07
Jaargang 46 • Maandblad • verschijnt niet in juli en augustus Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X - P509707 • Afzendadres: Guimardstraat 1 • 1040 Brussel
SEPTEMBER 2015
in dit nummer Nieuwe structuur Katholiek Onderwijs Vlaanderen Forum in gesprek met de nieuwe directeurs / Bij directeur-generaal, Lieven Boeve, een jaar later…
forum nr. 7 • september 2015
Hoofdartikel
3
‘Een onderwijsnet met een familie’
In de kern
4
Dragen - gedragen - verdragen - verder dragen
5
Nieuwe structuur Katholiek Onderwijs Vlaanderen. Forum in gesprek met de nieuwe directeurs VSKO wordt Katholiek Onderwijs Vlaanderen
6
Missie & visie Katholiek Onderwijs Vlaanderen
9
Communicatie via Nieuwsbrief & website Dirk Vanstappen Directeur Dienst Bestuur & organisatie Marc Keppens Directeur Dienst Personeel Jan Schokkaert Directeur Dienst Lerenden Ria De Sadeleer Directeur Dienst Curriculum & vorming Carl Snoecx Directeur Dienst Identiteit & kwaliteit Rudi Warson Directeur Dienst Ondersteuning Chris Smits Secretaris-generaal Machteld Verhelst Pedagogisch Directeur Lieven Boeve Directeur-generaal
10 13 16 18 20 23 26 27 28 30
l e k i t r a d f Hoo ‘Een onderwijsnet met een familie’ Op vrijdag 26 juni stelde Lieven Boeve in Koekelberg de nieuwe naam en het nieuwe logo van Katholiek Onderwijs Vlaanderen voor. Vele besturen en diensten waren op de voorstelling aanwezig: schoolbesturen, pedagogische begeleidingsdiensten, medewerkers van de diocesane secretariaten en diensten van het katholiek onderwijs, alsook de eigen medewerkers van ‘de Guimardstraat’. Het leek op een kleine ‘Staten-Generaal’ van het katholiek onderwijs in Vlaanderen en Brussel. Het katholieke onderwijsnet heeft immers een eigen verhaal en structuur. Het is een onderwijsnet met een familie. Tot die familie behoren allen die het katholiek onderwijs sinds jaar en dag een warm hart toedragen. En dat zijn er velen: schoolbesturen met een congregationele, parochiale, dekenale of diocesane achtergrond, leerkrachten en directies met al wie hen ondersteunen, de hogescholen en universiteiten die leerkrachten opleiden, het brede christelijke middenveld, en ook de kerkgemeenschap. Van die brede familie wil VSKO 2.0 of voortaan Katholiek Onderwijs Vlaanderen het verbindingsteken en de draaischijf zijn. Een nieuwe naam en een nieuw logo zijn maar de buitenkant en de afronding. Tijdens het voorbije schooljaar is door de verantwoordelijken en de medewerkers van het VSKO hard gewerkt om vanaf september 2015 met een nieuw organigram van start te kunnen gaan. Het heeft veel studie, overleg en beraadslaging gevraagd. Bovendien gaat zo’n herschikking nooit vanzelf. Mensen op een nieuwe manier met elkaar verbinden is geen automatisme. Het zal voor ieder nog even wennen en aanpassen zijn. Hoewel: het is onze gedeelde overtuiging dat Katholiek Onderwijs Vlaanderen met deze interne aanpassing beter aan haar zending en opdracht zal kunnen beantwoorden. Namens de Raad van Bestuur wil ik allen danken die hun steentje tot deze herschikking hebben bijdragen en dat ook in het komende schooljaar zullen doen. Op 28 oktober 1965 gaf het Tweede Vaticaans Concilie een verklaring uit over de christelijke opvoeding. Dat is binnenkort 50 jaar geleden. De verklaring zal in de komende maanden extra in de belangstelling staan, zowel bij ons als wereldwijd. Dat de concilievaders aan de opdracht van de Kerk op het gebied van opvoeding en onderwijs een bijzonder zwaar gewicht toekenden, blijkt uit de superlatief in de titel van het decreet: ‘Gravissimum Educationis’, of ‘het hoogst uitzonderlijke belang van de opvoeding’. Wereldwijd is het christelijk onderwijs een eersterangs promotor van bekwaamheid en ontwikkeling. Een zin over de katholieke school wil ik naar voren halen: ‘De aanwezigheid van de Kerk op het gebied van het onderwijs wordt op speciale wijze duidelijk door de katholieke school. Deze streeft immers, in niet mindere mate dan andere scholen, cultuurdoeleinden en de humane vorming van de jongeren na. Haar is echter eigen een milieu in de schoolgemeenschap tot stand te brengen dat bezield wordt door de evangelische geest van vrijheid en liefde; de jongeren te helpen om hun eigen persoonlijkheidsontwikkeling harmonisch samen te laten groeien met de nieuwe schepping die zij door het doopsel zijn geworden; de algemeen menselijke cultuur zo met de heilsboodschap te verbinden, dat de kennis die de leerlingen betreffende de wereld, het leven en de mens trapsgewijs verkrijgen door het geloof wordt belicht’ (nr. 8). Het is een volzin die onze terminologie over de ‘katholieke dialoogschool’ kan verhelderen. Het katholiek onderwijsproject is geen gesloten systeem. Het is een open project, dat zich expliciet laat leiden door het Evangelie en daarover met anderen in gesprek wil gaan. Op dat project willen we in het komende werkjaar verder inzetten. Katholiek Onderwijs Vlaanderen heeft een nieuw logo. Vier kleuren, elk met een eigen symboliek, die op het scharnierpunt met elkaar verbonden zijn, en daardoor met elkaar kunnen bewegen. Wat niet verbonden is, eindigt als losse puzzelstukjes. Wat verbonden is, kan een landschap of een gezicht laten zien. Welk beeld willen we samen laten zien? Het is een uitdaging die ons niet met rust mag laten. Structuren zijn er om de inhoud te dienen. Over die inhoud moeten we samen verder nadenken. We zijn het verplicht aan de kinderen en jongeren die dagelijks door onze schoolpoorten stappen. + Johan Bonny Bisschop van Antwerpen
