluiting op aanpalende gebouwen” zoals geformuleerd in het vigerend grup, werd binnen onderhavige herziening achterwege gelaten. Dit aangezien deze bepaling voor interpretatie vatbaar was en teveel ruimte voor subjec-
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
15
tiviteit over liet. Een mogelijks kwalitatief project werd door deze paragraaf verhinderd. Ook wat betreft het aantal bouwlagen en bouwhoogte werden de voorschriften verduidelijkt ten overstaan van het vigerende grup. Er werd verduidielijkt dat de mogelijkheid om 3 bouwlagen op te richten, enkel mogelijk is in de deelaanduidingen ter hoogte van de hoek Heirweg - Rijksweg en aan de Rijksweg zelf, dus niet in de achtergelegen delen. Wat betreft de bouwdieptes werden de bepalingen ook duidelijk geformuleerd. de bouwdiepte zowel op het gelijkvloers als op de verdieping werd gedefinieerd, evenals de terrasuitbouwmogelijkheden (conform de bepalingen zoals ingeschreven bij zone 1).
2.5.
wijzigingen binnen zone 4: lokale verbindingsweg Voor wat betreft onderhavige zone, werden de bepalingen vanuit het mobiliteitshandboek, onttrokken aan de voorschriften, en wordt in de toelichting aangehaald dat de inrichting volgens de bepalingen van het mobiliteitshandboek kunnen geschieden. wijzigingen binnen zone 5: lokale ontsluitingsweg Voor wat betreft onderhavige zone, werden de bepalingen vanuit het mobiliteitshandboek, onttrokken aan de voorschriften, en wordt in de toelichting aangehaald dat de inrichting volgens de bepalingen van het mobiliteitshandboek kunnen geschieden.
de voorschriften, en wordt in de toelichting aangehaald dat de inrichting volgens de bepalingen van het mobiliteitshandboek kunnen geschieden.
w a te r toe t s Het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid, in voege van 24-12-2003, legt bepaalde verplichtingen op die de watertoets genoemd worden. Art. 8 paragraaf 2 stelt o.m. dat de overheid bij het nemen van een beslissing (over een vergunning, een plan of een programma) rekening moet houden met de relevante door de Vlaamse regering vastgestelde waterbeheersplannen. Indien er nog geen waterbeheersplannen zijn vastgesteld door de Vlaamse regering, moet er eveneens rekening gehouden worden met art. 8, paragraaf 1 tweede lid. Bij twijfel dient advies gevraagd te worden aan de door de Vlaamse regering aangewezen instantie, de waterbeheerders. Het uitvoeringsbesluit van 20 juli 2006 mbt de watertoets, is van kracht en wordt toegepast sinds november 2006 voor de toepassing van vergunningsaanvragen. De overheid die over een vergunning, plan of programma moet beslissen draagt er zorg voor dat er geen schadelijk effect ontstaat op het watersysteem, of zoveel mogelijk wordt beperkt. Het watersysteem is het geheel van oppervlaktewateren, het grondwater en de natuur die daarbij hoort.
2.6.
2.7.
wijzigingen binnen zone 6: lokale weg met verblijfsfunctie Voor wat betreft onderhavige zone, werden de bepalingen vanuit het mobiliteitshandboek, onttrokken aan 16
De voor de watertoets relevante kaarten zijn geactualiseerd. Er zijn een 6-tal verschillende kaarten beschikbaar. overstromingsgevoeligheid Naaststaande kaart situeert het plangebied t.o.v. de overstromingsgevoelige gebieden. Zoals men ziet, is het plangebied niet gelegen in een ‘effectief overstromingsgevoelig gebied’ of in een ‘mogelijks overstromingsgevoelig gebied’. Aan de randen, ten noorden en ten westen van het plangebied komen
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
dan 100m dient advies gevraagd te worden bij de bevoegde adviesinstantie. De type 1 gebieden zijn afgebakend aan de hand van de NOG kaart. Indien er in deze gebieden een ondergrondse constructie gebouwd wordt met een diepte van meer dan 3m of een horzontale lengte van meer dan 50m dient advies gevraagd te worden bij de bevoegde adviesinstantie. infiltratiegevoeligheid Deze kaarten werden opgemaakt met als doel te kunnen nagaan in welke gebieden er relatief gemakkelijk hemelwater kan infiltreren naar de ondergrond.
