Overstappen van Windows naar Mac met OS X Mountain Lion

Overstappen van Windows naar Mac

Overstappen van Windows naar Mac met OS X Mountain Lion

Jorg Kennis www.kennisonline.com Versie 2.1

1


Inhoudsopgave Over dit e-book 1. Inleiding 2. Het Dock en Launchpad 3. Vensters en het bureaublad 4. Multi-touch, Mission Control en Berichtencentrum 5. De Finder en bestandsbeheer 6. Programma’s installeren 7. Toetscombinaties en type-functies 8. iCloud en GMail 9. Social media: chat, Twitter en Facebook 10. Versies, automatisch opslaan en Time Machine 11. Windows op de Mac 12. Praktische tips

2


Over dit e-book Over de schermafbeeldingen In dit document worden menu- en scherm-opties genoemd in zowel het Nederlands als het Engels. De scherm-afbeeldingen die in dit document zijn opgenomen zijn van een Engelstalige installatie van OS X. Ik ga ervan uit dat het echter niet moeilijk is om de Nederlandse opties te vinden, deze bevinden zich uiteraard op dezelfde locaties als hun Engelse evenknieën. De motivatie om hierbij voor Engels te kiezen is in mijn geval persoonlijk: Ik vind het prettig dat de taal van het besturingssysteem overeenkomt met die van de meeste programma’s die ik gebruik (waarvan in veel gevallen geen Nederlandstalige versie beschikbaar is). Elke Mac kan moeiteloos schakelen tussen Nederlandstalige of Engelstalige weergave, het is niet nodig om het systeem opnieuw te installeren (zoals bij Windows).

Over het toetsenbord, trackpad en muis In dit document worden toetscombinaties aangeduid met de officiele symbolen die deze toetsen binnen het Mac-systeem hebben, namelijk ⌘ (command) en ⌥ (option). De command-toets heeft op een Apple-toetsenbord altijd het klaverblad symbool (⌘). In sommige gevallen kan er ook nog een Apple-logo of het woord cmd op staan. De option-toets wordt op een Apple-toetsenbord aangeduid met het selectie-symbooltje (⌥). Soms staan hier ook de letters alt op. Wanneer iemand een PC-toetsenbord gebruikt op zijn Mac (elk standaard USB-toetsenbord kan op een Mac gebruikt worden), dan ontbreekt uiteraard de specifieke Apple-belettering. In dat geval zijn de toetsen Ctrl en Alt, alsmede de knop met het Windows-logo, aangewezen om deze toetsfuncties uit te voeren. In dit document wordt verder gesproken over “rechtsklikken” met de muis. De rechtermuis-functionaliteit dient bij een Apple-muis echter eerst te worden aangezet. Ook bij het gebruik van een trackpad op een laptop moet de rechtsklikfunctie worden geactiveerd. Zie het hoofdstuk Praktische tips voor meer informatie.

Over de versie van OS X Dit document is geschreven voor OS X versie 10.8 Moutain Lion. In principe is de basiskennis die wordt opgedaan in dit bruikbaar bij oudere versies van OS X, zoals 10.7 Lion. Echter, de schermafbeeldingen kunnen licht afwijken, of sommige functies kunnen niet of anders werken in oudere versies. Het wordt sterk aangeraden om te upgraden naar OS X versie 10.8 Moutain Lion gezien het grote aantal verbeteringen dat in deze versie is doorgevoerd. Voor Moutain Lion is ten minste een Mac met een Core 2 Duo of betere Intel-processor vereist.

3


Copyright Dit document wordt gratis aangeboden aan de Mac-gemeenschap door Jorg Kennis. Als Apple Certified Support Professional ben ik ondermeer gespecialiseerd in het schrijven over Mac, iPhone en iPad en gerelateerde technologieën en marktontwikkelingen. Bezoek mijn website voor meer informatie over mijn diensten: www.kennisonline.com Het is niet toegestaan om (gedeelten van) de inhoud van dit document te kopiëren. Wilt u gebruik maken van (gedeelten van) de inhoud van dit document in eigen trainingsmateriaal, of bent u geïnteresseerd in mijn werkzaamheden, neem dan contact met mij op via [email protected]. Copyright 2007-2012 Jorg Kennis Alle rechten voorbehouden. Dit document is niet geaffilieerd met Apple, Inc. Apple, het Apple-logo, Mac, OS X, het Mac-logo, iPhone, iPod en iPad zijn geregistreerde handelsmerken van Apple, Inc. in de Verenigde Staten en andere landen. Enkele afbeeldingen van Apple-computers en enkele schermafbeeldingen in dit document zijn afkomstig van de website van Apple. Dit document is gemaakt in Apple Pages ’09.

4


1. Inleiding Het gebruik van Apple Macintosh computers groeit, zowel onder thuisgebruikers als bij ondernemers. De bekendheid van het merk in zijn algemeenheid is, mede door de komst van de iPod en iPhone, tot enorme hoogten gestegen. De computers van Apple komen met steeds grotere regelmaat terecht in de handen van steeds meer enthousiaste gebruikers. Het is niet moeilijk om hiervoor een verklaring te vinden: zij die het Mac-systeem kennen zullen welhaast zonder uitzondering beamen dat werken met een Mac gekenmerkt wordt door het ontbreken van veel problemen en complexiteit die bij Windows vaak de kop opsteekt. Het systeem is rotsvast en stabiel (want gebaseerd op het industriële Unix-systeem), veilig (er bestaan nagenoeg geen virussen voor OS X), en visueel erg prettig ogend, iets wat door Macintosh-gebruikers in hoge mate wordt gewaardeerd: werken met een Mac is gewoon leuk! Dat een stabiel, veilig en mooi besturingssysteem de productiviteit ook nog eens ten goede komt, is daarbij aardig meegenomen! Nu het aantal Mac-gebruikers zo explosief groeit, neemt ook het aantal programma’s dat voor het systeem beschikbaar is hand over hand toe. Alle grote software-leveranciers maken hun programma’s ook beschikbaar voor het Mac-platform, inclusief Microsoft. Maar mocht je nog een enkel uitzonderlijk Windows-programma hebben waarvoor geen Mac-equivalent beschikbaar is, dan is het sinds 2006, toen Apple de overstap maakte naar Intel-processoren in hun systemen, ook mogelijk om Microsoft Windows te draaien op een Mac. En dat zelfs tegelijkertijd met het gebruikelijke OS X systeem. Hiermee zijn de meeste argumenten die er ooit waren om niet voor een Mac te kiezen van tafel. Feit blijft dat de meeste nieuwe Mac-bezitters ooit gewerkt hebben met Windows-computers. In veel gevallen hebben zij daarbij door de jaren heen een ruime ervaring opgebouwd in de omgang met dit systeem. Gelukkig kan het grootste gedeelte van deze kennis worden meegenomen bij de overstap naar de Mac, want in de basis zijn er nog steeds meer overeenkomsten tussen beide systemen, dan verschillen. Desondanks zijn er toch enkele niet onbelangrijke zaken die anders werken bij Windows dan bij OS X. Het zijn vaak precies die dingen waarbij de jarenlange gewenning aan een bepaalde manier van werken met Windows zich laat kennen. Dit e-book poogt een groot aantal van deze verschillen te benoemen en uit te leggen. Het is dus niet geschreven voor absolute computer-analfabeten, maar voor hen die overstap maken naar een nieuw systeem. Zij die bekend zijn met de werking van de iPhone of iPad zullen zich in OS X 10.8 Moutain Lion snel thuisvoelen. Apple heeft in deze versie de afstand tussen beide platforms aanzienlijk verkleind. Gebruikers zullen merken dat veel toepassingen op vergelijkbare manieren werken. Elke verandering kost enige aanpassing en doorzettingsvermogen, maar eenmaal gewend aan het Macsysteem zullen weinig gebruikers spijt hebben van hun overstap. Dit e-book probeert ex-Windowsgebruikers wegwijs te maken in de wereld van de Mac. Mocht u na het lezen van dit e-book nog vragen hebben of bent u geïnteresseerd in mijn schrijfwerkzaamheden, neem dan contact met mij op via mijn website www.kennisonline.com.

5


2. Het Dock en Launchpad Het Dock In Windows wordt onderscheid gemaakt tussen de plek waar je programma’s start en waar je schakelt tussen de programma’s die actief zijn, respectievelijk in het Start-menu en in de taakbalk. Bij de Mac bestaat dit onderscheid niet. Het starten van programma’s, en het schakelen tussen programma’s gebeurt in het Dock, de lange strip met icoontjes aan de rand van het scherm.

De gedachte hierachter is dat je als gebruiker niet lastiggevallen hoeft te worden met de vraag of een programma al actief is of niet. Als een programma al draait dan wordt het weer geopend als op het betreffende icoon wordt geklikt, zo niet dan wordt het gestart. In principe kunnen programma’s altijd actief blijven, het geheugenbeheer van OS X is zo geavanceerd dat niet gebruikte programma’s weinig systeemresources gebruiken. Of een programma actief is kun je zien aan het blauwe “lampje” bij het icoontje in het Dock. Je kunt een programma ook helemaal stoppen, hier kom ik later op terug. Ook is de positie van het Dock te veranderen (naar de zijkant van het scherm). Hoe dit moet wordt ook later uitgelegd.

Programma’s toevoegen aan het Dock Uiteraard is het veel gemakkelijker om de programma’s die je vaak gebruikt op te nemen in het Dock. Om dit te doen sleep je het programma uit de map Applicaties (zie ook het hoofdstuk over de Finder) naar het Dock, en laat je het daar los. Let er goed op dat je het niet OP een ander programma loslaat, omdat dit betreffende programma dan geopend wordt. Het Dock zal ruimte maken tussen de iconen als je er een nieuw programma naar toe sleept, zodat je het daar kunt plaatsen. Om de volgorde van de iconen in het Dock te veranderen kun je ze gewoon verslepen en loslaten op de gewenste plek. Om een programma uit het Dock te verwijderen kun je het uit het Dock slepen, en loslaten op het bureaublad. Je zult dan zien dat het programma verdwijnt in een wolkje rook!

