Nummer 058
Jaargang 6
15 februari 2015
KNBF Nieuwsbrief De KNBF Nieuwsbrief kunt u ook lezen (en downloaden) op de KNBF site. www.knbf.nl. Of scan de QR code met uw mobiele telefoon. Alle postzegelverzamelaars, filatelisten en anderen die geïnteresseerd zijn in postzegels, kunnen zich aanmelden voor een GRATIS abonnement op de KNBF Nieuwsbrief via www.knbf.nl
Eten of gegeten worden: In november 2014 gaf Royal Mail een serie zegels en een blok van 9 zegels van 65p uit, met als onderwerp de voedselketen in het antarctische gebied. Op elke zegel een dier dat deel uitmaakt van de voedselketen in de arctische zeeën, waarbij pijlen van het ene dier naar het andere aangeven wie als voedsel dient voor wie. In dit verband is de omschrijving ‘voedselketen’ wellicht minder geschikt dan de Engelse uitdrukking ‘Food Web’.
De voedselketens in de wereld hebben over het algemeen veel ‘Food Webs’, waarbij soms door de verschillende deelnemers in een keten wordt afgeweken en er ook wel eens iets anders wordt gegeten dan in de keten te verwachten zou zijn. Soms staat er ook een andere lekkernij op het menu. Sommige soorten, de zogenaamde polyfage soorten eten meerdere soorten, dit in tegenstelling tot de zogenaamde monofage soorten die maar één soort voeding tot zich nemen. De soorten kunnen zowel planten- als vleeseters zijn. In de op het velletje aangegeven afbeeldingen gaat het vooral om vlees- (of vis) eters. Veel rovers of vleeseters zijn polyfaag, ze eten over het algemeen alles ‘wat beweegt’ en wat groot genoeg is, maar niet te groot.
©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 1
De orka bijvoorbeeld, ook wel eens killerwalvis genoemd, is een voorbeeld van een polyfage soort. De orka eet vis, maar ook zeerobben, zeevogels, pinguïns en zelfs andere walvissoorten. Ondanks het feit dat de antarctische zeegebieden goede voedselketens kennen wordt het gebied bedreigd, vooral door de uitstoot van broeikasgassen in andere delen van de wereld, waardoor niet alleen ijsgebieden verdwijnen of veranderen, maar ook de voedselketens worden beïnvloed. Op het velletje is te zien dat bijvoorbeeld pinguïns leven van vis, inktvissen en krill (garnaalachtige ongewervelden). Krill voedt zich met voornamelijk plataardig, maar ook met dierlijk plankton dat onder het ijs leeft. Als het ijs verdwijnt, verdwijnt kril, waardoor de keten wordt doorbroken. De mens staat weliswaar aan het eind van de voedselketen, maar is wel de belangrijkste oorzaak van de veranderingen in de voedselketens. (Willem-Alexander Arnhemer – bronnen: Royal Mail – BMS november 2014 – 141201)
EEN STUKJE FILATELISTISCHE VORMING (22) Automaatstroken bij de buren 2.
De in het vorige artikel afgebeelde brochure van Deutsche Post was uitgegeven ter gelegenheid van het verschijnen van de derde generatie automaatstroken. De “standaard” uitvoering daarvan heeft een opdruk met een posthoorntje en een bedrag in Pfennige. Van deze derde generatie bestaan (zeldzame) afdrukken met DBP, kennelijk doordat oude automaten, althans het binnenwerk daarvan met de oude programmering, nog eens zijn gebruikt (als reserveexemplaren voor door storing uitgevallen apparaten?). Er zijn er ook met het € teken van de vierde generatie (afbeelding brievenbus). Dat is ongetwijfeld gekomen doordat rollen van de derde generatie zijn (op)gebruikt in automaten met de nieuwe europrogrammering van de vierde generatie. De vijfde generatie tenslotte kent twee afbeeldingen (Brandenburger Tor in Berlijn en Post Tower
in Bonn), maar welke er uit de automaat komt is steeds een verrassing. Duidelijk is te zien dat de positie van de afdruk verticaal flink kan verschuiven.
©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 2
In artikel 9 van deze serie zijn grotere afwijkingen getoond. Een deel van die afwijkingen is het gevolg van de andere positie van de opdruk op de strook: nu onderaan. Het gebruik van rollen van de vierde generatie in automaten die zijn ingesteld voor de vijfde leidde daardoor logischerwijze tot een “slordig” resultaat. (Sjoerd Bangma). De Orde van de Kousenband Ter gelegenheid van het feit, dat het in 1998 650 jaar geleden was, dat de Engelse koning Edward III de orde van de kousenband instelde, werd door Royal Mail een strip van vijf zegels uitgegeven, Scott 1796/1800a, hier voor u afgebeeld op een FDC. En er is een zeer interessant verhaal aan verbonden.