Kaart 6: Situering plangebied t.o.v. de overstromingsgevoelige gebieden
Kaart 7: Situering plangebied t.o.v. de grondwaterstromingsgevoelige gebieden
er een aantal kleine zones voor die aangeduid zijn als ‘mogelijks overstromingsgevoelig gebied’.
belang. Deze stroming kan worden beïnvloed of verstoord door ondergrondse constructies.
grondwaterstromingsgevoeligheid Deze kaart situeert het plangebied t.o.v. de grondwaterstromingsgevoelige gebieden. Met grondwaterstroming wordt voornamelijk de laterale beweging van grondwater doorheen de ondergrond en de toestroming door kwel bedoeld. Deze kaarten werden opgemaakt om te kunnen nagaan in welke gebieden er minder of meer aandacht moet uitgaan naar de effecten van ingrepen op de grondwaterstroming. Voor de watertoets is de ondiepe grondwaterstroming van
De richtlijnen voor de watertoets houden rekening met een differentiatie van Vlaanderen in 3 types van gebieden, volgens hun aard van gevoeligheid voor grondwaterstroming. Het overgrote deel van het plangebied is aangeduid als een zone type 2: matig gevoelig voor grondwaterstroming. Zeer beperkte delen zijn aangeduid als een type 1 (zeer gevoelig voor grondwaterstroming). Indien binnen de type 2 gebieden een ondergrondse constructie gebouwd wordt met een diepte van meer dan 5m en een horizontale lengte van meer
wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
Kaart 8: Situering plangebied t.o.v. de infiltratiegevoelige gebieden 17
Infiltratie van hemelwater is belangrijk omdat daardoor de oppervlakkige afstroming en dus ook de kans op wateroverlast afneemt. Deze kaarten werden afgeleid van de bodemkaart en bestaan uit 2 types gebieden, met name de gebieden met infiltratiegevoelige bodems en gebieden met de niet-infiltratiegevoelige bodems. De wit-aangeduide gebieden worden beschouwd als niet infiltratiegevoelige bodems. Deze gronden worden aanzien als weinig doorlatend. De gekleurde delen worden beschouwd als infiltratiegevoelig. Nagagaan dient te worden of het aangewezen is infiltratievoorzieningen aan te leggen of waterdoorlatende materialen te gebruiken, en of er mogelijks schadelijke effecten kunnen optreden naar het grondwater toe.
erosiegevoeligheid De erosiegevoeligheidskaart is een tussenproduct binnen de studie ‘verfijning van de bodemerosiekaart’ en is momenteel nog niet volledig. De gronden gelegen binnen onderhavig Grup, zijn aangeduid als niet-erosiegevoelig.
re waterlopen. De term winterbed wordt in Vlaanderen ook alleen gebruikt voor de gebieden die bevaarbare waterlopen bij zeer hoge waterafvoeren innemen, en heeft dus geen betrekking op onderhavig Grup.
winterbedding Doel van de winterbedkaart is het aanduiden van de gebieden waar veranderingen van het bodemgebruik aanleiding kunnen geven tot een gewijzigd afvoergedrag in geval van overstroming van het gebied. De winterbedkaart werd beperkt tot de gebieden die onderhevig zijn aan overstromingen vanuit de bevaarba-
hellingenkaart De hellingenkaart ten behoeve van de watertoets is eveneens een tussenproduct binnen de studie ‘verfijning van de bodemerosiekaart’ en is aldus nog niet definitief. De hellingenkaart bestaat uit 4 klassen. Het plangebied binnen onderhavig Grup is gelegen binnen gebieden waar de hellingen kleiner dan 0,5% of tot max. 5% bedragen.
Kaart 10: Situering plangebied t.o.v. de winterbedkaart
Kaart 11: Situering plangebied t.o.v. hellingenkaart
Kaart 9: Situering plangebied t.o.v. de erosiegevoelige gebieden 18
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
beschrijving van de watergerelateerde aspecten Zoals voorzien in het decreet op Integraal Waterbeheer, werd het plangebied getoetst op de watergerelateerde aspecten. Hieronder wordt beschreven welke aspecten van het plan een effect kunnen hebben op het integrale water- en natuursysteem.
hemelwaterafvoer Onderhavig plangebied is praktisch volledig bebouwd. De verdere realisatie door reconversie of optimalisatie van de nog braakliggende terreinen, ofwel opgenomen in de projectzones of in de zone voor ééngezinswoningen, kan een gedeeltelijke, welliswaar beperkte verhoging van de verharde oppervlakte binnen het plangebied inhouden. Hierdoor kan de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt worden. Nieuwe ontwikkelingen binnen de mogelijks te bebouwen zones moeten voldoen aan de bepalingen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake ‘hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater’. Zo wordt het hemelwater hergebruikt (zie bepaling in de algemene voorschriften). Verder worden er maatregelen en beperkingen ingeschreven in de betrokken zones inzake mogelijks te bebouwen en te verharden ruimte. Water moet terug de tijd krijgen om te infiltreren naar de ondergrond. Het plangebied is hoofdzakelijk bestemd als woongebied. Dit vertaald zich in het vastleggen van bouwzones en groene zones. Binnen de tuinzones bij de woongelegenheden worden de verhardingsmogelijkheden beperkt. Er kan dus in alle redelijkheid geoordeeld worden dat de effecten van het voorliggende grup op het watersysteem geen bijkomende hinder zullen veroorzaken en bijgevolg nihil zullen zijn. wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
t r a g e w e g e n t oe ts Binnen onderhavig Grup komen geen voetwegen voor De voetwegen die in de onmiddellijke omgeving van het plangebied gelegen zijn, met name voetweg nr. 16 en nr. 23, zijn opgenomen in het lokale wegennetwerk van de gemeente Wielsbeke.