Launchpad Om een snel en volledig overzicht te zien van alle programma’s op de Mac (vergelijkbaar mij het onderdeel “Programma’s” in het Windows Start-menu) kunt u Launchpad gebruiken. Start Launchpad door op het icoon met het raketje in het Dock te klikken, of door op het trackpad een knijp-beweging met vier vingers te maken.

6


Het Launchpad is vergelijkbaar met het Home-scherm op een iPhone of iPad. Gebruikers kunnen door de verschillende pagina’s vegen door naar links of rechts te scrollen met 2 vingers op het trackpad. Programma’s kunnen in groepjes worden geplaatst door één icoontje op een ander icoontje te plaatsen. Hierna zal er automatisch een groep worden aangemaakt.

Programma’s op andere manieren starten Alle programma’s op je Mac staan in de map Programma’s (Applications). Je kunt naar deze map navigeren in de Finder (meer details over de Finder vind je elders in dit document). De map Programma’s staat standaard ook onder het kopje Favorieten aan de linkerkant van elk Finder-venster. Een programma kan gestart worden door te dubbelklikken op het betreffende icoon in de Finder. Een andere snelle manier om een programma te starten is door gebruik te maken van Spotlight, de universele zoek-functie in OS X. Klik op het vergrootglas rechtsboven in het scherm, of type ⌘+spatiebalk, en type vervolgens de eerste letters van de programmanaam in. Druk daarna op Enter.

7


3. Vensters en het bureaublad Vensters vergroten en verkleinen De meeste programma’s die niet zijn aangepast voor gebruik op het volledige beeldscherm zouden veel “loze ruimte” tonen wanneer ze tot die afmeting worden opgerekt. Daarom beschikt OS X over een slimmer venster-vergroot knopje dat het venster zo groot maakt als nodig is. De meeste programma’s, zoals tekstverwerkers en web browsers, tonen meer informatie van boven naar beneden, dan van links naar rechts. Het schermvullend maken van een dergelijk programma zou dan ook tot verlies van bruikbare schermruimte aan de zijkanten van het scherm leiden. Gelukkig weet OS X beter! Het “intelligent” vergroten van een venster doe je met het groene bolletje links bovenin. Je kunt terugkeren naar de vorige afmetingen door normaals op het groene bolletje te klikken. Een venster kun je ook handmatig vergroten of verkleinen, door aan de zijkanten of hoeken te slepen, en zo de afmeting te veranderen.

Vensters minimaliseren Met het oranje bolletje in de linkerbovenhoek kun je een venster minimaliseren. Het verdwijnt dan in het rechtse (of onderste) gedeelte van het Dock. Met een klik op het geminimaliseerde venster in het Dock wordt het weer geopend. Merk op dat het venster in het Dock zijn inhoud behoudt, wat vooral beter zichtbaar wordt als er met de muis over bewogen wordt en het iets groter getoond wordt (zie hoofdstuk Praktische Instellingen voor het aanzetten van dit effect). Dit maakt het makkelijk om het juiste venster weer te selecteren om te openen.

In het geval dat een venster met een bewegende inhoud zoals bijvoorbeeld een filmpje wordt verkleind, dan zul je zien dat het in het Dock gewoon doorspeelt!

Vensters sluiten en programma’s stoppen Een venster kan gesloten worden door te klikken op het rode bolletje in de rechterbovenhoek. In tegenstelling tot het klikken op het kruisje in Windows, wordt het programma nu niet gestopt. Slechts het venster wordt gesloten. Je kunt zien dat een programma nog actief is door het zwarte pijltje bij het betreffende icoon in het Dock. Een programma echt helemaal stoppen kan op een aantal manieren: - Selecteer “Stoppen” (Quit) uit het eerste menu uit de menu-regel boven aan het scherm, dat altijd de naam van het programma draagt. - Rechtsklik op het betreffende icoon in het Dock, en selecteer “Stoppen” (Quit). 8


In OS X zit een handig geheugensteuntje verstopt wat je vertelt of het document in een bepaald venster al is opgeslagen of niet: Als er een zwarte punt in staat in het rode venster-sluiten bolletje is het document nog niet opgeslagen of zijn er sinds de laatste keer dat het is opgeslagen wijzigingen aangebracht. Als de stip er niet in staat, is het document al in zijn huidige vorm opgeslagen. Sommige nieuwe programma’s gebruiken de “automatisch bewaren” (auto save) functie van Moutain Lion. Hierbij is het niet meer nodig om een eenmal opgeslagen document tussentijds te bewaren. Hierop kom ik op de pagina “Versies” terug.

Schermvullende weergave In OS X Lion heeft Apple de functie “schermvullende weergave” (full screen) toegevoegd. Programma’s die dit ondersteunen kunnen naar deze weergave worden geschakeld door in de rechter bovenhoek van het venster op het icoontje met de twee pijltjes te klikken. Programma’s die dit ondersteunen zullen vervolgens optimaal gebruik maken van de ruimte op het scherm. De menu-regel bovenin het scherm en het Dock verdwijnen. Om terug te schakelen naar een normaal venster beweegt u de muis naar de bovenrand van het scherm waardoor de menu-regel weer verschijnt. Klik vervolgens weer op het icoontje met de twee pijltjes. Het is eenvoudig om tussen programma’s in schermvullende weergave en andere programma’s te schakelen, door met drie vingers horizontaal over het trackpad te vegen. Dit wordt in het hoofdstuk Multi-touch verder uitgelegd.

Menu-regel De menu-regel van een programma staat altijd helemaal bovenin het scherm, en dus niet in het venster van het programma zelf, zoals in Windows. Je ziet altijd alleen het menu van het programma wat op de voorgrond is en wat dus actief is. Wil je het menu zien van een ander programma, dan zul je dat eerst moeten selecteren door in het venster te klikken.

Als je buiten een venster klikt, dus in feite op het bureaublad, dan wordt het menu van de Finder actief.

Menu Extra’s De kleine icoontjes aan de rechterkant van de menu-regel heten Menu Extra’s, ook wel Menulets genoemd. Ze zijn vergelijkbaar met de kleine icoontjes die je in Windows rechtsonderin bij de klok ziet staan in de zogenaamde System Tray. Je kunt hier handige informatie zien, zoals het bereik van je draadloze netwerkverbinding, of Bluetooth wel of niet actief is, en natuurlijk de huidige tijd. Je kunt de volgorde veranderen door ze te verslepen terwijl je de ⌘-toets ingedrukt houdt. Als je ze met een ingedrukte ⌘-toets uit het menu sleept, kun je ze verwijderen. 9


4. Multi-touch, Mission Control en Berichtencentrum Multi-touch In OS X 10.7 Lion heeft Apple een groot aantal multi-touch gebaren toegevoegd die te gebruiken zijn met het trackpad (en in iets mindere mate met een Apple Magic Mouse), en die het gebruik van de Mac aanzienlijk plezieriger maken. Veel van deze gebaren zijn overgenomen van de iPhone en iPad, dus gebruikers van deze apparaten zullen hier snel vertrouwd mee zijn. Sommige bewegingen hebben effect op het algele systeem (bijvoorbeeld om te schakelen tussen bureaubladen of programma’s), andere worden binnen programma’s zelf gebruikt (zoals om te bladeren tussen webpagina’s in Safari).

Gebaren

Veeg met drie vingers omhoog (of tik met twee vingers op de Magic Mouse) om Mission Control weer te geven en te laten verdwijnen. Zie uitleg over Mission Control hieronder.

Veeg met drie vingers naar links en rechts (of met twee vingers naar links en rechts op de Magic Mouse) om te switchen tussen je bureaubladen en programma’s in schermvullende weergave.

10


Veeg met twee vingers omhoog of omlaag (of scroll met één vinger op de Magic Mouse) om te scrollen in documenten of webpagina’s. Vergelijkbaar met het scroll-wieltje op een ouderwetse muis. Zie ook de opmerking over scroll-richting hieronder.

Maak in inwaardse of uitwaardse knijpbeweging met twee vingers om in te zoomen op documenten en webpagina’s (voor zover het programma dit ondersteunt). Vergelijkbaar met zoomen op een iPhone of iPad.

Dubbel-tik met twee vingers op het trakpad (of dubbeltik met één vinger op de Magic Mouse) om “slim” in te zoomen op bijvoorbeeld een webpagina. De kolom waar je muispijltje zich op dat moment bevindt krijgt de breedte van het venster. Vergelijkbaar met dubbeltikken op een iPhone of iPad.