Op ongeveer 75 kilometer pal ten zuiden van Calais in Noord Frankrijk en niet ver van de Atlantische Oceaan, vindt u het dorpje Crécy en Ponthieu. Dit dorpje, zoals wij zullen zien, speelde een zeer belangrijke rol in de meer dan 100 jaar durende oorlog tussen Engeland en Frankrijk (1337-1453). Op 12 juli 1346 ging de Engelse koning, Edward III, aan land in Saint. -Vaast-La-Hougue, ongeveer 30 kilometer ten zuidoosten van Cherbourg en met zijn leger van naar schatting 14000 manschappen trok hij al plunderend door Normandië. Op 26 juli veroverde hij Caen, dat totaal verwoest werd en zonder zich om Parijs te bekommeren, in Crécy en Ponthieu tenslotte kamp maakte. Het Engelse leger bestond onder meer uit 7000 boogschutters die elk 10 pijlen per minuut af konden schieten. De Fransen daarentegen vochten met kruisbogen. Op 26 augustus 1346 begon de slag om Crécy. Men schat dat het totale aantal pijlen dat die dag afgeschoten werd op 500.000 maar de Franse koning Philippe VI en zijn 36000 manschappen werden de volgende dag verslagen, ondanks het feit dat zij in de meerderheid waren en ook nog hulp kregen uit een onverwachte hoek. De koning van Bohemen, die ook Graaf van Luxemburg was, namelijk Jan de Blinde, de oudste zoon van Keizer Hendrik VII van Luxemburg, besloot om de Fransen te hulp te komen. Met een groot aantal van zijn ridders reed hij voorop te paard de vijand tegemoet. Daar hij blind was werd zijn paard aan een ander paard gekoppeld en zwaaiend met zijn zwaard vocht hij een dappere strijd, maar helaas, hij moest het onderspit delven en men vond zijn lichaam de volgende dag samen met al zijn ridders. De paarden waren nog aan elkaar gekoppeld. Edward nam de struisvogelveren, die Jan op zijn helm droeg als overwinningstrofee mee naar huis en gaf de veren aan ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 3
zijn zoon, Edward of Woodstock, bijgenaamd de zwarte prins. De veren zijn nog altijd te zien in het blazoen van de prins of Wales Wij vinden Jan de Blinde terug op Bohemen Michel 116, uitgegeven op 29 januari 1943, hier afgebeeld en op Luxemburg, Michel 1228, uitgegeven op 18 september 1989, eveneens hier afgebeeld. Overigens, zijn stoffelijke resten werden bijgezet in de kathedraal van Luxemburg in 1946 Na de Crécy veldslag probeerde Edward op 4 september 1346 met zijn troepen Calais te veroveren, maar pas op 3 augustus 1347 slaagde hij erin om de stad in handen te krijgen. Toen de situatie in Calais door de lange belegering van de troepen van Edward III onhoudbaar werd en de inwoners dreigden te verhongeren , beloofde Edward de bevolking te sparen mits zes van de belangrijkste inwoners, bijna naakt, een strop om hun nek en met de sleutels van de stad en het kasteel, zich aan hem over zouden geven. En zo gebeurde het dat een van de rijkste burgers, Eustache de Saint Pierre en vijf andere notabelen naar de stadspoort liepen om geëxecuteerd te worden. Het was Phillippa van Hainault, de vrouw van Edward III, die haar man op andere gedachten bracht en de levens van de zes burgers werden dank zij haar gespaard.
Op 7 oktober 1961 werd door de Franse posterijen op de hier afgebeelde FDC de “Calais” zegel, Yvert 1316 uitgegeven. Na de inname van Calais werd door Edward III een groot feest gegeven en daarbij was ook Joan, the
fair maid of Kent, countess of Salisbury enz. enz. uitgenodigd en tijdens het dansen viel één van haar kousenbanden op de grond. Edward zag dit en haastte zich om de band op te rapen en voor de grap deed hij die toen om zijn eigen been tot grote hilariteit van de omstanders , die er gepeperde opmerkingen over maakten, waarop Edward deze historische woorden sprak: “Honi soit qui mal y pense”, of in goed Nederlands: “Wee degene die er kwaad van denkt”. Edward besloot toen om de orde van de kousenband in te stellen , die op 23 april 1348 een feit werd .
©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 4
Deze prestigieuze orde werd ook toegekend aan de koninginnen Wilhelmina (1944) Juliana (1958) en Beatrix (1989). Nu is het zo, dat bij overlijden van het orde lid, de versierselen terug gestuurd moeten worden naar het Britse koningshuis, Bij hoge uitzondering heeft de Britse koningin toegestaan, dat de versierselen van koningin Wilhelmina in Nederland kunnen blijven en U kunt ze bewonderen in het paleis het Loo. Tot slot brengen we nog even een bezoek aan de fraaie monumenten stad Hoorn want aan het Roode Steen 1 vindt u het Westfries Museum, waarvan wij de top vergroot hier voor u afgebeeld hebben . U ziet het wapenschild van Prins Frederik Hendrik (1584-1647) die stadhouder was van de Staten Holland van 1625 tot 1647. De twee schildhouders zijn gekleed in een Romeins gevechtstenue. Het wapen is omgeven door een zacht blauw lint van de orde van de kousenband., waarin ook de woorden: “Honi soit qui mal y pense”. Ook Frederik Hendrik kreeg deze hoge Britse onderscheiding en wel in 1627. (Herman Jacobs -
[email protected] )
Reacties / vragen – het woord aan de lezer: Op het artikeltje: Wat is Latijn taal........ontvingen wij de volgende reactie van de heer J. van den Bosch: “Niet alleen Latijn is een moeilijke taal, maar biologie ook een moeilijk vak. De juiste benaming van die mooie bloem plant zou moeten zijn: Plumeria rubra acutifolia en niet Plumeria Rubra Acutifolia. In de systematiek wordt de geslachtsnaam met een hoofdletter geschreven en de soort en ondersoortnaam met kleine letters. Dus: het was dubbel fout. In het Nederlands staat deze plant bekend als Frangipani en geliefd als plant voor parken en tuin.
toch
een
moeilijke
Op het artikel over de “gele 1” kwam de volgend reactie van de heer Kees Loch: “Ook ik heb de gele 1 uit 2010 al lang in mijn bezit en onlangs kwam ik er weer een tegen. Ook heb ik de oranje 1 waarvan lijkt of er een hoek- stukje is geplaatst, deze heeft ook de datum van 2010. Naast het hoekje is de raster van de zegel donkerder. Weet iemand hier meer over te vertellen ?” Op de reactie van de heer J.C. Adriaansen ontvingen wij een reactie van de heer Hoogveld: “Zoals ik al vermoedde hebben de zegels zo goed als zeker gèèn jaartal 2014 in het zegelbeeld. U bent dus erg voorbarig geweest door in de nieuwsbrief deze af te beelden als zijnde zegels met 2014 in het zegelbeeld en gestempeld in januari 2014”.