op t e h e f f e n v o or s c h r i f t e n 1. limitatieve opgave van de voorschriften die worden op geheven door het GRUP De voorschriften en de bestemmingen van het Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Kasteel’ vervangen voor die percelen die gelegen zijn binnen het plangebied van het ruimtelijk uitvoeringsplan, de voorschriften en de bestemmingen van: GRUP Kasteel (B.D. 15-06-2006) Volgende bestemmingen worden opgeheven: Zone 1: gemengde zone onder de vorm van gesloten en halfopen bebouwing Zone 2: zone voor ééngezinswoningbouw onder de vorm van open en halfopen bebouwing Zone 3: projectgebied wonen Zone 4: lokale verbindingsweg Zone 5: lokale ontsluitingsweg Zone 6: lokale weg met verblijfsfunctie verkavelingen Het betreft de verkavelingen: 1974/56 goedgekeurd 30-09-1977 1986/122 goedgekeurd 27-08-1986 (gewijzigd 23-10-1987) Volgens de bepalingen van art. 132§5 van het decreet van 18-05-1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, zal dit gegeven uitdrukkelijk vermeld en bepaald worden bij de voorlopige en definitieve vaststelling van onderhavig rup.
19
planproces 1. voorontwerp
1.1. adviesvraag Het voorontwerp werd voor advies overgemaakt aan onderstaande instanties: Agentschap RO-Vlaanderen van het Vlaams Ministerie van Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed, gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar schriftelijk advies ontvangen op 15|10|2007 Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed - Ruimtelijke Planning geen advies ontvangen Agentschap Wonen Vlaanderen geen advies ontvangen Agentschap Infrastructuur schriftelijk advies ontvangen op 15|10|2007 Provinciebestuur W-Vl, Drum schriftelijk advies ontvangen op 16|10|2007 GECORO schriftelijk advies ontvangen op 19|09|2007
1.2. plenaire vergadering Het plan werd besproken op een plenaire vergadering, dd. 16 oktober 2007. De adviezen en het verslag van de plenaire vergadering, werden toegevoegd in bijlage. 1.3.
bespreking van adviezen
gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar Van verordenende zaken kan wel afgeweken worden volgens de decretale bepalingen (art. 111bis).
20
Dit werd aangepast in lid 0.2. van de algemene bepalingen. De rechterkolom dient zicht te beperken tot toelichting bij de voorschriften. De formulering binnen het tweede lid van 0.2. werd in die zin aangepast. De suggestie wordt gemaakt om naast de vermelding van opheffing van de verkavelingen in de vaststellingsbesluiten van de gemeenteraad, dit tevens te expliciteren op de plannen bestaande toestand en op het verordenend grafisch plan. Deze vermelding werd toegevoegd op het plan bestaande toestand en op het bestemmingsplan. De zinsnede “het exacte aantal woongelegenheden en woningen wordt vastgelegd binnen het globaal inrichtingsplan, dat per deelzone wordt opgemaakt” dient best anders geformuleerd of geschrapt aangezien ze als ordenend beschouwd kan worden. Bijkomende ordenende elementen kunnen niet opgelegd worden binnen een inrichtingsplan. Dit werd aangepast in de betrokken voorschriften. Er wordt voorgesteld om een overzicht toe te voegen inzake vastgestelde problemen binnen het vigerend GRUP en voorgestelde aanpassingen binnen onderhavige herziening. Dit werd aangevuld en geduid op pg. 12 e.v. Het is eerder aangewezen te focussen op de ruimtelijke kenmerken van de beoogde woontypologie dan wel op het sociaal karakter ervan. Het is aangewezen deze elementen in de toelichting onder te brengen. De bepaling 10% van de woongelegenheden in de deelzone op de hoek Rijksweg - Heirweg dient een sociale woning/appartement te zijn, werd geschrapt.