Veeg met twee vingers van links naar rechts en vice versa (of veeg met één vinger op de Magic Mouse) om heen en weer te bladeren tussen pagina’s in bijvoorbeeld de webbrowser Safari. Dit heeft hetzelfde effect als de knoppen met de pijltjes naar links en rechts naast de adresregel, maar werkt uiteraard veel eenvoudiger. + Veeg met twee vingers vanaf de rechterkant van het trackpad om Berichtencentrum te openen (zie verderop in dit hoofdstuk). + Knijp vier vingers samen om Launchpad te openen (zie ook het hoofdstuk over het Dock en Launchpad). + Spreid vier vingers uit om de openstaande vensters uit beeld te laten verdwijnen en je bureaublad te tonen. Handig als je hier een document wilt selecteren. Maak knijpbeweging met vier vingers om de vensters weer te laten verschijnen. + Dubbeltik met drie vingers om een woordenboek-definitie (en een Wikipedia-beschrijving, indien voorhanden) te zien van het woord dat op dat moment geselecteerd is. 11


Scroll-richting Apple heeft de richting van het scrollen vanaf OS X 10.7 Lion aangepast aan wat het “een natuurlijke richting” noemt. Wanneer de gebruiker met twee vingers omhoog beweegt, sleept hij als het ware het document naar boven, waardoor er meer van de onderzijde van het document in beeld komt. Deze bewegingsrichting is identiek aan die op de iPhone en iPad. Voorheen was deze scroll-richting omgedraaid. Een historische erfenis van het scroll-wieltje, die niet echt meer op zijn plaats was in een multi-touch wereld. Mocht je desondanks toch de scroll-richting willen veranderen in de traditionele instelling, dan kan dit onder “Systeemvoorkeuren” bij het onderdeel “Muis” of “Trackpad”. Een ander fenomeen dat na vele jaren trouwe dienst op het schop ging in Lion zijn de scrollbalken aan de zijkant van een venster. Op een computer met multi-touch zijn deze eigenlijk niet meer nodig om te scrollen, hooguit om je positie in het document te zien. Tijdens het scrollen verschijnt er nu tijdelijk een scroll-indicator in beeld. Deze kan vervolgens ook worden gesleept om sneller door een document te kunnen scrollen.

Mission Control Met Mission Control kun je in één oogopslag zien welke vensters je allemaal open hebt staan, welke bureaubladen je hebt gemaakt en welke programma’s er in volledige schermweergave actief zijn, en kun je er gemakkelijk tussen schakelen. Je kunt Mission Control oproepen door te met drie vingers omhoog te bewegen op het trackpad (of door met 2 vingers te tikken -niet klikken- op de Magic Mouse), of met de F3-toets op het toetsenbord. In feite heeft Mission Control dezelfde functie als de taakbalk in Windows, maar dan visueler uitgevoerd, zodat je sneller het juiste venster kunt selecteren.

Je kunt een programma in Mission Control eenvoudig naar voren halen door er op te klikken. Boven in beeld zie je je actieve bureabladen. Het kan handig zijn om de vensters van bepaalde programma’s bij elkaar te zetten op een apart bureaublad, zodat het scherm overzichtelijker wordt. Druk op de + in de rechter bovenhoek om een bureaublad toe te voegen, sleep er vervolgens de gewenste programma’s naar toe. Klik vervolgens het betreffende bureaublad aan om het te bekijken. 12


Merk op dat ook programma’s die in schermvullende weergave actief zijn, als een apart “bureaublad” worden weergegeven in Mission Control, en dat je ze op dezelfde manier kunt activeren. Door wederom drie vingers omhoog of omlaag te vegen verdwijnt Mission Control weer.

Dashboard Het Dashboard is het meest linkse “bureaublad”. Open het vanuit Mission Control door het boven in beeld te selecteren, of beweeg met drie vingers naar rechts tot Dashboard verschijnt. In het Dashboard staan diverse kleine programma’tjes die handig zijn om even te gebruiken terwijl je bezig bent met andere werkzaamheden op de Mac. Denk aan een rekenmachine, een vertaalprogramma, een weeroverzicht of een programma om maten om te rekenen. Deze zogenaamde Widgets zijn vergelijkbaar met de “gadgets” in Windows, maar kunnen eenvoudiger worden getoond en weer uit beeld verdwijnen tijdens andere werkzaamheden. Widgets kunnen naar believen worden toegevoegd door ze te kiezen uit het overzicht dat verschijnt na een druk op de + knop aan de linker onderzijde van het scherm.

Berichtencentrum Berichtencentrum (Notification Center) is een nieuwe functie van OS X 10.8 Mountain Lion. In het berichtencentrum worden alle meldingen van het systeem en van de programma’s verzameld. Deze manier is vergelijkbaar met het Berichtencentrum op de iPhone of iPad. Berichtencentrum toont nieuwe e-mails, vermeldingen op Twitter, Facebook-updates, agenda-afspraken, chatverzoeken en -berichten, herinneringen, Facetime-oproepen en alle andere mogelijke notificaties van programma’s die ervoor geschikt zijn gemaakt. Het voordeel hiervan is dat alle meldingen netjes gegroepeerd en consistent worden weergegeven op een manier die het werken op de Mac niet onderbreekt. Alle meldingen zijn bovendien nogmaals op te roepen door met twee vingers vanaf de rechterkant van het trackpad te vegen, of door op het icoontjes helemaal rechtsboven in beeld te klikken. Welke items wel en niet moeten worden getoond in berichtencentrum, op welke manier de meldingen in beeld moeten verschijnen en in welke volgorde, is allemaal in te stellen via Systeemvoorkeuren onder Berichten. Het is tevens mogelijk hier een knop voor het plaatsen van een bericht op Facebook of Twitter toe te voegen, zodat het altijd eenvoudig is om een bericht te plaatsen zonder dat hiervoor een apart programma of website dient te worden geladen.

13


5. De Finder en bestandsbeheer Openen van de Finder De Finder is op de Mac het equivalent van de Windows Verkenner (of “Deze Computer”). Je kunt er de inhoud van je harde schijf, of van andere media zoals CD’s, USB-sticks, of netwerkstations bekijken. Je kunt er bestanden verplaatsen, kopieren of een andere naam geven. De Finder is altijd actief op de Mac. Je kunt een Finder-venster openen op een van de volgende manieren: - Door te klikken op het “Happy Mac” icoontje in het Dock - Door te dubbelklikken op een van de drive-stations die je ziet op je bureaublad (standaard staat de ingebouwde harde schijf hier niet bij) Welke drive-stations je ziet, hangt af van welke media op een bepaald moment geladen zijn. Als je bijvoorbeeld een CD in je Mac laadt, dan zal deze op het bureaublad worden getoond met een icoontje. Bij Windows worden altijd alle stations getoond (met een onvriendelijke letter, zoals E: ), zelfs als er bijvoorbeeld geen CD geladen is. Bij de Mac is dat dus niet het geval.

Alle bestanden Als je een nieuw Finder-venster opent, zie je eerst het scherm met “Alle bestanden” (All My Files). De gedachte hierachter is dat je als gebruiker niet hoeft te zoeken in mappen naar een bepaald bestand, de Finder toont hier alle bestanden, gerangschikt naar type. Om de inhoud van een specifieke map te zien kan deze worden geselecteerd uit het rijtje Favorieten aan de linkerkant. Wanneer de thuis-map (de map met de naam van de gebruiker) wordt gekozen, kunnen van hieruit vervolgens alle door de gebruiker aangemaakte mappen worden benaderd. Tenslotte is het ook nog mogelijk om een (gedeelte van) een bestandsnaam te typen in het zoekvak rechts bovenin beeld. Dit kan ook vanuit de weergave van Alle Bestanden. Alleen de bestanden die aan het zoekcriterium voldoen verschijnen nu in beeld.

Onderdelen van een Finder-venster Een Finder-venster is opgebouwd uit enkele onderdelen. Het grote vlak aan de rechterkant toont de inhoud van de gekozen map. Door te dubbelklikken op een map wordt deze geopend, en duik je dus verder de mapstructuur in. Dit werkt hetzelfde als in Windows.

14


De balk aan de linkerkant van een Finder-venster heeft echter altijd dezelfde inhoud: Onder “Favorieten” vind je alle mappen waar je snel toegang tot wil hebben. Standaard staan hier een aantal mappen, zoals Documenten, Programma’s of Afbeeldingen. Je kunt er zelf nieuwe mappen naartoe slepen. Bij “Gedeeld” (Shared) zie je alle gedeelde drives van computers op je netwerk. Dit kunnen Macs zijn, maar ook harde schijven in Windows-computers die gedeeld worden zijn opgenomen in dit overzicht. Door een van deze drives te selecteren, wordt de inhoud ervan getoond. Als het de eerste keer is dat je een drive op deze manier opent, zal het systeem je vragen om een gebruikersnaam en wachtwoord van de betreffende computer waarin de schijf zicht bevindt. “Aparaten” (Devices) toont alle aangesloten harde schrijven, USB-sticks, iPods, CD’s, DVD’s, disk images en andere drive-stations die geladen zijn.

De verschillende weergaven van een Finder-venster Net zoals de Windows Verkennen verschillende weergave modi kent, zijn er drie verschillende “views” waarop je een Finder-venster kunt tonen. Je kunt schakelen tussen deze drie opties met de respectievelijke knopjes bovenin het Finder-venster.

15


Icoon-weergave De icon-weergave is de standaard weergave. Hierbij zie je grote iconen, met daaronder of daarnaast de naam van het bestand. Van de meeste typen bestanden is het icoontje een miniatuurweergave van het bestand zelf. Dat kan in sommige gevallen makkelijk zijn bij het zoeken van een bestand. In het hoofdstuk Praktische Instellingen worden enkele adviezen gegeven om deze weergave nog bruikbaarder te maken. Lijst-weergave In de lijst-weergave staat elk bestand op een regel, met daarachter in aparte kolommen de datum, grootte en bestandssoort. Voordeel van deze weergave is dat er ook op deze andere criteria kan worden gesorteerd (bijvoorbeeld op bestandsgrootte, of op datum), door te klikken op de naam boven de kolom. Kolom-weergave De kolom-weergave is wezenlijk anders dan de weergavemodi van de Windows Verkenner. De verschillende mappen worden hier naast elkaar getoond, telkens wanneer er een map geselecteerd wordt, wordt er een kolom toegevoegd. De mappen die op de niveaus erboven geselecteerd waren houden hun blauwe selectie-kleurtje, zodat je makkelijk kunt zien waar je je bevindt in je map-structuur. Deze weergave is het meest bruikbaar voor diegenen die graag werkten met de boom-structuur weergave van Windows Verkenner, omdat de functionaliteit enigszins vergelijkbaar is. CoverFlow-weergave CoverFlow maakte zijn debuut in iTunes, om op een aantrekkelijke wijze door de covers van de geimporteerde CD’s te kunnen bladeren. Iets later vond CoverFlow zijn weg naar de iPod en iPhone, en is nu ook aanwezig als weergave-optie in de Finder van OS X. Deze weergave optie is vooral handig om snel op een visuele wijze door bestanden te kunnen bladeren. CoverFlow kan elk type bestand weergeven, niet alleen afbeeldingen, maar bijvoorbeeld ook Worddocumenten, filmpjes of opgeslagen webpagina’s. CoverFlow is buitengewoon goed te combineren met Snelle Weergave (zie volgend item).