Van de heer Eddy Cox ontvingen wij de volgende vraag: “Verschillende landen waaronder de U.S. hebben in het verleden luchtpostzegels uitgegeven, in de U.S. was het gebruik ervan niet verplicht op zendingen die met het vliegtuig vervoerd werden. Om welke reden zijn deze zegels dan uitgegeven. Mij lijkt de logica ver zoek.” Weet iemand van u hierop het antwoord?
©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 5
Op het artikel over de “gele 1”ontvingen wij de onderstaande reactie van de heer Ernst Flentge van PV Groningen en Po&Po: “Gele 1 Op de beurs in Roden kreeg ik ook zomaar een uitgescheurd stukje brief in handen. Ken je dit probleem? Twee zakenzegels waarvan de een oranje en de andere geel. Vreemd?! Zie afbeelding 1. Met een chemie en laboratoriumachtergrond word je toch wel uitgedaagd om een oplossing te zoeken. Dus ook een experiment doen. Twee zegels in de zon gelegd, welke half afgedekt waren met zwart karton. Afbeelding 2. Precies een maand later, wat is het resultaat de oranje zegel blijft oranje, echter de andere oranje zegel is nu half geel en half oranje. Afbeelding 3. Bij het beter bekijken zit er verschil in de twee zegels wat betreft de oranje kleur. Zie afbeelding 4 en 5. Er zijn druk verschillen en tegelijk verschillende inkt gebruikt. De een is egaal van druk en de andere heeft een raster. De een verkleurd in het zonlicht en de andere niet. Nog meer verschillen? JA! De ene zegel komt uit de mailer en de andere van de rol. Ook dat verschil is goed te zien. Kijkt u maar eens naar de hoeken van de zegel. De een is afgerond maar haaks en de andere heeft een uitholling in de hoek van de stans. Zie afbeelding 6. Veel plezier met het maken van allerlei gele patronen in de oranjezegels. Gewoon afplakken met zilverpapier of zwartkarton en in de zon leggen. Ernst Flentge (PV Groningen en Po & Po)”
Reacties op dit en andere artikelen:
[email protected] Jubileumzegel Leidsche Vereeniging van Postzegelverzamelaars Op 17 januari bestond de Leidsche Vereeniging van Postzegelverzamelaars (LVvP) 75 jaar en dat wordt o.a. herdacht met een (persoonlijke) postzegel. Dit is inmiddels de negende postzegel van ontwerper Frans Hemelop, de oud-penningmeester van de vereniging. Volgend jaar viert hij zijn 10jarig jubileum als ontwerper. De Jubileumzegel Er zijn drie elementen te zien op de postzegel. Het eerste dat opvalt is het oprichtingsverslag van de postzegelvereniging uit het Leidsch Dagblad van 18 januari 1940. Een deel van dit artikel wordt uitvergroot door een loep, het symbool van de postzegelhobby. Het derde element dat nadrukkelijk naar voren komt is het Leidse stadhuis. Deze afbeelding staat ook op de omslag van het clubblad “Sleutelpost” van de LVvP. Volgens de ontwerper mochten de “Leidsche Sleutels” (Leiden-Sleutelstad) ook op deze postzegel niet ontbreken. De jaartallen 1940 – 2015 slaan op het 75 jarig bestaan.
Verkrijgbaarheid De jubileumpostzegels zijn vanaf “de verjaardag” op 17 januari beschikbaar. Voor meer informatie: http://leidsche.hemelop.nl/index.htm of via
[email protected] ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 6
Postex 2015 De tekst in de Nieuwsbrief waarin u werd uitgenodigd om in te schrijven voor Postex 2015 was niet geheel duidelijk. Terecht werd ik erop gewezen door een toekomstige deelnemer. Bij deze een duidelijker verhaal. Op Postex kunt u meedoen in alle klassen zoals Traditioneel, Thematisch, Open Klasse, Literatuur en promotie/propaganda. Daarnaast kunt u inschrijven in de categorieën 3 en 2. Categorie geeft de sterkte/nivo aan waarbinnen een inzending beoordeeld wordt. Uiteraard kan ook de jeugd inzenden. Dit jaar is er geen categorie 1 omdat er in Roden al een categorie 1 gehouden wordt. De voorlopige inschrijving sluit 30 april. Ben Mol, mede organisator van Postex Apeldoorn
Postzegels. Toen ik zes jaar oud was verzamelden mijn broer en zus postzegels. Ze hadden elk een eigen postzegelalbum. Mijn broer had er zelfs twee. Vaak bladerden ze in hun albums. Ik mocht soms meekijken, maar ik mocht nooit ergens aankomen. Want sommige postzegels bekeken ze met een loep en heel soms werd er een postzegel met een pincet tegen het lamplicht gehouden. Dan keken ze of de postzegel nog wel goed was. Vooral de kartelrand mocht niet beschadigd zijn. Samen hadden ze een dik boek uit 1964 waar alle postzegels van Nederland in stonden vermeld. Daarin stond wanneer een postzegel was uitgegeven en ter gelegenheid waarvan. Ook de waarde van de postzegels werd erin vermeld, voor zowel gestempelde als ongestempelde exemplaren. Ongestempelde postzegels waren geld waard omdat je die nog kon gebruiken. Maar sommige postzegels waren zelfs duurder dan er op stond. Zelfs als ze gestempeld waren. Ik begreep dat niet. Wel begreep ik dat beschadigde postzegels niets meer waard waren, want wie kocht er nu een kapotte postzegel? Toch