IN DE KERN
dragen - gedragen verdragen - verder dragen Met de start van het nieuwe Katholiek Onderwijs Vlaanderen bieden zich nieuwe uitdagingen in de onderwijswereld aan. Hierbij stel ik voor ons te laten inspireren door de vier dragers uit het evangelieverhaal van de genezing van de lamme (Mc. 2,1-13) en door de vier woorden, ‘dragen – gedragen - verdragen – verder dragen’ die in de onderwijswereld niet vreemd zijn. Wat aan het verhaal van de vier dragers voorafgaat en niet in het evangelie werd opgenomen boeit mij zeer. Eén van hen heeft een mens in nood gezien. Ze sloten er de ogen niet voor maar ze spraken er met elkaar over. In dialoog maakten zij afspraken om iets aan deze nood te doen. De neuzen werden in dezelfde richting geplaatst en de handen uit de mouwen gestoken. De vier dragers gingen op weg maar botsten op weerstanden zoals een menigte die niet opzij ging. Een menigte vol onbegrip. Ze werden inventief en spaarden geen moeite om de lamme tot bij Jezus, in wie zij geloofden, te brengen. Ze braken het dak open. Zijn dit niet allemaal herkenbare situaties in de onderwijswereld: noden zien, overleggen, afspraken maken, neuzen in dezelfde richting plaatsen, handen uit de mouwen steken, inventief zijn, omgaan met weerstanden van onbegrip en wantrouwen? Schoolbesturen, directies en personeelsleden zijn allemaal dragers van mensen. Elke dag opnieuw opgeroepen om anderen te dragen, niet in een draagbed of op de rug als een kruis maar … in het hart. Iemand dragen is het opnemen voor hem, verantwoordelijk zijn voor hem. Soms kan dat een zware opgave zijn, maar als dit in liefde gebeurt, dan blijft deze opdracht eigenlijk licht. Echte liefde maakt alles licht. Het kan al wel eens gebeuren dat buitenstaanders menen dat je goed zot moet zijn om de lasten van een school of van leerlingen te dragen. Maar in het hart van de mens wordt zelfs de grootste last een vreugde. Er is geen grotere vreugde dan anderen te mogen dragen in je hart en je gedragen te weten in het hart van een ander, een thuis te hebben in het hart van de ander. Schoolbesturen, directies en personeelsleden worden ook opgeroepen om veel te verdragen. Verdragen heeft meerdere betekenissen. Er is
het verdragen van opmerkingen, wantrouwen, niet begrepen worden. Maar ‘ver-dragen’ kan ook betekenen ‘ver gaan in het dragen’. In het dagelijks leven ervaren we voortdurend dat elke mens anders is, anders denkt en anders handelt. Elkaar verdragen betekent dat de andere anders mag zijn, anders mag denken, anders mag handelen. Kortom zichzelf mag zijn zoals hij is met alle kwaliteiten én gebreken. Elkaar dragen en verdragen heeft alles te maken met levensecht vertrouwen. Wie de ander echt vertrouwt kan heel veel verdragen. Schoolbesturen, directies en personeelsleden worden ook steeds opgeroepen om de school en al wie er deel van uitmaakt verder te dragen. Verder dragen heeft alles te maken met de toekomst. Elk denken, elk spreken en elk handelen moet steeds toekomstgericht zijn. We leven niet in het verleden – we komen uit een verleden en kunnen er van leren – maar alles wat we doen is gericht op de dag van morgen. Anderen verder dragen kan ook betekenen de anderen loslaten - zoals de vier dragers de lamme uit handen gaven en hun eigen weg verder zetten - om hen de kans te geven hun eigen weg te gaan. In dit alles mag men rekenen op Gods hulp. ‘Toen Jezus hun geloof zag’, zegt het verhaal, toen gebeurde het. Wij mogen ons laten leiden door een geloof in een God, die met ons mee op weg gaat en ons draagt in zijn hart. God zelf is de totale Liefde en Inspiratie. Hij geeft nooit op. Hij laat de mens niet in de steek. Hij wil dat ook wij, met zijn steun, tot het uiterste gaan in het elkaar dragen, verdragen en verder dragen. Met zijn steun en zijn aanwezigheid ben ik ervan overtuigd dat alle schoolparticipanten een levensecht geluk en een intense vreugde mogen ervaren in de omgang met allen op school of in alles wat ze doen. Dat geluk en die intense vreugde wens ik allen bij het begin van dit nieuwe schooljaar en het nieuwe Katholiek Onderwijs Vlaanderen van harte toe. Jan Vander Velpen Pastor Katholiek Onderwijs Vlaanderen