Snelle Weergave Een bijzonder handige functie van OS X is Snelle Weergave (Quick Look). Je kunt een bestand met een simpele druk op de spatiebalk even snel inzien. Wederom geldt: of het hier nu gaat om een afbeelding, een spreadsheet of een filmpje: Quick Look weet met alle bestanden raad. Het programma dat het document oorspronkelijk heeft gemaakt (bijvooorbeeld Word of PhotoShop) hoeft niet te worden geopend, wat aanzienlijk scheelt in tijd. Zoals gezegd is vooral CoverFlow handig te combineren met Quick Look: blader door de verschillende bestanden, waarbij al direct een weergave in miniatuur wordt getoond. Druk eenmaal op de spatiebalk om de weergave te vergroten, druk nogmaals op de spatiebalk om het weergavevenster te sluiten ten terug te keren naar je bestandslijst in de Finder.

Kopiëren en verplaatsen van bestanden De eenvoudigste manier om een bestand te verplaatsen is door het openen van twee Finder-vensters. Open daartoe eerst de Finder zoals eerder beschreven (klik op het “Happy Mac”-symbooltje in het Dock, of klik ergens op het bureaublad). Kies vervolgens “Open Nieuw Finder Venster” (Open New Finder Window) uit het menu Archief (File). Navigeer in het ene venster naar de map waar je originele bestanden staan, en in het andere venster naar de gewenste doel-locatie. Sleep vervolgens de bestanden van het ene venster naar het andere.

16


Wanneer de twee mappen zich op dezelfde schijf bevinden, wordt het bestand verplaatst. Dat wil zeggen, het wordt op de originele lokatie verwijderd. Wanneer de mappen echter op twee verschillende schijven staan, dan wordt het origineel behouden en wordt er een kopie gemaakt. Dit werkt hetzelfde als in Windows. Om toch een kopie te kunnen maken in een andere map op dezelfde schijf moet je de ⌥-toets ingedrukt houden tijdens het verslepen. Er zal dan een +-symbooltje in een groen circeltje bij het bestandsicoon verschijnen, zodat je kunt zien dat je een kopie van het bestand gaat maken. Meerdere bestanden selecteren kan net zoals in Windows door er een vierkant overheen te trekken. Ook kun je alle bestanden selecteren door de toetscombinatie ⌘+A.

Bestanden wissen In Windows kun je een bestand wissen door het te selecteren en op de Delete-knop te drukken. Op de Mac selecteer je het bestand, en druk op de toetscombinatie ⌘+Backspace. Of je sleept het te wissen bestand naar het prullenmand-icoontje in het Dock. Let op: de prullenmand wordt nooit automatisch geleegd, zoals dat wel kan gebeuren bij Windows. Je moet dit zelf doen door er op te rechtsklikken en te kiezen voor Prullenmand Legen (Empty Trash).

17


Bestanden hernoemen In Windows kun je rechtsklikken op een bestand en dan kiezen voor de menu-optie “hernoemen” (Rename). Onder OS X selecteer je hiertoe het bestand door een keer op het icoon te klikken, en klik vervolgens nog een keer op de naam van het bestand (deze staat dus onder of naast het icoontje). De naam wordt vervolgens een tekstveld, waarvan je de inhoud kan aanpassen. Let op dat je deze handeling niet verwart met dubbelklikken, dan wordt het bestand namelijk geopend.

Drive-stations koppelen en ontkoppelen In Mac OS zie je alle drive-stations als icoontje op je desktop staan, en tevens onder “Aparaten” in de balk aan de linkerkant van elk Finder-venster. Je ziet hier bijvoorbeeld een aangesloten iPod, een geladen CD of een ingeplugde USB-stick. In tegenstelling tot bij Windows, zie je de aanduiding van een dergelijk station alleen als het medium daadwerkelijk geladen is. Er is dus geen drive-letter of iets dergelijks voor bijvoorbeeld het CD-station als er geen CD geladen is. Als je een medium wil verwijderen, dan moet je het eerst ontkoppelen, in Engels computerjargon ook wel “unmounten” genoemd. Dit is in principe hetzelfde als het “veilig verwijderen” in Windows. Dit kan op twee manieren: - Door te rechtsklikken op het icoon op je bureaublad, en te kiezen voor “Eject”. - Door te klikken op het “Eject” symbooltje rechts van de naam van het station in een Finder-venster In het geval van een CD of DVD wordt deze nu door het station “uitgespuwd”, een iPod of USB-stick kun je nu rustig loshalen. Een CD of DVD kun je ook verwijderen door te drukken op de Eject-knop, boven op het toetsenbord.

18


6. Programma’s installeren Twee manieren om programma’s te installeren Oorspronkelijk ging het installeren van programma’s op een Mac op een vergelijkbare manier als bij Windows. Een programma werd verkregen via een download van het Internet of bijvoorbeeld van een DVD, en moest vervolgens door de gebruiker worden geïnstalleerd. In OS X 10.8 Moutain Lion is dat nog steeds mogelijk, maar Apple heeft nu ook de Mac App Store toegevoegd. In de App Store kan een gebruiker zoeken tussen duizenden gratis en betaalde programma’s, die direct worden geïnstalleerd.

Mac App Store De Mac App Store kan worden geopend door een druk op het ronde icoon met de “A” in het Dock of in Launchpad, of door “App Store” te selecteren uit het Apple-menu in het menu-regel. Om de App Store te kunnen gebruiken heeft de gebruiker een Apple ID nodig. Dit is hetzelfde als het account dat gebruikt wordt in de iTunes Store en met iCloud. Mocht u nog niet over zo’n account beschikken, dan kan deze vanuit de App Store gemakkelijk worden aangemaakt.

19


In de App Store kan een gebruiker zoeken in verschillende programmacategorieën. Wanneer een geschikt programma is gevonden, kan het met één druk op de knop worden geïnstaleerd (en eventueel worden afgerekend). Het programma wordt automatisch toegevoegd aan Launchpad (zie het hoofdstuk “Het Dock en Launchpad”), van waar het kan worden gestart. Programma’s installeren vanuit de App Store heeft een groot aantal voordelen. Alle programma’s zijn door Apple getest en zijn gegarandeerd te doen wat ze beloven, zonder eventuele schade aan de rest van het systeem te kunnen aanrichten. “Malware” (programma’s met daarin verborgen kwaadwillende eigenschappen) komen er niet voor. Bovendien worden updates voor de programma’s automatisch gevonden door de App Store, en aangegevn met een rood bolletje met daarin een cijfer. De gebruiker kan de update wederom met een simpele muisklik installeren, het is niet nodig te zoeken naar bestanden op het internet. Programma’s die je eenmaal gekocht hebt met je Apple ID, kun je vervolgens gratis installeren op al je andere Macs met ditzelfde account. Ook als je een programma hebt verwijderd, kun je het later gratis opnieuw installeren. Kies hiervoor voor “Gekocht”, bovenaan het venster van de App Store, en kies vervolgens een van de eerder aangeschafte programma’s.

Programma’s downloaden buiten de App Store Hoewel de App Store de enige manier is om programma’s te installeren op een iPhone of iPad, is het op de Mac nog steeds mogelijk om programma’s buiten de App Store te betrekken en te installeren. Vanaf OS X 10.8 Mountain Lion heeft Apple een extra beveiligingsniveau ingevoerd voor het installeren van programma’s. Je kunt er voor kiezen om alleen programma’s van de App Store te kunnen installeren, om alle programma’s te kunnen installeren (ongeacht de bron), óf om naast de App Store alleen programma’s te kunnen installeren waarvan de ontwikkelaar op zijn minst bekend is bij Apple, zodat bij een eventueel misbruik de mogelijkheid bestaat om de ontwikkelaar te achterhalen, en om de software op afstand te kunnen blokkeren. Je kunt deze instellingen veranderen bij Systeemvoorkeuren, onder Veiligheid en Privacy (Security and Privacy).

20


Installeren van programma’s Wanneer je een programma voor OS X download van Internet, dan gebeurt dat normaal gesproken in de vorm van een “disk image” bestand. Als het bestand gedownload is, dan verschijnt het normaal gesproken in de Downloads-stack in je Dock, een speciale map waarin alle downloads terecht komen. Meestal wordt dit bestand automatisch geopend, en verschijnt er vervolgens een icoon op je bureaublad dat vergelijkbaar is met een geladen CD of een andere schijf. Soms moet je op het disk image bestand dubbelklikken om het disk image te laden. het gedraagt zich ook op precies dezelfde manier als een echte Een disk image is een soort virtuele disk, disk. Je kunt het dus openen om te kijken wat er “op de disk” staat. Er zullen één of meerdere bestanden op het disk image staan, maar er is altijd een applicatie-bestand. Open een tweede Finder-venster (zoals hierboven besproken in het onderdeel Kopiëren van bestanden), en sleep het bestand naar de map Programma’s (Applications) van je harddisk. Start het vervolgens op vanuit Launchpad, of sleep het vanuit de map “Programma’s” in de Finder naar je Dock als je het in het vervolg wilt kunnen starten vanuit het Dock.