De rechterkolom dient zich te beperken tot loutere toelichting van de voorschriften. De bepalingen werden gescreend en wanneer nodig, overgeheveld naar het verordenend deel. Het aantal woningen in de projectzones wordt dubbelzinning gedefinieerd. Deze dubbelzinnigheid werd weggewerkt en de aantallen worden geduid binnen de toelichting. Het GRUP Kasteel is niet strijdig met het RSV en wordt gunstig geadviseerd. DRuM In de toelichtingsnota staat aangegeven dat de voorschriften voor de woonprojectzones werden herwerkt omdat ze voor interpretatie vatbaar waren. Ook dienen de overige doorgevoerde wijzigingen toegelicht te worden. Er werd een overzicht toegevoegd inzake doorgevoerde wijzigingen binnen onderhavige herziening. Dit werd aangevuld en geduid op pg. 12 e.v. Het voorontwerp van GRUP Kasteel wordt gunstig geadviseerd mits de wijzigingen van de voorschriften onderbouwd of op zijn minst toegelicht worden. agentschap wegen en verkeer De doelstellingen van het voorontwerp GRUP Kasteel zijn conform de beleidslijn van Afdeling Wegen en Verkeer West-Vlaanderen. gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening De Gecoro stelt dat het statuut van de ontsluiting van het project Rijksweg vastgelegd dient te worden. Binnen de voorschriften voor de “indicatieve deelaanduiding voor ontsluiting” werd reeds gesteld dat deze deelaanduiding bestemd is als openbare
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi
wegenis. De verdere inrichting van deze projectzone zal het openbaar domein moeten detaileren.
2. ontwerp
2.1. voorlopige vaststelling Het voorontwerpplan werd aangepast naar aanleiding van de weerhouden opmerkingen van de plenaire vergadering. Zie bovenstaande voor wat betreft de doorgevoerde wijzigingen. Het ontwerp werd voorlopig vastgesteld op de gemeenteraad van 20 december 2007. 2.2. openbaar onderzoek Het openbaar onderzoek liep van 7 januari 2008 tot 6 maart 2008. Er werden geen bezwaarschriften ingediend. De bestendige Deputatie en de Vlaamse Regering gaven hun advies op het ontwerp GRUP (zie bijlage). De Bestendige Deputatie gaf een gunstig advies, waarbij men 2 aandachtspunten aanhaalde. Enerzijds om de watertoets en een trage wegen toets toe te voegen, anderzijds om in de verordenende voorschriften bepalingen inzake opvang van het hemelwater op te nemen. De Vlaamse Regering gaf een gunstig advies mits rekening werd gehouden met 2 aspecten: van verordenende zaken kan afgeweken worden volgens de decretale bepalingen. Het eerste lid van de algemene bepaling 0.2. dient in die zin aangepast. de toelichtende kolom mag zich enkel beperken tot louter toelichting bij de verordenende voorschriften en mag geen bijkomende voorschriften bevatten. wvi | maart ‘08 | gemeentelijk rup kasteel
2.3. advies Gecoro Deze adviezen werden gebundeld door en besproken op de Gecoro van 18 maart 2008. De Gecoro brengt een gemotiveerd advies uit naar de gemeenteraad (zie bijlage). Als besluit wordt geformuleerd dat de opmerkingen van de adviesinstanties opgenomen en verwerkt dienen te worden in het definitieve GRUP.
2.5.
procedure
2.4. behandeling adviezen De wijzigingen doorgevoerd aan onderhavig document hebben betrekking op de elementen die aangehaald werden in het advies van de Bestendige Deputatie en in het advies van de Vlaamse Regering.
Behandeling bezwaren in de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (GECORO):
Zo wordt een hoofdstuk watertoets en een toets trage wegen toegevoegd aan onderhavig GRUP. Verder wordt in de stedenbouwkundige voorschriften, verordenend luik, een artikel toegevoegd onder de algemene bepalingen inzake opvang van hemelwater.
Definitieve vaststelling Gemeenteraad:
Voorlopige vaststelling Gemeenteraad: 20|12|2007 Openbaar onderzoek: Het plan ligt ter inzage van 07|01|2008 tot 06|03|2008
Behandeling in zitting van: 18|03|2008 Advies: gunstig
............................................................................
Goedkeuring Bestendige Deputatie: ............................................................................
Wat betreft de opmerking inzake het eerste lid vermeld onder de algemene bepaling 0.2. werd de bepaling :”Er kan van onderhavige voorschriften enkel afgeweken worden cfr. de bepalingen zoals vermeld in onderhavige voorschriften” uit de stedenbouwkundige voorschriften verwijderd. Wat betreft het tweede element, namelijk het voorkomen van richtinggevende aanduidingen die in feite bijkomende voorschriften zijn, werd het document nogmaals gescreend waarbij de betrokken aspecten overgeheveld werden naar de verordenende kolom.
21
22
gemeentelijk rup kasteel | maart ‘08 | wvi