contactblad voor schoolbesturen, pedagogisch begeleiders directies en personeelsleden van het katholiek onderwijs
MAANDBLAD Verschijnt niet in juli en augustus VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Lieven Boeve, directeur-generaal Katholiek Onderwijs Vlaanderen Guimardstraat 1 - 1040 Brussel EINDCOÖRDINATIE: Willy Bombeek EINDREDACTIE: Rita Herdies REDACTIELEDEN: Lieven Boeve, Willy Bombeek, Jan-Baptist De Smet, Isabelle Dobbelaere, Rita Herdies, André Janssens, Janwillem Ravyst, Chris Smits, Dimitri Vandekerkove, Marijke Van Bogaert
4
september 2015
REDACTIEADRES: Katholiek Onderwijs Vlaanderen - Forum - Guimardstraat 1 - 1040 Brussel Tel.: 02 507 06 19 • Fax: 02 513 36 45 E-mail:
[email protected] Website: www.katholiekonderwijs.vlaanderen ABONNEMENT Jaarabonnement: 23,10 euro (inclusief BTW) 38,10 euro: buitenland. Te storten op rekeningnr. BE234-3502968-3191 van LICAP cvba, 1040 Brussel PRE-PRESS EN DRUK: Licap cvba, tel. 02 509 96 83
nieuwe structuur katholiek onderwijs vlaanderen Forum in gesprek met de nieuwe directeurs
O
p vrijdag 26 juni, aan een zonovergoten Basiliek van Koekelberg, stroomden een vierhonderdtal medewerkers van Katholiek Onderwijs Vlaanderen toe voor de plechtige bekendmaking van onze nieuwe naam en logo. Na de eucharistieviering en de pittige homilie van Mgr. Johan Bonny1 die samen met pastor Jan Vander Velpen de eucharistieviering voorging, onthulde onze directeur-generaal Lieven Boeve naar aanleiding van het einde van het schooljaar 2014-2015 en voor een overvolle zaal de nieuwe naam, het nieuwe logo en de nieuwe huisstijl van onze vernieuwde organisatie: het resultaat van heel wat drukke overlegmomenten en de vele werkgroepen die de nieuwe thematische structuur voorbereid hebben. Onze directeur-generaal was in zijn nopjes, het opzet was geslaagd. We hieven het glas, genoten van een hapje en verlieten op tijd en stond het gezellige geroezemoes voor een spectaculaire skywalk langs de koepel van de Basiliek.
1 De tekst van de homilie van Mgr. Johan Bonny vindt u op www.katholiekonderwijs.vlaanderen/Forumzoeker
S
edert 1 augustus werd de nieuwe thematische structuur operationeel. Forum had een gesprek met zowel de nieuwe directeurs van de vijf nieuwe pijlers als met secretarisgeneraal, Chris Smits, en pedagogisch d irecteur, Machteld Verhelst.
Lees ook de quotes van mensen uit het veld. Hoe denken zij over de nieuwe structuur Katholiek Onderwijs Vlaanderen? De dienst Ondersteuning, die het werken in ons vernieuwde huis concreet mogelijk maakt, komt eveneens aan bod. U las vast en zeker ook onze gloednieuwe digitale Nieuwsbrief die u voortaan iedere donderdag in uw mailbox ontvangt en misschien wil u daarover, en over de nieuwe website en de nieuwe huisstijl wel wat meer weten. Marijke Van Bogaert, verbonden aan de Stafdienst van de directeur-generaal vertelt er meer over op bladzijden 10 en 11.
Ten slotte gingen we langs bij onze directeur-generaal zelf. Hij heeft het onder meer over de visie en de strategie achter deze reorganisatie en over de Vlaanderenbrede aansturing ervan. Hij gaat dieper in op de nieuwe rol van onze koepelorganisatie, die zich “vanaf nu presenteert als scholen die zich samen organiseren om te voorzien in hun vertegenwoordiging, ondersteuning en belangenbehartiging. Een ledenvereniging van scholen en hun besturen dus.” Op deze bladzijden verneemt u ook wat zijn volgende plannen zijn …
september 2015
5
VSKO wordt Katholiek Onderwijs Vlaanderen Het Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs (VSKO), de koepelvereniging van katholieke schoolbesturen en onderwijsinstellingen, heet voortaan Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
Interne herstructurering
Op een bijzondere viering op 26 juni 2015, in de Nationale Basiliek van het Heilig Hart in Koekelberg, heeft directeur-generaal Lieven Boeve, in aanwezigheid van zijn medewerkers en collega’s uit de regio’s, de nieuwe naam en het logo van de organisatie onthuld. Die naamswijziging vormt het voorlopig sluitstuk van een interne herstructurering die eind 2014 werd ingezet. Vanaf 1 augustus 2015 wordt deze herstructurering operationeel.
Op 1 augustus 2015 worden de niveaugerichte verbonden en diensten van het VSKO (VVKBaO, VVKBuO, VVKSO, VVKHO …) geïntegreerd in de themagerichte structuur van Katholiek Onderwijs Vlaanderen. Via vijf thematische diensten ondersteunen we alle aangesloten (hoge)scholen, centra en internaten, en organiseren we de begeleiding ervan. We profileren ons hierbij uitdrukkelijk als Vlaanderenbrede organisatie, met regionale ankerpunten, zo dicht mogelijk bij de school. De regie wordt samen gevoerd, op basis van gezamenlijk afgesproken principes en prioriteiten.