werden die beschadigde exemplaren in een schoenendoos bewaard. Mijn opa werkte op een bibliotheek en hij kreeg veel brieven per post toegestuurd. Hij scheurde de postzegels van de enveloppen en hij stuurde ze ons regelmatig toe. Ook deed hij er altijd wel een paar ongestempelde bij, want bij de bibliotheek kreeg hij ze gratis. Vaak kregen mijn broer en zus ruzie over wie welke postzegel mocht hebben. Als ze er echt niet uitkwamen werden die ‘moeilijke’ postzegels door mijn moeder in twee porties verdeeld. Vervolgens werd er geloot. En er werd weer geruild als ze dan een postzegel dubbel kregen. Soms stuurde mijn opa wel eens een buitenlandse postzegel mee. Die verzamelden mijn broer en zus niet omdat ze daar geen boek voor hadden met de prijzen erin. Die postzegels gingen ook in de schoenendoos. Postzegels kon je van de enveloppe losweken door ze met een pincet in het stoom van de fluitketel te houden. Vervolgens moest je de nog vochtige postzegels tussen twee stroken wc papier leggen en daar weer een dik boek bovenop, want anders trokken ze krom. Pas de volgende dag konden de postzegels in het album. Dat losweken deed mijn broer altijd, want mijn zus had een keer het pincet te lang in het stoom gehouden en haar vingers verbrand. Sindsdien vond ze het eng. Maar ik vond dat helemaal niet eng. Ik wilde ook postzegels boven de fluitketel losweken. Ik wilde ook wel eens het gasfornuis aansteken. Ik wilde ook postzegels gaan verzamelen. Dan kreeg ik tenminste ook eens iets van mijn opa. Om te beginnen kreeg ik van mijn broer en zus een handvol postzegels uit de schoenendoos. Met die postzegels zeurde ik net zo lang bij mijn moeder tot ze mij ook een album beloofde. De volgende dag lag er een donkerblauw postzegelalbum op de eettafel. Wel een stuk kleiner dan die van mijn broer en zus maar ik was er toch blij mee. En met de verkoop van postzegels kon ik dan zelf wel een groter album kopen. Maar ik wilde eerst een voorraadje hebben, dus ik moest beginnen met verzamelen. Ik verspreidde alle postzegels op de houten eettafel. Met het pincet schoof ik ze één voor één voorzichtig en van boven af achter de strookjes doorzichtig papier. Mijn postzegels waren dan wel ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 7
beschadigd, het had natuurlijk geen zin die postzegels zomaar een beetje in het album te frommelen. Nee, ik deed dat heel voorzichtig, op elke bladzijde wel een paar, van goedkoop naar duur. En de buitenlandse postzegel deed ik op de laatste bladzijde. Dat was mijn schoenendoos. Ik wilde mijn naam met vulpen in het postzegelalbum schrijven. Op de kaft kon het niet, want die was te donker van kleur. Maar het schutblad was crèmekleurig en daar stond nog niets op geschreven. Mijn naam zou daar meteen opvallen en dan wist iedereen dat al die mooie postzegels van mij waren. Met lineaal en potlood trok ik heel dun twee lijntjes in de rechter bovenhoek, zodat je ze haast niet zag. Daar zou mijn naam komen te staan.: Diemer Jan Roodenburg. De vulpen van mijn zus mocht ik niet lenen want ze was zelf al aan het schrijven. Maar die van mijn broer mocht ik wel lenen omdat hij nog niet aan zijn huiswerk was begonnen en net als ik linkshandig was. Ik had de lijntjes op het schutblad zo dun getrokken dat ik ze alleen kon zien als ik er met mijn neus boven op zat. Ik ging er haast scheel van kijken. Ik beet op het puntje van mijn tong en begon aan de hoofdletter D. Die moest echt een stuk boven het bovenste lijntje uitsteken om de aandacht te trekken. Zo, dat was me nog eens een D! Ik schrok er zelf een beetje van. En wat stond die D daar zielig in zijn eentje. Toch wachtte ik even met de volgende letter tot de inkt echt goed was opgedroogd; het moest natuurlijk geen smeerboel worden. Ik vervolgde met de letter ‘i’. Ik zette er geen punt op maar ik trok er een cirkeltje boven dat ik later met een kleurpotlood wilde inkleuren. Dat potlood mocht ik vast wel van mijn zus lenen want daar had ze er een heleboel van. Rood leek mij wel mooi bij de blauwe inkt van de vulpen passen. Toen ik Diemer af had hield ik het album op een afstandje om het resultaat beter te kunnen bekijken. Het zag er werkelijk prachtig uit. Zo mooi had ik mijn naam nog nooit geschreven. Misschien was ik iets teveel naar rechts begonnen, nu paste Roodenburg er niet meer op. Maar dat was niet zo erg. Jan paste er nog makkelijk achter. En het papier was dan wel een beetje ribbelig maar wat schreef die vulpen lekker! Ik legde het album op tafel en boog weer voorover. De J van Jan mocht zowel boven als onder de respectievelijke lijntjes op het schutblad uit komen. Dan zou die D van Diemer ook niet meer zo groot lijken. Goh, wat ging dat makkelijk allemaal. En bij de laatste twee letters hoefde ik al niet eens meer op mijn tong te bijten. Ik had geen vlekje gemaakt! Ik deed de dop weer op de vulpen zodat mijn broer