Let er op dat je het bestand niet rechtstreeks start vanuit het disk image, maar dat je het dus eerst kopiëert naar de juiste plek op je harde schijf. Als je het programma hebt gekopieerd naar de juiste plaats op je harde schijf, dan kun je het gedownloade disk image verwijderen. Hiertoe moet je eerst het disk image “ontkoppelen” zoals je dat bij elke disk zou doen (zie hierboven bij het onderdeel Disk-stations koppelen en ontkoppelen), door er op te rechtsklikken en te kiezen voor “Eject”. Vervolgens kun je het disk image bestand verwijderen door in de Downloads-stack in je Dock te kiezen voor “Openen in Finder”, rechtsklikken op het betreffende bestand en te kiezen voor “Naar prullenmand verplaatsen” (Move to Trash).

Programma’s verwijderen Onder Windows zijn er vaak speciale “un-install” programma’s nodig om een programma te verwijderen. Dat komt met name doordat Windows-programma’s uit verschillende bestanden bestaan, die op verschillende plaatsen op de harde schijf worden weggeschreven. Het uninstall-programma zorgt ervoor dat al deze bestanden worden verwijderd. Een programma voor OS X bestaat in de regel slechts uit één bestand. Dit bestand bevindt zich in de map Programma’s (Applications). Om een programma te verwijderen, volstaat het om naar de map Programma’s te navigeren in de Finder, en vervolgens het betreffende bestand te verwijderen. Als het programma ook in het Dock stond, dan moet je misschien het icoontje uit het Dock slepen richting bureaublad, waarna het verdwijnt in een wolkje rook.

21


7. Toetscombinaties en type-functies Sneltoetsen Veel sneltoetsen (toetscombinaties) die in Windows gebruikt worden, werken ook in OS X, maar dan wordt vaak de ⌘-toets gebruikt in plaats van de Ctrl-toets. Knippen, kopiëren en plakken doe je dus respectievelijk met de toetscombinaties ⌘+X, ⌘+C en ⌘+V. In tekstverwerkers zoals Microsoft Word voor de Mac werken ook dezelfde toetscombinaties als in Windows, maar dan wederom met de ⌘-toets. Tekst vet, schuingedrukt of onderstreept maken doe je dan dus met ⌘+B, ⌘+I en ⌘+U. Ook het switchen tussen programma’s kan op de Mac zoals in Windows, maar dan met de toetsen ⌘ +Tab.

Home- en End-toetsen Het toetsenbord van een Mac laptop beschikt niet over aparte Home- en End-toetsen.Wil je naar het begin van een regel gaan, druk dan Ctrl + pijltje-naar-links, naar het einde van een regel ga je met Ctrl + pijltje-naar-rechts. Het toetsenbord met draad van Apple heeft wel een Home- en End-toets, maar deze hebben een andere werking op de Mac dan onder Windows, namelijk naar het begin of eind van een document springen. Als je dit erg lastig wennen vindt, dan is er een ietwat ingewikkelde manier waarmee je de Home- en Endtoetsen dezelfde werking kunt geven als in Windows. Dat doe je door een bestandje aan te maken met een aantal commando’s, om deze vervolgens op een specifieke plaats op je harddisk op te slaan. We raden je aan om de hulp van een ervaren gebruiker in te roepen als je dit wilt uitvoeren. Bekijk de volgende website voor meer informatie over het aanpassen van de toetsen: blog.macromates.com/2005/ key-bindings-for-switchers/

Accent-tekens Accenten kunnen op twee manieren aan letters worden toegevoegd. Houdt de toets van het teken waarop je een accent wilt plaatsen iets langer ingedrukt. Er zal nu een venstertje verschijnen met alle mogelijke accenten voor deze letter. Klik het gewenste teken aan (of druk op de corresponderende nummertoets op het toetsenbord). Dit werkt hetzelfde als het typen van een accent-teken op een iPhone of iPad. Een andere methode is door eerst de toetscombinatie te kiezen voor het betreffende accent-teken, en vervolgens de letter te typen waar het teken op moet komen te staan. Accenten worden opgeroepen door een toetscombinatie met de ⌥-toets. ´ ⌥+e en vervolgens de gewenste letter ¨ ⌥+u en vervolgens de gewenste letter ˆ ⌥+i en vervolgens de gewenste letter

22


Woordenboek en Wikipedia Het is vanuit vrijwel elk programma mogelijk om direct de betekenis van een woord op te zoeken in het ingebouwde (Engelstalige) woordenboek, of in de Wikipedia, zonder hiervoor naar een website te hoeven navigeren.

Dubbeltik met drie vingers op het trackpad terwijl de cursor op een bepaald woord staat. Vervolgens verschijnt een venstertje met daarin de definitie en de Wikipedia-beschrijving, indien beschikbaar. Klik de beschrijving aan om de rest van de tekst te kunnen lezen. Merk op dat deze functie wellicht uitgeschakeld staat. Kijk in het Apple-menu bij “Systeemvoorkeuren” onder “Taal en tekst” om deze functie aan te zetten.

Spellingscorrectie Apple heeft in OS X een spellingscorrectie-functionaliteit toegevoegd die sterk lijkt op die van de iPhone en iPad. Wanneer (nieuwe) programma’s hiervoor geschikt zijn, zal de spelling van foutief gespelde woorden automatisch worden aangepast. Eventueel kan er uit een opspringend venstertje nog worden gekozen voor de gesuggereerde spelling, of kan deze met het x-je worden weggeklikt en genegeerd. Deze functie is ook uit te zetten. Gaar hiervoor naar “Systeemvoorkeuren”, kijk onder “Taal en tekst” en vink vervolgens de functie uit onder “Taal”.

23


8. iCloud en GMail Wat is iCloud? iCloud is een gratis dienst van Apple waarmee documenten, foto’s, agenda’s, adressen en meer automatisch worden opgeslagen op het Internet, zodat ze overal toegankelijk zijn. iCloud kwam in het najaar van 2011 beschikbaar en verving het beperktere (en tot dan toe betaalde) MobileMe. Vanaf nu is het heel eenvoudig om via de Systeemvoorkeuren een iCloud-account aan te maken (je kunt hiervoor eventueel ook je Apple ID uit de iTunes Store gebruiken). Iedere gebruiker krijgt 5 GB aan gratis ruimte, de ruimte die wordt ingenomen door foto’s of aangekochte muziek wordt daarbij niet meegeteld.

Waarmee is iCloud te gebruiken? iCloud is primair bedoeld om gegevens te synchroniseren tussen je Mac en je andere Apple-apparaten, zoals een iPhone, iPod touch of iPad. Al je documenten, foto’s en andere data zijn dan automatisch altijd beschikbaar, zonder dat je bestanden hoeft te kopiëren of zelf handmatige handelingen hoeft uit te voeren.

iCloud is ook te gebruiken via het web. Ga naar icloud.com en log daar in met je account, om al je iWorkdocumenten te zien of om je agenda of adressenlijst te bekijken. Daarnaast is het zelfs mogelijk om iCloud in combinatie met Windows te gebruiken. Installeer daartoe de iCloud-software van Apple voor Windows. Vanaf dat moment zullen bijvoorbeeld je adressen en agenda’s ook in Outlook terug te vinden zijn. Handig voor wie naast een Mac ook nog een Windows-PC gebruikt.

24


Functies van iCloud Documenten Documenten die je maakt in daarvoor geschikt gemaakte programma’s (de iWork-programma’s zoals Pages, Numbers en Keynote zijn dat nu al, Microsoft Office voor Mac volgt later dit jaar) worden automatisch naar iCloud gepushed, waardoor de laatste versie van het document altijd op alle apparaten voorhanden is. Tevens is het een geruststellende gedachte dat er altijd een backup op het Internet aanwezig is. Foto’s De laatste 1000 foto’s die je maakt met een iPhone of iPad worden automatisch in iCloud geplaatst, waardoor ze direct op andere apparaten te zien zijn, waaronder in iPhoto op de Mac. Je kunt ook zelf foto’s in deze zogenaamde “Photo Stream” plaatsen vanaf iPhoto. Agenda en adressen Alle afspraken die je maakt in Agenda en alle contactgegevens die je hebt ingevoerd in Contacten worden in iCloud geplaatst, waardoor je ze op andere apparaten (of via de website in bijvoorbeeld een Internet-café) kunt bekijken. Herinneringen en notities In Mountain Lion hebben nu ook de van de iPhone bekende programma’s Herinneringen en Notities een plekje gekregen. Herinneringen en notities worden via iCloud automatisch gesynchroniseerd tussen alle apparaten. Vind mijn Mac Wanneer je deze functie activeert op je Mac, kun je via de iCloud-website ongeveer lokaliseren waar je (gestolen of vermiste) MacBook zich bevindt, zodra deze een verbinding met het Internet maakt. Het is dan tevens mogelijk om de computer op afstand te blokkeren of te wissen, zodat anderen niet bij je gegevens kunnen. Mail Bij iCloud krijg je ook een gratis e-mail adres dat eindigt op me.com. Je kunt deze mail gebruiken op je Mac, via de website, op Windows-PC’s of via je mobiele telefoon. Merk op dat het niet noodzakelijk is om iCloud mail te gebruiken. Je kunt je bestaande e-mail account blijven gebruiken en toch van de andere functies van iCloud profiteren. iPhone/iPad backups De gehele inhoud van je eventuele iPhone, iPod touch of iPad wordt gebackupt naar iCloud, zodat je een nieuw of vervangend toestel meteen kunt inrichten, of bij een crash de inhoud van je iPhone kunt terugzetten. Ook alle aangekochte programma’s uit de App Store zijn in iCloud beschikbaar, zodat je die ten alle tijden op afroep gratis kunt herinstalleren.