Lieven Boeve geeft aan: “Eerder dan een organisatie met scholen presenteert de koepel zich vanaf nu als scholen die zich samen organiseren om te voorzien in hun vertegenwoordiging, ondersteuning en belangenbehartiging. Een ledenvereniging van scholen en hun besturen dus.” Katholiek Onderwijs Vlaanderen: elk van de drie delen van de nieuwe naam zijn belangrijk. Eerst is er ONDERWIJS: een katholieke school is in de eerste plaats een school die kwaliteitsvol onderwijs biedt. Het woord KATHOLIEK verwijst naar onze inspiratie die we de komende jaren willen realiseren via ons project van de katholieke dialoogschool. Een katholieke dialoogschool nodigt iedereen uit om in dialoog met elkaar op zoek te gaan naar het volle mens- en medemens-zijn. Ze brengt christenen, moslims, joden, andersgelovigen, niet-gelovigen samen met alle anderen die betekenis willen vinden in leven en samenleven. Door dialoog stelt de school mensen in staat bij te dragen aan een open, zinvolle, verdraagzame en duurzame samenleving, waar er plaats is voor iedereen. Het derde woord is VLAANDEREN (meteen ook de extensie van de nieuwe website). Onze koepel verenigt de scholen, centra en internaten die zich op het grondgebied van de Vlaamse Gemeenschap bevinden, zowel in Brussel als in de rest van Vlaanderen. Het nieuwe logo ondersteunt de nieuwe naam en bestaat uit vier kleuren. Die staan symbool voor de nieuwe missie en visie van de organisatie. Onderwijs staat in het paars. Die kleur verwijst naar spiritualiteit en dus naar de bezieling en passie die ons onderwijs voeden. Het woord katholiek is oranje gekleurd. In de kleurenleer wordt die kleur geassocieerd met innovatie. Woord en kleur wijzen samen op de vernieuwende manier waarop we ons vormingsproject in de komende jaren willen realiseren. Groen staat voor duurzaamheid en frisheid, wat gelinkt kan worden aan de kinderen, jongeren en volwassenen die we vormen en opleiden, maar ook aan de zorg voor de aarde en voor elkaar. Blauw staat voor traditie. We vernieuwen niet om te vernieuwen, maar verankeren wat goed gebleken is en leven geeft. Samen zetten die kleuren in het nieuwe logo Katholiek Onderwijs Vlaanderen neer als sterk en kwaliteitsvol merk: een organisatie waarop mensen kunnen bouwen.
6
september 2015
De vijf thematische diensten worden geleid door een directeur. Het gaat om: Bestuur & organisatie (geleid door Dirk Vanstappen), Personeel (geleid door Marc Keppens), Lerenden (geleid door Jan Schokkaert), Curriculum & vorming (geleid door Ria De Sadeleer), en Identiteit & kwaliteit met Carl Snoecx als directeur. Deze vijf diensten worden ondersteund door een dienst onder leiding van Rudi Warson en gecoördineerd door de stafdienst van de directeur-generaal. De vijf regio’s van de pedagogische begeleiding worden geleid door een regiodirecteur: Stefaan Misschaert voor regio WestVlaanderen, Jan Verpoest voor regio Oost-Vlaanderen, Guido Vandevenne voor regio Mechelen-Brussel, Ria Van Huffel voor regio Antwerpen en Jan Creemers voor regio Limburg. Lieven Boeve, directeur-generaal, Chris Smits, secretaris-generaal, en Machteld Verhelst, pedagogisch directeur, hebben de algemene leiding van Katholiek Onderwijs Vlaanderen. De nieuwe bestuursstructuur is eenvoudig: de Raad van Bestuur bestuurt, de Algemene Vergadering controleert, stelt bestuurders aan en geeft kwijting. Er blijft een sterke band met het Overlegforum Besturen dat leden uit regionale bestuursorganen en de Raad van Bestuur samenbrengt. De nieuwe adviesstructuur bestaat per onderwijsniveau uit directiecommissies en adviesraden waarvan naast directeurs, ook bestuurders en andere vertegenwoordigers en experten deel uitmaken. De adviesraden adviseren de Raad van Bestuur.