niet boos zou worden en ik bekeek het resultaat van een afstand. Diemer Jas. Verdomme, ik had Diemer Jan met een ‘s’ geschreven! Hoe had ik dat nu kunnen doen? Dat was toch geen gezicht, Diemer Jas? Van een ‘k’ kon je vrij gemakkelijk nog een ‘h’ maken maar bij een ‘s’ zou me dat niet lukken. Als ik daar een ‘n’ van maakte, zou het alsnog een smeerboel worden. En wat zouden mijn broer en zus er van zeggen? Ik vreesde hun treiterige blikken en ik hoorde ze nu al lachen. Van ballpoint wist ik het zeker van niet, maar kon je de letters met vulpeninkt misschien toch nog uitgummen? Met mijn nagel probeerde ik het heel voorzichtig. Maar de inkt was al te diep in het papier getrokken. Was ik eerst maar met dun potlood begonnen, dan had ik de fout makkelijk kunnen uitgummen. Dan had ik het met de vulpen alleen maar hoeven overtrekken en dan was ik nu klaar geweest. Ik dacht koortsachtig na. Zou ik er een stukje papier van dezelfde kleur over kunnen plakken met daarop wel de goede letter? Maar waar vond ik een stukje van datzelfde geribbelde papier? Of zou ik het voorste schutblad eruit kunnen knippen en dan het boek omdraaien zodat ik mijn naam op het achterste schutblad kon schrijven? Nee, dat kon niet want als je het album dan rechtop hield, zouden alle postzegels vanachter de doorzichtige strookjes papier glijden en op de grond vallen. Misschien was het wel het slimst om een groot stuk wit papier over het voorste schutblad te plakken zodat ik weer helemaal overnieuw kon beginnen. Dan kon Roodenburg er ook nog op. Maar hoe lang mocht ik die vulpen nog lenen? Toen mijn broer zijn vulpen kwam halen sloeg ik snel het postzegelalbum dicht. Mijn broer wilde wel eens zien wat ik geschreven had. Ik zei dat hij pas mocht kijken als ik echt helemaal klaar was. Maar hij wilde het nu zien, want anders mocht ik zijn vulpen nooit meer lenen. Ik overhandigde het album zonder mijn broer aan te kijken. Hij sloeg mijn postzegelalbum open. Meteen op de goede bladzijde. ‘Diemer Jas?’ vroeg hij, ’Waarom heb jij Jan met een ‘s’ geschreven?’ (auteur: Diemer Roodenburg) ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 8
Het Jo Toussaint toernooi is ook voor de jeugd! Heel vaak houden kinderen in de bovenbouw van de basisschool een spreekbeurt over hun hobby. En het zal u niet verbazen dat de hobby postzegels verzamelen nog al eens langs komt. De spreekbeurt gaat tegenwoordig gepaard met een PowerPoint of Prezie presentatie, al dan niet geïllustreerd met een filmpje. Nu hoorden wij van JFN dat het Jo Toussaint toernooi weer gehouden wordt, op zondag 1 maart in Nijmegen, wijkcentrum Titus Brandsma. En de jeugdleden met een presentatie zijn van harte welkom! We hopen, dat er jeugdleden zijn die mee gaan doen. Je moet het zien als een uitgebreide spreekbeurt en je mag er een PP bij houden (moet zelfs). Er zijn een aantal voorwaarden, zoals de tijdsduur en het onderwerp: thematisch filatelie of algemene filatelie. Alle informatie kan je lezen op de site van de KNBF, en je kan je opgeven bij
[email protected] We hopen dat iedereen die wel eens een spreekbeurt over zijn hobby filatelie heeft gehouden, geïnformeerd wordt over dit unieke toernooi. Veel succes! ( Willeke ten Noever Bakker (
[email protected]) Nationale parken 14 In de vorige aflevering vertelde ik u iets over een nationaal park in Oostenrijk, we blijven nog even in dit boeiende land en bezoeken nu het nationaal park “Blockheide Eibenstein”, Pl. 1. Postzegel uitgegeven in de serie ‘Natuurschoon’ op 29 juni 1984. Dit natuurpark in de buurt van Gmünd is in 1964 gesticht toen er plannen ontstonden om het gebied meer landbouw-vriendelijk te maken. Zoals de naam al doet vermoeden hebben we hier te maken met een heidelandschap dat bezaaid is met grote granietblokken. Deze zijn oorspronkelijk afkomstig van een voormalig hooggebergte dat door verwering geërodeerd is en de meest bizarre vormen van graniet heeft nagelaten. Op de postzegel zijn enkele van dergelijke blokken afgebeeld. Mocht u in de buurt komen van dit gebied, een bezoek is aan te raden. Een ander bezoek is aan het National Park Hohe Tauern met als hoogste punt, 3800 meter, de berg Großglockner, Pl. 2, die in 1800 voor het eerste keer is beklommen. Dit gebergte maakt deel uit van de belangrijkste centraal alpine bergrug in de oostelijke Alpen. Het park beschermt een adembenemend mooi alpenlandschap met steile rotsen, uitgestrekte gletsjervlakten, in de ijstijden gevormde dalen en ruisende watervallen. Aan de voet van de Großglockner glinstert de witte vlakte van den acht kilometer lange, vijf kilometer brede Pasterze, de grootste gletsjertong in de oostelijke Alpen. Ook vindt men een schat aan flora en fauna, die een bezoek aan dit park, gesticht in 1981, zeer de moeite waard maken. Piet Struik - Bron: Google en 100 mooiste natuurparken van de wereld, ISBN 90-366-1574-7.