GMail Hoewel Apple dus een eigen Internet-dienst aanbiedt, heeft het ook ondersteuning voor andere diensten ingebouwd in de Mac. Je kunt bijvoorbeeld je GMail-account gemakkelijk configureren voor gebruik met het Mail-programma op de Mac, en met Agenda en Contacten. Ga in het Apple-menu naar “Systeemvoorkeuren” en kies voor “Mail, contacten en agenda’s”. Kies hier vervolgens GMail en voer je gebruikersnaam en wachtwoord in. Dat is alles wat nodig is om je Mac en alle relevante programma’s te configureren voor Gmail. Merk op dat wanneer je in Safari naar de GMailwebsite gaat, je de eerste keer gevraagd wordt of de Mac automatisch dat GMail-account moet configureren voor gebruik met al deze programma’s.

25


Het gebruik van het Mail-programma (en Agenda en Contacten) biedt vele voordelen ten opzichte van het gebruik van de GMail-website. Het werkt sneller (want er hoevel geen complete webpagina’s te worden gedownload), het oogt beter, er zijn geen advertenties, mail kan in de achtergrond worden gecontroleerd en je kunt een melding krijgen wanneer je nieuwe mail ontvangt, en je mail, agenda’s en contactenlijsten zijn in het hele systeem geïntegreerd. Dit betekent bijvoorbeeld dat je vanuit Safari direct een webpagina kunt doormailen, of eenvoudig een afspraak in de agenda kunt zetten vanuit andere programma’s. Mensen met een Android-telefoon zullen vaak gebruik maken van de Google-diensten zoals GMail. Zeker in die gevallen wordt het aangeraden om je GMail-account in te stellen op de Mac, zodat je op al je apparaten bij al je gegevens kunt.

26


9. Social media: chat, Twitter en Facebook Verschillende manieren Het is mogelijk om op verschillende manieren, en via verschillende platformen, met andere gebruikers te communiceren en/of te chatten. Om contact met iemand te kunnen leggen, moet diegene op hetzelfde platform actief zijn. Voor de Mac zijn alle gangbare chatprogramma’s beschikbaar, zodat het altijd mogelijk is om met anderen te praten, ook wanneer zij bijvoorbeeld een Windows-computer (of een mobiele telefoon) gebruiken. Apple heeft in OS X 10.8 Mountain Lion bovendien Twitter en Facebook geïntegreerd, zodat het heel eenvoudig is om vanuit verschillende programma’s binnen het systeem met deze platforms te communiceren.

Berichten Het chat-programma dat standaard geleverd wordt met OS X heet Berichten. Het programma is gebaseerd op de Berichten-app op iPhone en iPad, en maakt het dus mogelijk om niet alleen met andere Mac-gebruikers te communiceren, maar ook met iPhone- en iPad-bezitters. Berichten is tevens geïntegreerd met FaceTime, zodat ook videogesprekken gevoerd kunnen worden. Hierover later meer. Naast teksten videochats biedt Berichten ook een aantal geavanceerde opties. Zo is het eenvoudig om het beeldscherm van je chatpartner over te nemen (nadat deze hiervoor toestemming heeft gegeven), zodat je hem of haar kunt helpen bij het gebruik van de computer. Ook je eigen beeldscherm kun je delen, als je iets wilt uitleggen aan de hand van je eigen systeem. Daarnaast beschikt Berichten over een mooie presentatiefunctie. Je kunt alle bestanden “laten zien” aan je chat-partner, of het hier nu om afbeeldingen, filmpjes, documenten of zelfs powerpoint-presentaties gaat. Terwijl je dit doet kun je middels spraak met communiceren. In typische Apple-fashion is Berichten volledig geintegreerd met andere componenten uit het besturingssysteem, zoals Contacten en Mail, zodat je bijvoorbeeld in je mailweergave direct kunt zien wie er online is.

Facebook- en Twitter-integratie In OS X Mountain Lion is het mogelijk om eenmalig je account-gegevens van Twitter en/of Facebook in te voeren, waarna het vanuit verschillende plekken binnen het systeem mogelijk is om met deze platforms te communiceren.

27


Zo is in verschillende programma’s een Deel-knop aanwezig, waarmee met een druk op de knop bijvoorbeeld een webpagina of foto kan worden gedeeld op Facebook of Twitter. Het is ook mogelijk om direct een bericht op Facebook of Twitter te plaatsen via de knoppen in het Berichtencentrum (wat getoond wordt door met twee vingers vanaf de rechterkant van het trackpad te vegen, of door op de menuknop helemaal rechts bovenin het scherm te klikken). Daarnaast is Facebook ook geïntegreerd met de Agenda en Contacten, zodat -indien je dit wenst- je Facebook-gebeurtenissen ook in de Agenda verschijnen, en de contactgegevens van je vrienden ook in je Contacten worden getoond, inclusief de profielfoto. Wanneer een Facebook-gebruiker zijn contactgegevens aanpast, worden deze wijzigingen ook op je Mac doorgevoerd. Voeg je Twitter- en/of Facebook-account toe in Systeemvoorkeuren, onder Mail, Contacten en Agenda’s.

Let op: Facebook-integratie komt beschikbaar in het najaar van 2012 middels een update voor OS X 10.8 Mountain Lion. Twitter-integratie is reeds aanwezig.

Facebook Chat in Berichten Het is ook mogelijk om met gebruikers op Facebook te chatten via Berichten (al is hierbij alleen tekst-chat beschikbaar, en niet de functies van Berichten die hierboven worden genoemd). Het voordeel hiervan is dat de Facebook-website niet hoeft te worden geopend om beschikbaar te zijn voor een chat, of om te zien wie er op Facebook Chat online is. Om je Facebook-account aan Berichten toe te voegen ga je naar Mail, Contacten en Agenda’s in Systeemvoorkeuren. Kies vervolgens de +, dan voor “Voeg ander account toe” onder aan de lijst, en kies hier voor Berichten. Selecteer vervolgens accounttype Jabber, [email protected] als accountnaam (waarbij “gebruikersnaam” je Facebook gebruikersnaam is, die je eventueel op de Facebook-site kunt aanmaken onder Accountinstellingen), en je Facebook-wachtwoord als wachtwoord.

28


Bij serverinstalleringen kies je chat.facebook.com als server, 5222 als poort en schakel je SSL uit. Deze instructies zijn ook te vinden op de site van Facebook: facebook.com/sitetour/chat.php

Google Talk in Berichten Het is heel eenvoudig om een Google Talk account toe te voegen aan Berichten. Volg de stappen die hierboven worden genoemd voor Facebook-chat, maar kies in plaats van Jabber voor “Google Talk”. Het invullen van je gebruikersnaam en wachtwoord is voldoende. Wederom geldt hierbij dat het gebruik van Berichten makkelijker is dan het gebruik van een website, omdat je via Berichten altijd beschikbaar bent voor (en de beschikking hebt over) anderen.

FaceTime FaceTime is het programma van Apple om te kunnen videobellen tussen iPhone, iPod touch, iPad en Mac. Het gebruik ervan is gratis.

Het programma is te starten vanuit de Dock of Launchpad, en maakt gebruik van je Apple ID. Vervolgens kun je met de ingebouwde webcam van de Mac een videogesprek voeren met andere FaceTimegebruikers, ongeacht van welk apparaat zij gebruik maken.

Microsoft Messenger Een populair instant messaging (“chat”) programma in Nederland in Windows Live Messenger, voorheen bekend als MSN Messenger. Voor de Mac maakte Microsoft een versie van dit chat-programma, dat ze Microsoft Messenger noemen. Je kunt het downloaden van de Microsoft Mac website: microsoft.com/ mac/messenger De meeste functies van de Windows versie worden ondersteund, zoals het avatar-plaatje, kleur van de letters, doorsturen van bestanden, smileys, “custom” smileys (dus de eigen animaties), de commentaarregel achter je naam, en tegenwoordig ook audio- en videogesprekken.

29


Skype Als je wilt video-chatten met iemand die geen Mac gebruikt (en waarbij Berichten dus geen optie is), dan is het beste alternatief de webcamfunctie van Skype, het populaire Internet-bel-programma. Hiermee kun je audio- en video conversaties voeren met anderen, ongeacht of ze een Windows PC, een Mac of een mobiele app gebruiken. Uiteraard moeten ze wel Skype geinstalleerd hebben. Skype is te downloaden van de Skype website: skype.com

30


10. Versies, automatisch opslaan en Time Machine Automatisch opslaan OS X Mountain Lion is een modern besturingssysteem, waarbij een aantal ideeën over hoe we met computers werken radicaal zijn herzien. Zo worden op de Mac automatisch de wijzigingen opgeslagen die je maakt in een document, zonder dat je steeds handmatig hoeft op te slaan. Programma’s dienen deze functionaliteit te ondersteunen. De iWork-programma’s (Pages, Numbers en Keynote) en alle andere Apple-programma’s doen dat nu al. Deze functie heet “Automatisch opslaan” of “Auto save”, en de kans dat hele stukken werk voorgoed verloren gaan doordat de computer crasht en je bent vergeten om recentelijk nog je werk te bewaren, zijn hiermee verleden tijd. Vanaf het begin van het werken aan een document worden je wijzigingen opgeslagen. Als je later (bijvoorbeeld na een crash) naar het programma terugkeert, zal het weer je document openen met daarin de laatste wijzigingen. Je kunt een bestand nog steeds handmatig in een bepaalde map opslaan en het een naam geven, vanaf dat moment zullen alle wijzigingen automatisch in dat bestand worden opgeslagen.

Versies Het kan natuurlijk voorkomen dat je wijzigingen hebt aangebracht in je document die je eigenlijk zou willen herstelen. Omdat het automatisch opslaan ook je laatste wijzigingen heeft veiliggesteld, zou je oorspronkelijke document in principe verdwenen zijn. Hier komt “Versies” om de hoek kijken. Klik op het kleine pijlje naar beneden dat naast de bestandsnaam bovenin een venster staat. Kies vervolgens voor versies.