september 2015
7
• PC’s 225 en 152
• Toepassing Algemeen en Arbeidsreglement
• Bekwaamheidsbewijzen
• Personeelsmiddelen
• Verloven
• Loopbaandebat
• Lerarenopleiding
• Internationalisering
• Kwaliteitsontwikkeling en innovatie
• Pastoraal op school
• Identiteit en opvoedingsproject
Directeur Carl Snoecx
Dienst Identiteit & kwaliteit
Internaten
Bao
SO
Buo PIO
• •Afstemming met congregationele en andere schoolprojecten
• Onderwijs en arbeidsmarkt • Professionalisering van leraren • Afstemming tussen • Leiderschaps- en de niveaus kadervorming
• Leerplannen en studieaanbod
• Pedagogische visie, onderwijsmethodiek en didactiek
Vanuit een gemeenschappelijke visie op onderwijs en leren:
VISIE EN BELEID
Directeur Ria De Sadeleer
Dienst Curriculum & vorming
• Curriculum • Vakken en domeinen
• Competentie • VCLB-begeleiding
• Staf en kaders
• Scholen, centra, internaten
BEGELEIDING EN NASCHOLING
Inhoudelijke aansturing door directeurs en teamverantwoordelijken Personele aansturing door regiodirecteurs en/of pedagogisch directeur
• Inspraakorganen (leerlingen, ouders)
• Leerlingenbegeleiding
• Gebruik onderwijstijd
• Evaluatie/deliberatie
• Gezondheid
• SOB en inclusie
• Zorg
• Toepassing van organisatiebesluiten, schooljaar, toelatingsvoorwaarden,…
• Gelijke onderwijskansen en diversiteit
• Inschrijvingsrecht
• Rechtspositie leerling
Directeur Jan Schokkaert
Dienst Lerenden
Dienst Ondersteuning: Rudi Warson Onthaal/telefoondesk/secretariaat – Personeel/infrastructuur/financies/aankoop – Documentatie – ICT – Event-organisatie
• Relatie met Welzijn
• Informatieveiligheid en andere niet-onderwijsgebonden materies (auteursrechten, privacy,…)
• Overheidsopdrachten en raam-overeenkomsten
• Milieu en welzijn
• Preventie en bescherming
• Werkingsmiddelen
• Boekhouding en fiscaliteit
• VZW-regelgeving
• Bemiddeling
• Infrastructuur
• Planning en coördinatie
• Syndicaal Overleg
• Omkadering
• Rechtspositie personeel
• Bestuurlijke optimalisering en schaalvergroting
• Databeheer
Directeur Marc Keppens
Dienst Personeel
Directeur Dirk Vanstappen
Dienst Bestuur & organisatie
Katholiek Onderwijs Vlaanderen
Pedagogisch directeur Machteld Verhelst Inhoudelijke samenhang van de diensten Coördinatie van Vlaanderenbrede aansturing van begeleiding en nascholing
Directeur-generaal Secretaris-generaal Chris Smits Pedagogisch directeur
• Kwaliteitscoördinatie
• Communicatie (intern/extern)
• Politieke beïnvloeding en besluitvorming
• Transversaal overleg
• Organisatie en ondersteuning van bestuursen adviesorganen
Stafdienst
Directeur-generaal Lieven Boeve
8
september 2015
missie & visie Katholiek Onderwijs Vlaanderen 1 Missie In opdracht van de Bisschoppenconferentie verenigt onze organisatie de katholieke scholen, centra, internaten, hogescholen en universiteit. Als koepelvereniging zorgen we voor de levensbeschouwelijke, pedagogische, bestuurlijk-beheersmatige en planologische visieontwikkeling en ondersteuning van het katholiek onderwijs in Vlaanderen en Brussel. We behartigen de belangen van de leden en vertegenwoordigen hen bij de overheid, in de Kerk en in de samenleving. Via kwaliteitsvolle en inspirerende dienstverlening aan onze leden bouwen we samen verder aan de rijke katholiekpedagogische traditie in Vlaanderen en Brussel.
2 Visie Voor het realiseren van onze missie zet onze organisatie in op het: •
verdiepen van de christelijke en cultureel-maatschappelijke inspiratie van waaruit we de grondwettelijke vrijheid van onderwijs invullen;
•
optimaliseren van de organisatie van het onderwijslandschap en van de bestuurskracht van onze besturen;
•
garanderen van gelijke onderwijskansen en brede zorg voor iedere leerling in een zo inclusief mogelijk onderwijs;
•
ontwikkelen van een omvattende visie op de harmonische ontwikkeling en vorming van de totale persoon, met kansen voor levenslang leren;
•
kritisch afstemmen van onderwijs en vorming op de verwachtingen van de samenleving;
•
uitbouwen van integrale kwaliteitsontwikkeling binnen onderwijs, met inbegrip van continue professionalisering van alle betrokkenen;
•
krachtig op elkaar betrekken van traditie en innovatie, waarbij we rekening houden met bevindingen uit wetenschappelijk onderzoek;
•
engageren van alle betrokkenen in onderwijs en vorming en uit het bredere middenveld als partners.