Oman in Berlijn: Oman, een land van fascinerende landschappen, een duizenden jaren lange geschiedenis en filatelistische schatten, komt met een bijzondere tentoonstelling “Greetings from Oman”als gast naar het museum voor communicatie (Museum für Kommunikation Leipziger Straβe 16) naar Berlijn van 6 tot 29 maart 2015. Daarbij wordt onder meer de post- en filateliegeschiedenis van het land belicht. Er zijn talrijke stukken van de Oman filatelie te zien dir tot dusver niet vertoond zijn, naast typische tentoonstellingsstukken zoals de kromme dolk, waardevol zilverwerk en sieraden en kunstvoorwerpen, waaronder het model van een typerend zeilschip. De Deutsch-Omanische Gesellschaft e.V. ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 9
(www.deutschoman.de ) als organisator werkt samen met het Ministerie van Toerisme van Oman, de Osmaanse ambassade in Berlijn, de Deutsche Post en de Duitse Bond (BDPh). De tentoonstelling wordt op 5 maart 2015 feestelijk geopend. Mocht u met filatelistische zaken willen deelnemen, neemt u dan contact op met de heer Kaiser,
[email protected] . (bron: AIJP). Internationaal: De Netherlands Philatelists of California heeft weer haar Nieuwsbrief gepubliceerd met interessant nieuws over oudere en nieuwe Nederlandse zegels en poststukken: http://www.npofc.org/ Opbrengst 80 miljoen dollar De meest succesvolle weldadigheidszegel is de zegel met het opschrift ‘Fund the Fight – Find a cure’ en verder in grote letters ‘Breast Cancer’ (borstkanker). De zegel werd op 29 juli 1998 uitgegeven in de Verenigde Staten. Kopers van de postzegel betalen een klein extra bedrag – op dit moment 11 cent. Hoe klein het extra bedrag ook is, in de loop van de 17 jaar van het bestaan van deze zegel heeft het niet minder dan $ 80.147.680,10 opgebracht. Het geld wordt gebruikt voor het ‘National Institutes of Health’ en het ‘Medical Research Program’van het ministerie van defensie. (bron: AIJP) Nijntje 60 jaar: Het feestjaar 2015 staat in het teken van een van 's werelds beroemdste kinderhelden. Nijntje wordt namelijk 60 jaar. Het jaar start met de uitgifte van nieuwe Nijntje postzegels. Illustrator Dick Bruna tekende het witte konijntje op 21 juni 1955 voor het eerst. Woensdag 28 januari was de aftrap van het
officiële 'nijntje jaar', met de onthulling van de eerste serie 'nijntje postzegels' en een spectaculair kunstproject.
©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 10
Postzegelbeurs Hilversum: Gisteren stond ze achter een kraam op een speciale filateliebeurs in Hilversum, dé beurs voor de gespecialiseerde verzamelaar. Ze wijst een aantal zeshoekige zegels aan. Dit zijn haar topstukken. „Wij zijn diverse keren gebeld om te vragen of we deze telegramzegels wilden meenemen. Ze zijn per stuk zeker meer dan duizend euro waard.” Om de paar tellen staat een bekende aan de toonbank. De bezoekers - vrijwel allemaal mannen op leeftijd - kennen elkaar al vele jaren uit het circuit. Met een kritische blik bekijkt een man een klein papiertje dat hij tussen een pincet houdt. In opperste concentratie beoordeelt de man of dit het exemplaar is dat hij wil aanschaffen. Want postzegels verzamelen doe je niet even vlug vlug. Niet alleen de ’volle tanden’ en de dikte van het papier moeten goed zijn. Postfris levert altijd veel meer op dan plakkers en je moet oppassen voor nagommers. Een onervaren verzamelaar zal hier snel in kunnen trappen, want 90 procent van de kleine zegels heeft een nieuw plaklaagje gekregen. Maar kenners zal dit niet overkomen. Auke de Vries (63) uit Hoorn is zo’n kenner. Op zijn achttiende trok hij al de wereld in op zoek naar zeldzame exemplaren. Hij maakte zelfs zijn werk van zijn hobby. Hoewel de man vindt dat zijn hobby zijn beste tijd heeft gehad, blijft hij het leuk vinden. Andere verzamelaars zijn het met De Vries eens. Het wordt steeds minder en minder, zeggen ze. Bovendien lijkt het een uitstervende hobby, omdat weinig jonge mensen zich lijken te interesseren voor de papiertjes die op ouderwetse ansichtkaarten of brieven werden geplakt. Veel opa’s hadden hun kleinzonen graag willen enthousiasmeren, maar „de jeugd laat het afweten”. Achter een tafel zit een jongeman met zijn mobiele telefoon te spelen. Nee, hij verzamelt niet, terwijl hij druk met zijn hoofd schudt. Hij moest met zijn vader mee. (bron: De Telegraaf – 150201 – Claudie Bolster). Gastronomie in Spanje: Vamos a comer algo… (Laten we gaan eten…) Sí. Er is echt nog meer dan alleen tapas in de Spaanse keuken. En daarom heeft de Spaanse Correos (Post) besloten op 28 januari met speciale postzegels twee culinaire hoofdsteden voor te stellen: Victoria (Baskenland) en Cáceres (in Midden-West Spanje – aan de grens met Portugal). Victoria is de hoofdstad van de autonome regio Baskenland en heet in het Baskisch ‘Gasteiz’. Daarom is de officiële naam van de stad de samengestelde naam ‘Victoria-Gasteiz’, een stad met bijna 250.000 inwoners en een opvallend groot aantal eersteklas restaurants. Naast hoogwaardige rode wijn uit de regio Rioja worden hier exclusieve specialiteiten uit de Baskische keuken en uit de naastgelegen regio’s Castilië en Rioja geserveerd. Victoria-Gasteiz was in 2014 culinaire hoofdstad van Spanje. Bijzonder zijn de ‘pinchos’. Kleine maar dik belegde hapjes brood, meestal gegeten met daarbij een drankje. De componenten van de ‘pinchos’ worden bij elkaar gehouden met houten prikkertjes en aan het eind van de maaltijd betaalt met naar het aantal prikkertjes op het bord. In Victoria worden regelmatig pincho wedstrijden gehouden om de beste pincho’s uit te selecteren. ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 11