31


Je krijgt nu een scherm te zien met aan de linkerkant je huidige document, en aan de rechterkant een tijdlijn met alle wijzigingen die je sinds het aanmaken van het document hebt aangebracht. Je kunt met de pijlen onderin beeld als het ware “door de tijd” bladeren. Je kunt een complete versie uit het verleden terughalen en je huidige document daardoor vervangen, of je kunt gedeeltes uit de ene versie kopiëren en plakken in de huidige versie. Wanneer je definitief niet meer wil dat het systeem nieuwe wijzigingen automatisch opslaat, kun je kiezen voor “Vergrendelen” (Lock) uit het uitklap-menu’tje naast de bestandsnaam. Deze vergrendeling kun je later ook weer opheffen. Na twee weken zonder dat het document is aangepast wordt het bestand automatisch vergrendeld. Je kunt uit dit menu tevens kiezen voor “Dupliceren” (Duplicate), om een kopie van het huidige document te maken om als basis te laten dienen voor een nieuw document.

Time Machine Iedereen weet dat het belangrijk is om backups te maken. Een harde schijf kan altijd crashen, of een computer kan worden gestolen. Onder Windows is dat een tijdrovend en gecompliceerd proces.. Je zou je bestanden handmatig moeten kopiëren op een externe schijf, of backupprogramma’s moeten installeren en configureren. De Mac beschikt standaard over de functie “Time Machine”, die je alleen maar aan hoeft te zetten nadat je een externe harde schijf hebt aangesloten. Ga naar “Systeemvoorkeuren” in het Apple-menu en kies voor Time Machine. Schakel vervolgens deze functie in en kies de betreffende schijf die moet worden gebruikt voor de backups. Dat is alles. Vanaf dat moment worden automatisch alle bestanden van je Mac naar de harde schijf gekopiëerd, en zullen alle nieuwe en aangepaste bestanden automatisch ook worden meegenomen. Je hoeft hier verder niets voor te doen. Wanneer je onderweg bent met je MacBook worden alle tussentijdse versies op de ingebouwde harde schijf bewaart (zie ook “Versies” hierboven). Wanneer je de externe harde schijf weer aansluit zullen al deze versies worden gebackupt.

32


Om een bestand terug te halen open je Time Machine uit het Dock. Een soortgelijk scherm als bij “Versies” verschijnt nu in beeld. Blader door de tijd om het gewenste bestand te vinden, en druk op de knop “Herstellen” om het weer terug te plaatsen. Externe harde schrijven zijn tegenwoordig uitermate betaalbaar (voor enkele tientjes zijn schijven te vinden met een capaciteit die groot genoeg is om backups te maken van de gehele harde schijf in een MacBook). Met Time Machine kost het bovendien geen enkele moeite om ook daadwerkelijk backups te maken.

33


11. Windows op de Mac Windows gebruiken op een Mac Elke Mac die sinds 2006 werd gemaakt is voorzien van dezelfde Intel-chip die we ook in een Windows-PC tegenkomen. Dat maakt het mogelijk om op een Mac naast OS X, ook Windows te kunnen gebruiken. OS X is de ziel van de Mac, het maakt de Mac tot wat hij is. Een Mac-gebruiker zal dan ook altijd de voorkeur geven aan het draaien van programma’s onder OS X. Er kunnen zich echter situaties voordoen waarin het handig kan zijn om toch nog even een Windows-programma te kunnen gebruiken, met name in die zeldzame gevallen wanneer er geen Mac-equivalent van dat programma beschikbaar is. Tegenwoordig is dat dus geen enkel probleem meer.

Virtualisatie versus BootCamp Een Mac kan Windows op twee verschillende manieren draaien: als virtuele machine, of middels BootCamp. BootCamp BootCamp is de naam die Apple gegeven heeft aan het systeem waarbij je kunt kiezen met welk besturingssysteem, OS X of Windows, je de computer wilt opstarten. Als je middels de BootCamp Assistant je Windows hebt geinstalleerd, kun je wanneer je de Option-knop vasthoudt bij het aanzetten van het systeem je keuze maken. Het voordeel hiervan is dat Windows direct op de machine loopt, je Mac is hiermee een PC geworden. Dit is met name handig bij het spelen van games, die het uiterste van de capaciteiten van de computer verlangen. De BootCamp Assistant is een standaard onderdeel in OS X. Virtualisatie Een virtuele machine is een soort “computer in de computer”. Je start deze machine gewoon op als een programma op de Mac, waarna Windows wordt geladen, en je in een venster met Windows kunt werken alsof je met een aparte computer werkt. De voordelen hiervan zijn legio: je hoeft de computer niet opnieuw op te starten als je Windows wilt gebruiken, je kunt direct gebruik maken van dezelfde bestanden op je computer of je nu met OS X of Windows werkt, je kunt Windows- en Mac-programma’s tegelijkertijd draaien, en je kunt de machine stoppen en herstarten zonder dat het hele besturingssysteem opnieuw geladen hoeft te worden. In vrijwel alle gevallen, met uitzondering van het spelen van zware games, verdient de methode met de virtuele machine dus de voorkeur.

Parallels Desktop Er zijn in principe twee grote spelers op het gebied van virtualisatie op de Mac: Parallels en VMWare. Hoewel de laatste een grote naam is in de virtualisatie-industrie, heeft Parallels met haar Parallels Desktop voor Mac de laatste jaren een groot aantal enthousiaste gebruikers aan zich weten te binden, niet in de laatste plaats door de ruime mogelijkheden die het programma biedt, alsook door het groot aantal updates die de firma regelmatig voor haar software uitbrengt. In dit document wordt verder uitgegaan van Parallels Desktop als het gebruikte virtualisatie-programma om Windows te draaien. 34


Parallels maakt het werken met Windows op een Mac erg eenvoudig. Nadat Parallels Desktop is geinstalleerd, kan de gebruiker een virtuele machine aanmaken, waarop Windows kan worden geinstalleerd. Zorg dus dat je een installatie CD van Windows bij de hand hebt. Parallels neemt je het gebruikelijke complexe installatieproces van Windows uit handen, het enige wat je vooraf dient in te voeren zijn je gebruikersnaam en het Windows serienummer.

Parallels weergave-mogelijkheden Wanneer Windows vervolgens is geinstalleerd en gestart, is de Windows omgeving als een computer-opeen-computer te gebruiken op de Mac. Parallels kent diverse weergave-mogelijkheden, die elk hun specifieke kenmerken hebben, en hun eigen voordelen bieden. Zo kan de Windows omgeving in zijn eigen venster worden getoond. Het venster toont de Windowsomgeving zoals deze normaal gesproken op een beeldscherm van een PC te zien is. Op deze manier is een duidelijk onderscheid te maken tussen de Mac- en de Windows-omgevingen, maar blijven de integratie-functies van beide besturingssystemen die we later bespreken in tact. Op de afbeelding hieronder is deze zogenaamde Single Window mode te zien.

Het is echter ook mogelijk om de Windows- en Mac-omgevingen wat minder strict te scheiden, althans visueel. De Coherence mode maakt het Windows bureaublad als het ware onzichtbaar, waardoor vensters van Mac- en Windows-programma’s broederlijk naast elkaar op het scherm kunnen worden gebruikt. Het Windows Start-menu staat in dit geval aan de onderkant van het beeldscherm.

35


Tenslotte is er nog een Full Screen stand, waarbij Windows het volledige beeldscherm van de Mac vult. Schakelen van en naar deze stand gebeurt met de toetscombinatie Option+Enter.

Integratie van Windows en OS X Parallels heeft de integratie van beide OS’en tot een speerpunt van het product gemaakt. Zo is het zondermeer mogelijk om vanuit Windows de bestanden op de Mac te benaderen, en vanuit het Mac OS de bestanden in Windows. Standaard is de Thuis-map (Home folder) van OS X in de Windows-omgeving opgenomen als een gedeeld netwerk-station. Deze map is dus zichtbaar als icoon op het Windows-bureaublad, en is ook terug te vinden in de Openen- en Opslaan-dialoogvensters in Windows-programma’s. Het verdient dus de aanbeveling om hier documenten op te slaan wanneer je met Windows werkt, zodat de documenten ook bruikbaar zijn op de Mac als Parallels Desktop niet actief is. Naast deze vorm van gedeeld bestandsgebruik is het ook mogelijk om bestanden simpelweg te slepen van de Mac-omgeving naar Windows, of vice-versa. Merk verder op dat actieve Windows-programma’s gewoon getoond worden in Dock, en indien de Coherence-mode gebruikt worden zijn ze ook zichtbaar als aparte vensters in Exposé. Schakelen tussen programma’s, of deze nu in de Mac of in de Windows-omgeving draaien kan ook met de toetscombinatie ⌘+Tab (vergelijkbaar met Alt+Tab in Windows). Tenslotte zijn ook de knip- en plakfuncties van beide besturingssystemen geintegreerd. Een stukje tekst knippen in een Mac-programma en plakken in een Windows-programma is dus kinderlijk eenvoudig. Voor het knippen en plakken in Windows werken, naast de standaard Ctrl+V/C/X toetscombinaties ook op de Mac-gebruikelijke ⌘+C/V/X toetscombinaties, zodat mentaal schakelen tussen beide omgevingen nauwelijks nodig is.