1. Onder het motto ‘gelijkgericht waar het kan, verscheiden waar nodig’ vertrekken we van een eenheid van visie en aanpak, die ook oog heeft voor de eigenheid van de verscheiden contexten binnen onze organisatie. Om een brede betrokkenheid van ons katholiek onderwijsveld te waarborgen, zorgen we voor goed functionerende bestuurs- en overlegorganen. Eerder dan een ‘organisatie met scholen’ bouwen we Katholiek Onderwijs Vlaanderen uit in termen van ‘scholen met een organisatie’. 2. In kritisch-constructieve interactie met onze sterk veranderde en veranderende cultuur en samenleving zetten we het concept van de katholieke dialoogschool neer als keurmerk voor het katholiek onderwijs en kaderen onze eigen werking hierin. 3. Met het oog op de versterking van het beleidsvoerend vermogen van besturen en de kwaliteitsvolle omkadering van onze scholen, stimuleren we de bestuurlijke optimalisering en schaalvergroting van het katholieke onderwijslandschap. 4. We kiezen voor een geïntegreerde ondersteuning van besturen en hun scholen, centra en internaten die gericht is op de levensbeschouwelijke, de pedagogischdidactische, de bestuurlijk-organisatorische, de administratief-logistieke en planologische dimensies van het onderwijsgebeuren. In onze concrete werking zetten we in op Vlaanderenbrede visie- en expertiseontwikkeling, en effectieve begeleiding tot op de werkvloer. 5. We vertegenwoordigen het katholiek onderwijs bij de overheid, in de Kerk en in de samenleving, en op het internationale forum. Door onze expertise en daadkracht wegen we op de besluitvorming en op de uitvoering van het onderwijs- en vormingsbeleid in Vlaanderen en Brussel. 6. We zorgen voor een effectieve en eigentijdse communicatiestrategie die zichtbaar bijdraagt aan de opinievorming over onderwijs en opvoeding en die efficiënt onze relevante doelgroepen informeert. 7. Onze interne organisatie is beheersbaar, transparant en efficiënt, en streeft naar duurzaamheid. We kiezen voor een korte en heldere advies- en besluitvormingsketen. Onze interne kwaliteitscoördinatie gaat na of we de uitgezette doelstellingen realiseren. 8. We erkennen, appreciëren en vertrouwen de professionaliteit van onze medewerkers en zetten actief in op het versterken van hun inspiratie en expertise. Kenmerkend voor onze werking zijn: op menselijkheid bedachte collegialiteit en hartelijke gastvrijheid, teamgericht werken vanuit mede-eigenaarschap en gedeeld leiderschap, en heldere aansturings-, communicatie- en rapporteringslijnen. 9. We leven zelf na wat we als kwaliteitsvol aan onze universiteit, (hoge)scholen, centra en internaten voorhouden. We zijn in onze organisatie een inspirerend voorbeeld voor het katholieke onderwijs in Vlaanderen en Brussel.
september 2015
9
communicatie via
nieuwsbrief en website
I
ntussen ontving u als lid van Katholiek Onderwijs Vlaanderen reeds een viertal digitale Nieuwsbrieven. De eerste op donderdag 20 augustus om 12.00 uur. Dat houden we zo, iedere donderdag. Misschien hebt u vragen over hoe scholen op de hoogte worden gehouden van de nieuwe thematische structuur van Katholiek Onderwijs Vlaanderen en waar ze met hun vragen terecht kunnen.
Lees hem en maak gebruik van de DIGITALE NIEUWSBRIEF Katholiek Onderwijs Vlaanderen “Het communicatiebeleid is als prioritair voor de organisatie geoormerkt”, zo lezen we in de Synthesetekst (Raad van Bestuur 7 mei 2015). Het wordt aangestuurd vanuit de Stafdienst van de Directeurgeneraal, inhoudelijk gevoed vanuit de diensten en ondersteund door de dienst Ondersteuning. We streven naar een eengemaakte communicatie (website, Nieuwsbrief, tijdschrift) en omwille van de eenheid van aanpak kiezen we voor een nieuwe huisstijl.’ Ons uitgangspunt daarbij is punt zes van de missie en visietekst: ‘We zorgen voor een effectieve en eigentijdse communicatiestrategie die zichtbaar bijdraagt aan de opinievorming voor onderwijs en opvoeding en die efficiënt onze relevante doelgroepen informeert.’
Nieuwsbrief Om efficiënt te communiceren en onze leden niet met informatie te overladen kozen we voor één Nieuwsbrief (nvdr: in plaats van de 77 nieuwsbrieven uit een vorig tijdperk). We willen de gebruiker zoveel mogelijk gebruiksgemak bieden, dit wil zeggen dat de lezer alle informatie ontvangt en die op ‘doelgroep’ en ‘regio’ kan filteren. Om de leden wegwijs te maken in de nieuwe thematische structuur van het huis, proberen we zoveel mogelijk geïntegreerd te werken en zullen de vijf pijlers (thematische diensten) steeds in de digitale Nieuwsbrief verschijnen. Een directeur basisonderwijs die over, bijvoorbeeld post initieel onderwijs wil lezen kan dus ook ‘postinitieel onderwijs’ aanklikken en verder grasduinen.’ De Nieuwsbrief bevat ook nieuws vanuit de regio’s. Behalve de algemene thema’s van de diensten, kan de gebruiker dus ook voor regiobijlagen kiezen.’ Praktisch: wie vragen heeft, kan terecht bij de helpdesk
[email protected] of op 02 507 07 80. De medewerkers van Eventorganisatie van de Dienst Ondersteuning helpen de gebruiker van de nieuwe Nieuwsbrief graag verder.
10
september 2015
Website
Huisstijl
‘Nieuwsitems worden ook op de nieuwe portaalpagina van de website geplaatst. Deze website is een overgangswebsite. De overstap naar de definitieve versie komt er op 2 juni 2016, het startsein daarvoor geven we op het Congres Katholiek Onderwijs Vlaanderen in Leuven. Tot 2 juni 2016 worden de websites van de vroegere VSKO-verbonden en diensten als ‘informatieluik’ (met documenten) op de overgangswebsite behouden.’