Naast deze betere tapas zijn ook het gebak uit de stad en het nagerecht ‘goxua’ buitengewoon goed. Goxua is een met caramel overgoten pudding met slagroom en een laagje deeg. Cáceres is de hoofdstad van de provincie Cáceres in de autonome regio Extremadura met een fraai oud centrum die met haar stadsmuren, gebouwd door de Moren een UNESCO werelderfgoed is. De stad heeft 95.000 inwoners en is voor 2015 tot culinaire hoofdstad van Spanje gekozen. De stad is omgeven door talrijke kurkeiken kwekerijen, waar de belangrijke grondstof kurk voor de wijnbouw vandaan komt. Gastronomische producten uit de regio zijn vooral gerechten van varken en schaap, die de basis vormen van de rijke culinaire historie. Zoals de ‘Pata Negra’, de ham van het zwarte varken, een ham van bijzondere kwaliteit en smaak, zeker van de kwaliteit van Parma-ham. De eigenlijke naam is terug te brengen naar de oorspronkelijke zwarte Spaanse varkens, maar eigenlijk is de naam niet helemaal terecht omdat niet alle varkens die gebruikt worden zwarte poten hebben. De Pata Negra is in feite een speciale Jamón Ibérico (een Iberische ham). Ook bekend in de regio is een romige schapenkaas, bekend onder de naam ‘Torta del Cesar’. Deze kaas wordt exclusief gemaakt uit melk van merino- en entrefinoschapen, die met plantaardig stremsel van de wilde artisjok tot kaas wordt gemaakt. Het binnenste van de kaas is zacht en vloeibaar. De kaas heeft een zeer intensieve smaak en wordt met een lepel ‘uitgelepeld’ en bij de talrijke varkensvleesgerechten gedaan. Dus, ‘bon provecho!!’ (Eet smakelijk !) (bron: Briefmarken Spiegel – 150201) Een zaak van het hart: Of men elkaar pas heeft ontmoet of dat men al jaren getrouwd is, voor veel paren en verliefden is 14 februari een bijzondere dag. De bloemenwinkels verheugen zich op de hoge omzet in de tweede maand van het jaar en restaurants zijn blij met de talrijke reserveringen rondom de dag van geluk en liefde. Daarbij komt dat de 14e februari van het jaar 269, de dag waarop volgens de legende de dag van de verliefden ontstond, een dag vol geweld en niet vol liefde. Een priester – hij heette Valentijn – zou op deze dag terechtgesteld zijn omdat hij in een tijd van Christenen vervolging het gewaagd had paren Christelijk in de echt te verbinden. De Kroatische Post brengt naar aanleiding van Valentijnsdag een speciaal poststempel uit. In veel landen zijn in de loop van de jaren speciale Valentijns-zegels uitgegeven.
Postex 2015 Inschrijven voor de postzegeltentoonstelling tijdens Postex kan nog t/m 30 april. In het bijzonder met kaders die in het Postex 2015 thema passen; 200 Jaar Koninkrijk. De inschrijven voor de tentoonstelling tijdens Postex 2015 in Apeldoorn op 16, 17 en 18 oktober is mogelijk voor elke categorieën, van literatuurklasse tot en met categorie 2, dit jaar is er geen klasse 1. Postex werkt met voorinschrijvingen, na de voorinschrijving zal om een definitieve inschrijving worden gevraagd. Inschrijfformulieren kunnen opgevraagd worden bij Ben Mol, ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 12
Drossaardslaan 21, 4143 BD Leerdam,
[email protected] of Leen Louwerse, Koningin Wilhelminastraat 51, 2811 TT Reeuwijk,
[email protected]. De definitieve inschrijving moet voor 1 juni binnen zijn, begin mei ontvangen alle voorlopige inzenders de benodigde formulieren die bestemd zijn voor de jury. De Nederlandse Vereniging van Postzegelverzamelaars van Liechtenstein en de Rotterdamsche Philatelistenvereniging participeren dit jaar in de Postex-organisatie. De Vliegende Hollander zal ook dit jaar weer haar Dag van de Aerofilatelie op de Postex vieren. Voor meer informatie: www.postex.nl, www.facebook.com/postexapeldoorn of www.twitter.com/postexapeldoorn (Aart van Soest).
WAARTOE ZIJN WE OP AARDE? Graag maak ik de lezer van de Nieuwsbrief deelgenoot van ‘zaken’ waar we binnen het bestuur van de KNBF mee bezig zijn. We bespreken in het bestuur natuurlijk heel veel algemeen bestuurlijke zaken. Immers ‘de tent moet draaien’. Maar we moeten ons ook regelmatig bezinnen op waar het echt om draait: waartoe is de KNBF op aarde? In de ALV in mei willen we weer een beleidsnota voorleggen. Nu niet alleen een opsomming van allerlei wensen en actiepunten, maar ook een begin van een analyse van waar we de komende 10 jaar in de filatelie naar toe gaan en welke rol de KNBF dan (en onderweg daar naar toe) zou kunnen vervullen. Een rol voor de filatelie in het algemeen, en voor de verenigingen en de leden daarvan in het bijzonder. In mijn visie zal het ‘onmogelijk’ zijn het tij te keren: de belangstelling voor het traditionele postzegel verzamelen zal verder afnemen. Postzegel verzamelen is ook niet ‘sexy’, zeker jongeren hebben moeite in hun sociale netwerken hierover met enthousiasme te spreken. Wij zullen goed moeten inspelen op de digitale wereld. Maar wat en hoe? Filatelie zou moeten worden ervaren als een onderdeel van ons cultureel erfgoed, naast architectuur, beeldende kunst, enz. En ook als onderdeel van geschiedschrijving. Hoe krijgen we dat voor elkaar? De gespecialiseerde filatelie niet alleen als zelfstandig onderdeel, maar ook als essentieel onderdeel van een groter geheel. Een geschiedkundige studie zou incompleet moeten zijn zonder ook de posthistorische feiten en stukken. Een verzameling Chinees porselein zou incompleet moeten zijn zonder een thematisch filatelistische collectie. Filatelie, het hoort er gewoon bij! De KNBF moet de ‘dingen’ doen die nu, vandaag, moeten gebeuren. Maar ook nadenken over en werken aan de toekomst. Wilt u met ons meedenken? (Jan Cees van Duin, voorzitter KNBF).