36


12. Praktische tips Zoveel mogelijkheden Iedere computergebruiker heeft zijn eigen manier van werken op een systeem. Middels favoriete programma’s en methodes om hiermee om te gaan maakt ieder zich een persoonlijke manier eigen. Tegenwoordig zijn besturingssystemen en programma’s vaak zo flexibel, dat er een heleboel zaken ook naar eigen hand kunnen worden aangepast en ingesteld, om de manier van werken van de computer nog beter bij je eigen manier van werken te laten aansluiten. Natuurlijk zijn deze instellingen en aanpassingen vaak heel persoonlijk, maar er zijn ook vaak instellingen die rationeel beschouwd gewoon een prettiger manier van werken opleveren. Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om nieuwe functies die standaard niet aangezet zijn door de ontwikkelaars, om een bepaalde consistentie te behouden met vorige versies. Met name wanneer je nieuw bent bij de Mac, is er weinig tot geen reden om je aan deze voorgeprogrammeerde instellingen te houden. Hoewel alles natuurlijk nog steeds een kwestie van persoonlijke voorkeur is, raad ik nieuwe gebruikers aan om de suggesties voor kleine aanpassingen aan het systeem en de programma’s die in dit hoofdstuk worden genoemd tenminste te proberen. Ze zijn in alle gevallen makkelijk te veranderen en ongedaan te maken.

De rechter muis-toets activeren Traditioneel werkte een Mac met een muis met daarop slechts 1 knop, en hoewel het Mac OS al jaren gewoon 2-knops muizen ondersteunt, leverde Apple tot voor enkele jaren geleden standaard een 1knops muis bij de computers. De huidige Magic Mouse heeft echter gewoon twee knoppen. Hoewel de muis technisch gezien nog steeds 1 knop heeft, kunnen drukgevoelige sensoren voelen of je links of rechts drukt. Vreemd genoeg staat deze funtionaliteit standaard uit, en zul je dit even moeten activeren. Ga daartoe naar de Systeem Voorkeuren (System Preferences) in het Apple-menu links boven in de menu-regel, en kies voor de muis-instellingen. Activeer nu de secondaire knop (secondary click). Ook voor een trackpad zijn veel opties te configureren, en functies aan en uit te schakelen. Bekijk hiervoor het onderdeel “Trackpad” in de Systeemvoorkeuren.

37


Het Dock aan de linkerzijde van het scherm plaatsen Het Dock vormt een belangrijk onderdeel van het werken met OS X. Het Dock vereenvoudigt veel handelingen, maar is ook groot en opzichtig. De onderkant van het scherm is niet per sé de meest handige plek voor het Dock. De meeste beeldschermen hebben een brede verhouding (inclusief de iMac en alle Apple laptops), en dus wordt er efficienter gebruik gemaakt van het beeldoppervlak als het Dock tegen de zijkant wordt geplaatst. Zo blijft er ook meer verticale schermruimte over, wat goed van pas komt bij het bekijken van webpagina’s, of het werken met teksten (die immers altijd langer zijn dan een scherm hoog is, maar zelden breder). Tevens is het mogelijk om de zogenaamde vergroting (magnification) aan te zetten, zodat de iconen op het Dock wat groter worden als je er met de muis overheen beweegt. Op deze manier kun je de grootte van het Dock wat kleiner zetten, zodat er meer iconen in passen. Rechtsklik op het lijntje in het Dock (de scheidslijn tussen je programma’s, en de disk stations en open vensters). Verander nu de schermpositie naar Links. Links heeft de voorkeur boven rechts, omdat je muis vaak aan de rechterkant van het scherm zit vanwege de scroll-balken in vensters. Dit voorkomt het per ongeluk navigeren over het Dock. Rechtsklik nogmaals op het stippellijntje, en kies nu voor Dock Voorkeuren (Dock Preferences). Je kunt hier de grootte van het Dock aanpassen, de vergroting aanzetten en de omvang van de vergroting instellen. Je kunt het meteen proberen in het Dock, je hoeft hiervoor dit venster niet eerst te sluiten. Merk op dat je de grootte van het Dock ook ten alle tijden kunt aanpassen door op het stippellijntje te klikken. Houdt de muisknop ingedrukt en versleep het Dock naar de gewenste afmeting.

Conversaties in Mail instellen Het Mail-programma biedt de mogelijkheid om gerelateerde berichten als een mail-conversatie onder elkaar te tonen, vergelijkbaar met de manier waarop GMail dat doet. Controleer eerst of de knoppen “Conversaties” en “Toon gerelateerde berichten” in de knoppenbalk van Mail aanwezig zijn. Is dat niet het geval rechtsklik dan ergens buiten de iconen op de knoppenbalk, en sleep de betreffende iconen naar de balk toe. Zet vervolgens beide functies aan. De optie “Toon gerelateerde” berichten zorgt er voor dat ook je eigen mails in de converstaties worden opgenomen, iets wat wel aan te raden is. Merk verder op dat Mail intelligent genoeg is om aangehaalde stukken tekst uit mailtjes van anderen te verbergen, zodat er geen dubbele tekst in je mailconversatie verschijnt. Druk op “Toon meer van” om het gehele mailtje, inclusief de aangehaalde tekst, te tonen.

De weergave van iconen op het bureaublad en in de Finder aanpassen De grootte van iconen op het bureaublad en in de Finder, de informatie die getoond wordt bij een icoon, alsmede de plaatsing van deze informatie bij een icoon kan worden aangepast. Hoewel wederom gedebatteerd kan worden over persoonlijke voorkeuren bij deze instellingen, staat vast dat enkele van de standaard instellingen eerder een historische grondslag hebben, dan dat ze de meest praktische instellingen zijn.

38


Allereerst zullen we de instellingen voor het bureaublad aanpassen. Klik met de rechter muisknop op het bureaublad, en kies Toon Weergaveopties (Show View Options). Stel deze vervolgens in zoals op de afbeelding hiernaast te zien is. Op deze manier hebben de iconen en tekst de afmetingen die het beste compromis vormen tussen zichtbaarheid en efficient gebruik van het beeldscherm-oppervlak. De optie Toon Info Onderdeel (Show Item Info) laat een handige regel met informatie zien onder de naam van een icoon, zoals de beschikbare capaciteit van een disk, het aantal bestanden in een map, of de resolutie van een afbeelding. Met Toon Voorvertoning (Show Icon Preview) maak je het mogelijk om een verkleinde afbeelding te zien van een bestand, in plaats van een generiek icoon. In de Finder zelf kennen we drie vertonings-mogelijkheden, zoals uitgelegd in het hoofdstuk De Finder en Bestandsbeheer. De Icoon Weergave is in veel gevallen het meest bruikbaar bij het snel navigeren door mappen en het selecteren van de juiste bestanden. De standaard-instellingen van de andere twee weergaves volstaat in veel gevallen, we zullen ons daarom toeleggen op het aanpassen van de instellingen voor de Icoon Weergave (Icon View). Open de Finder, en zorg ervoor dat de Icoon Weergave de actieve weergave stand is. Klik vervolgens met de rechter muisknop in het Finder venster, en selecteer Toon Weergaveopties (Show View Options). Stel deze vervolgens zo in als aangegeven op de afbeelding hieronder.

Wederom bieden de afmetingen van de iconen en de grootte van de tekst de best bruikbare instelling. Door de tekst-informatie rechts van het icoon te plaatsen in plaats van er onder, lijkt deze weergave meer op die van de Verkenner in Windows. Zorg dat het knopje voor Alle Vensters (All Windows) is geselecteerd voordat je dit venster sluit. Dit zorgt er voor dat deze instellingen voor alle mappen gebruikt worden, en niet slechts voor de map die nu geopend is.

39


Bestands-extensies weergeven Standaard staat de weergave van bestands-extensies (zoals .doc, .zip en .jpg) uit, net zoals dat in Windows het geval is. In veel gevallen geeft het icoon van een bestand uitsluitsel over wat voor type bestand het gaat. Het kan echter ooit verwarrend zijn om het juiste bestand te selecteren, bijvoorbeeld als een afbeelding in verschillende formaten (zoals .jpg en .png) aanwezig is. Ook kan het lastig zijn om een programma-bestand te herkennen (een .app bestand), omdat deze vaak hetzelfde icoon draagt als het soort documenten dat het creëert. Daarom is het verstandig om de weergave van bestands-extensies aan te zetten in de Finder. Ga naar het menu Finder naar Voorkeuren (Preferences), en vink op het tabblad Geavanceerd (Advanced) de optie Toon Alle Bestandsextenties (Show All Filename Extensions) aan. Het enige waarmee na het inschakelen van deze optie rekening dient te worden gehouden is dat de bestanden hun extensie behouden, bijvoorbeeld wanneer je het bestand een andere naam geeft. De Finder zal je echter een waarschuwing geven wanneer de extensie dreigt te worden aangepast.

Video-ondersteuning voor o.a. Windows Media en Divx Op het web zul je regelmatig audio- en video-bestanden tegenkomen in Windows Media formaat, al dan niet als “vast” onderdeel op een webpagina. Je kunt deze geluids- en beeld-bestanden gewoon afspelen in de standaard QuickTime player van OS X, nadat je deze software hebgt gedownload van de Microsoft website: microsoft.com/download/details.aspx?id=9442 Daarnaast is het raadzaam om VLC te installeren, een afspeelprogramma dat geschikt is voor vrijwel alle videoformaten, zoals Divx en de vele varianten daarop. Download VLC van de website videolan.org.

Vastgelopen programma’s stoppen Ten slotte nog dit... In het uitzonderlijke geval dat een programma niet meer reageert, kun je het forceren om te stoppen. Je zult in vrijwel alle gevallen merken dat alleen een programma vast kan lopen, en niet het hele systeem. Let op: Als je een programma forceert om te stoppen, dan ben je alle niet opgeslagen wijzigingen natuurlijk kwijt. Onder Windows zou je dit doen met de toetscombinatie Ctrl+Alt+Delete, bij OS X doe je dit met ⌥+⌘ +Esc. In de lijst met programma’s die nu getoond wordt, wordt ook aangegeven welk programma niet meer reageert. Selecteer dit programma en kies er voor om het te beëindigen. Je kunt het dan eventueel meteen opnieuw starten.

40

Overstappen van Windows naar Mac met OS X Mountain Lion

Recommend Documents