Lieven Boeve wil het katholiek onderwijs als sterk merk herprofileren (zie Forum februari 2015, p. 7), een nieuwe huisstijl en een nieuw logo vloeien daaruit voort. Voor dit hoofdstukje verwijzen we naar de perstekst pagina 6 in dit nummer. Eén vuistregel: de naam Katholiek Onderwijs Vlaanderen korten we nooit af. We gebruiken ook geen lidwoord voor de naam Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
Worden we dan niet overspoeld met nieuwsitems, in de Nieuwsbrief en op de website? ‘Toch niet’, wordt ons verzekerd, ‘want de gebruiker kan zijn filters inzetten voor zowel de Nieuwsbrief als voor de items op de portaalpagina van de website. Een gebruiker kan bijvoorbeeld kiezen om op de website enkel en alleen het niveau-overstijgend nieuws op te halen.’ Voor het eerst heeft elke deelwebsite van onze koepelorganisatie dezelfde lay-out. Hier wordt het streven naar gelijkgerichtheid zeer concreet. Onze website en dus ook onze dienstverlening zitten in een overgangsfase, wij doen ons best om niet aan kwaliteit in te boeten. Reacties/suggesties van de lezers zijn meer dan welkom via
[email protected].
Henk de Baene (studiegebiedverantwoordelijke Fotografie, Grafische communicatie en Media en Decoratieve Technieken) ontwierp de nieuwe huisstijl. Last but not least: wie werkt er hier eigenlijk allemaal achter de schermen? ‘We hebben een ICT-quartet dat alles in goede banen leidt: Ben Lumbeeck (teamverantwoordelijke ICT), Geert Schelstraete (adviseur Stafdienst directeur-generaal), Marijke Van Bogaert (coördinator administratieve pool Stafdienst directeur-generaal) en Marleen Decuyper (informatiearchitect).
Katholiek Onderwijs Vlaanderen
Dezelfde dienstverlening
Het Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs (VSKO) heet sinds 1 augustus 2015 Katholiek Onderwijs Vlaanderen. Katholiek Onderwijs Vlaanderen is een Vlaanderenbrede organisatie, met regionale ankerpunten, zo dicht mogelijk bij de school.
Katholiek Onderwijs Vlaanderen wil dezelfde kwaliteitsvolle dienstverlening bieden.
Katholiek Onderwijs Vlaanderen heeft een nieuwe thematische structuur: • Dienst Bestuur & organisatie • Dienst Personeel • Dienst Lerenden • Dienst Curriculum & vorming • Dienst Identiteit & kwaliteit Ik heb een vraag over de renovatie van mijn schoolgebouw. Is dat iets voor de Dienst Bestuur & organisatie? Kunt u met vragen rond het functioneren van leerkrachten bij de Dienst Personeel terecht? Staat de Dienst Lerenden ook in voor studenten hoger onderwijs? Is het nieuwe leerplanconcept de kerntaak van de Dienst Curriculum & vorming?
DAAROM • blijven contactpersonen bereikbaar op hun VERTROUWDE TELEFOONNUMMER; • kunt u contactpersonen mailen op hun NIEUWE ADRES:
[email protected]; • kunt u voor alle informatie terecht op de NIEUWE WEBSITE: www.katholiekonderwijs.vlaanderen • ontvangt u wekelijks op donderdag de nieuwsbrief Katholiek Onderwijs Vlaanderen. •
Volg ons op twitter: Katholiek Onderwijs@kathOndVla
En wat met de Opdrachten voor het Katholiek Basisonderwijs? Is dat iets van de Dienst Identiteit & kwaliteit? In elk van de komende nummers van Forum vertellen we meer over de opdracht van de verschillende Diensten. Zo hopen we dat Katholiek Onderwijs Vlaanderen snel een vertrouwd huis wordt.
september 2015
11
Wilt u grasduinen in het archief van School+visie of het nieuwe nummer downloaden? Surf dan naar www.katholiekonderwijs.vlaanderen > meer informatie over > Basisonderwijs.
zoekt, die bidt
Rik Renckens
bezinningsteksten doorheen het schooljaar Rik Renckens, priester van het bisdom Hasselt en proost van het Christelijk Onderwijzersverbond (COV) Limburg, bundelde een reeks bezinningsteksten die mooi aansluiten bij de loop van het schooljaar en bij de tijdsbeleving. Het uitgangspunt van zijn teksten is telkens weer een concrete beleving die verdiept wordt en in christelijk perspectief geplaatst. Leven en dood, lente en herfst, Pasen en Kerstmis, de moeilijke leerling en de armen, inzet en vertrouwen, verdriet en dankbaarheid zijn een aantal van de thema’s die door de auteur worden uitgewerkt. De teksten zijn bedoeld om gebruikt te worden als bezinningsmoment voor leerkrachten, bijvoorbeeld bij de aanvang van een vergadering, zowel in het secundair- als in het basisonderwijs.
13, €
00
12
september 2015
Met een woord vooraf door Marianne Coopman, Algemeen secretaris COV en knappe illustraties van Koen Lemmens.