Jo Toussaint Toernooi op 1 maart a.s. Op 1 maart 2015 wordt in het Wijkcentrum 'Titus Brandsma', Tweede Oude Heselaan 386 te Nijmegen het Jo Toussaint Toernooi, voorheen Bekertoernooi, gehouden. Tevens wordt een grote postzegelbeurs gehouden met handelaren uit binnen- en buitenland. Aanvang 10.00 uur en de toegang is gratis. Parkeren in de omgeving is tevens gratis. De heer Toussaint is zelf ook aanwezig en zal voor zowel het onderdeel 'Algemene Filatelie' als het onderdeel 'Thematische Filatelie' de prijzen uitreiken. JO TOUSSAINT TOERNOOI KNBF PROGRAMMA 10.00 uur Welkomstwoord door de voorzitter van de organiserende vereniging “NOVIOPOST”, de heer A.F. Buitenhuis. Opening door de voorzitter van de KNBF de heer J.C. van Duin. 10.15 uur Aanvang gedeelte “Algemene Filatelie”. De volgorde voor de deelnemers wordt door loting bepaald. De jury voor dit gedeelte bestaat uit: Dhr. L. Goofers, Dhr. J. Spijkerman, Mevr. E. Lipsius Deelnemers “Algemene Filatelie” Dhr. H. Wiersma Titel: Geheimen van distributeurs. Omschrijving: Tot 1850 waren er ca. 250 distributiekantoren in Nederland. De distributeurs werkten op provisie en gebruikten vaak eigen stempels. Dhr. J. Mulder Titel: Germania in Polen Omschrijving: Bij de Germania- uitgifte wordt bij specialisatie vaak gedacht aan kleur, druk, ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 13
plaatfouten,e.d. Er zijn echter meer mogelijkheden. In deze presentatie wordt door de veranderende situatie in Polen gekeken naar gebruik en noodzaak van aanpassing van de zegels. Dhr. J. Dehé Titel: Een zaak van landsbelang – Nederlandse postcensuur in de Eerste Wereldoorlog Omschrijving: Toen in de zomer van 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak, verklaarde de Nederlandse regering dat ons land neutraal zou blijven in dit conflict. Toch ging de oorlog niet aan ons land voorbij. Postcensuur was een van de zichtbare gevolgen. In mijn lezing belicht ik de achtergronden, de uitwerking en de reacties op die censuur. Dhr. J. Stroom Titel: Postcode, verzamel ‘m goed Omschrijving: Onder deze wervende titel gaat een presentatie schuil over de invoering van de Postcode en de verzamelwaardige kenmerken van de automatische postsortering die op de eerste Afdeling in Amsterdam – vanaf 1978 – worden aangetroffen Ca. 12.00 uur: Einde gedeelte “Algemene Filatelie” met aansluitend prijsuitreiking door de heer J. P. Toussaint. VERVOLG PROGRAMMA 13.15 uur Aanvang gedeelte “Thematische Filatelie” De volgorde voor de deelnemers wordt door loting bepaald. De jury voor dit gedeelte bestaat uit: Dhr. R. ten Hoedt, Dhr. J. Diesveld, Mevr. E. Lipsius Deelnemers “Thematische Filatelie” Dhr. Drs. J. H. L. van den Bosch, Titel: Malaria, een gesel. Omschrijving: Wat is malaria? Hoe kunnen wij hem bestrijden? Wat is de impact van deze ziekte? Hoe ziet de toekomst er uit? Dhr. A. A. M. F. van Berkel Titel: Entartete Musik Omschrijving: Tijdens en voor de Tweede Wereldoorlog werd er om verschillende redenen allerlei muziek verboden. Deze lezing geeft een kort overzicht welke muziek dat betrof en welke beweegredenen eraan ten grondslag liggen. Dhr. S. Bangma, Titel: Breekbaar Glas! Omschrijving: Productie en gebruik van glas voor drinkbare vloeistoffen Dhr. R. van Dam, Titel: Gaten in een thematische verzameling Omschrijving: De voordracht bespreekt perfins en de mogelijkheden om deze geperforeerde zegels in een (aan de computer gerelateerde) thematische verzameling te gebruiken. Ca. 15.30 uur: Einde gedeelte “Thematische Filatelie” met aansluitend prijsuitreiking door de heer J. P. Toussaint. 15.45 uur: Afsluiting door de voorzitter van de KNBF de heer J.C. van Duin European Stamp Exhibition FINLANDIA 2017 Van 24 tot 28 mei 2017 wordt in Tampere, Finland, de Internationale Postzegeltentoonstelling Finlandia 2017 gehouden. Hoewel het nog ver weg lijkt wil het bestuur van de KNBF graag inventariseren of er voldoende aanmeldingen zijn om een landcommissaris naar deze grote internationale tentoonstelling af te vaardigen. Indien u voornemens bent om deel te nemen aan deze tentoonstelling, dan verzoeken wij u zich op de gebruikelijke wijze op te geven bij het Bondsbureau. Graag ontvangen wij uw opgave voor 1 april 2015. Kusje van PostNL: Dit jaar is Valentijnsdag wel heel bijzonder. Want op 13 februari 2015 kan iedereen in Nederland valentijnskaarten gratis versturen met niets meer dan een echte kus als postzegel. Uniek in de wereld, en de perfecte manier om je geliefde, familieleden of vrienden te verrassen met het meest persoonlijke valentijnsgebaar ooit. Dit in een wereld waarin persoonlijk contact steeds vluchtiger lijkt te worden. Hoe het werkt? Plaats een echte kus met lippenstift op het postzegelvakje van uw envelop of kaart. Post deze op vrijdag 13 februari vóór 17:00 uur naar een bestemming binnen Nederland. Onze postbezorgers zorgen ervoor dat de volgende dag, op Valentijnsdag, alle gekuste kaarten en brieven bij de gelukkige ontvangers op de mat vallen. Iedereen mag meedoen (mannen dus ook!). Helaas……onze Nieuwsbrief is misschien net iets te laat, maar het kusje van tante Post is welgemeend! ©KNBF 2010
www.knbf.nl
Pagina 14