Bestellen kan bij uitgeverij Licap • Prijs: 13e Tel. 02 507 05 72 •
[email protected] Aantal pagina’s: 167 blz • ISBN 978-94-6196-074-0
dirk vanstappen Directeur Dienst Bestuur & organisatie
B
innen de nieuwe structuur van Katholiek Onderwijs Vlaanderen ondersteunt de Dienst Bestuur & organisatie de schoolbesturen in hun rol als onderwijsondernemers. ‘Voor sommigen is het misschien wat wennen aan de gedachte’, zegt directeur Dirk Vanstappen, ‘ maar onze besturen zijn onderwijsondernemers. Die vaststelling houdt het besef in dat ook sociaal ondernemerschap vanuit een sterk maatschappelijk engagement, een aantal ‘ondernemersverplichtingen’ inhoudt. Verplichtingen die we eerder associëren met profitbedrijven gelden ook voor onze besturen. Op die punten willen we onze besturen en directies ondersteunen. Afspraken over deugdelijk bestuur, ondersteuning bij het maken van strategische onderwijskeuzes, besef van de mogelijkheden en beperkingen van onze financiering en het belang van goed inkoopbeleid, de wetgeving overheidsopdrachten, onderwijsgebonden reglementering en nietonderwijs-reglementering, het ontwikkelen van een huisvestingsstrategie, welzijn, preventie, … niets is onze schoolbesturen vreemd. Het besef van het belang van deze materie heeft niet alleen geleid tot de thematische organisatie van Katholiek Onderwijs Vlaanderen. Dit besef was ook de essentiële aanleiding om ernaar te streven het beleidsvoerend vermogen van onze besturen te versterken via de Bestuurlijke Optimalisering en Schaalvergroting (BOS).’ Dirk Vanstappen heeft het met ons over een nieuwe dienst in een vernieuwde organisatie. Met welke thema’s houdt deze nieuwe dienst zich bezig? Dirk Vanstappen: ‘Het consistent ondersteuningspakket waarmee deze nieuwe dienst zich zal bezig houden, kan je onderbrengen onder zes grote thema’s: (1) het schoolbestuur als rechtspersoon, (2) onderwijsorganisatie, (3) financieel beheer, (4) infrastructuur, (5) veiligheid, gezondheid, milieu en ten slotte (6) databeheer.
& organisatie Dienst Bestuur nstappen Va rk Di Directeur
• Bestuurlijke optimalisering en schaalvergroting • Databeheer • Planning en coördinatie • Infrastructuur • Bemiddeling • vzw-regelgeving • Boekhouding en fiscaliteit • Werkingsmiddelen • Preventie en bescherming • Milieu en welzijn • Overheidsopdrachten en raam-overeenkomsten • Informatieveiligheid en andere niet-onderwijsgebonden materies (auteursrechten, privacy, …) • Relatie en Welzijn
Veel van deze thema’s waren in de werking van de koepel tot op heden onderbelicht. Enkele thema’s werden niet of amper ondersteund. Voor andere thema’s is deskundigheid aanwezig die in de nieuwe situatie versterkt wordt door de combinatie met aanverwante expertise in dezelfde dienst.’
Kunt u iets meer vertellen over elk van die thema’s? Dirk Vanstappen: ‘De thema’s worden ingevuld in functie van de wijzigende ondersteunings behoefte van onze besturen en directies. Ik haal er enkele aan per thema, bij wijze van voorbeeld.’ Het schoolbestuur als rechtspersoon Welke verplichtingen neemt een bestuur op zich vanuit de vzw-wetgeving: oprichting, aanpassingen, fusies, publicaties, …? Hoe organiseer je de werking van een vzw vanuit de principes van deugdelijk bestuur?
september 2015
13
Met welke aansprakelijkheden moet je rekening houden als onderwijs uitbater? Waar moeten we op letten in verband met openbaarheid van bestuur, privacy-wetgeving, auteursrechten, … Hoe evolueert die regelgeving? Hoe kunnen we wegen op de evolutie van die wetgeving? In het besef dat conflicten voorkomen beter is dan ze te beheersen, hoe kan bemiddeling ingezet worden om te vermijden dat een conflict nodeloos escaleert? … Onderwijsorganisatie Hoe komen we tot visieontwikkeling voor de uitbouw van het katholiek onderwijs in Vlaanderen? Hoe werken we bevorderend voor samenwerking en gezamenlijke standpuntbepaling voor onze besturen? Dat blijkt immers een zwak punt te zijn voor ons net. We blijven ons toeleggen op onderwijsplanning: programmatie en rationalisatie, ondersteuning van de DPCC’s in hun opdracht, ... Financieel beheer Welke boekhoudkundige verplichtingen gelden voor onze vzw’s? De werkgroep ABKO (Advies Boekhouding in het Katholiek Onderwijs) ontwikkelde een eigen boekhoudkundig model voor onze besturen. Dat model moet regelmatig aan nieuwe ontwikkelingen aangepast worden. Welke zijn de mogelijkheden en beperkingen van het gebruik van werkingstoelagen? Met welke fiscale aspecten moeten we rekening houden? Hoe organiseren we een gedegen inkoopbeleid en maken we werk van een begroting en een meerjarenplanning? Welke financieringsmethoden zien we voor onze behoeften? Infrastructuur Hoe komen we tot een masterplan? Hoe rollen we zo’n masterplan uit en financieren we infrastructuurinvesteringen? Hoe zorgen we voor duurzaam preventief en correctief onderhoud? Hoe plannen we dat in? Hoe wegen we op de inhoud en de omvang van de overheidssubsidies voor infrastructuurinvesteringen: wat wordt wel en niet, al dan niet versneld, gesubsidieerd? Hoe maken we de juiste keuzes: zelf bouwen of huren, afwegen tussen een basisinvestering, uitbatings- en onderhoudskosten in een levenscyclusbenadering. We willen onze besturen ondersteunen op het vlak van capaciteit en nadenken over onderwijsarchitectuur. In alle geval bestendigen we de begeleiding van subsidieprojecten die bij AGIOn worden ingediend. Veiligheid, gezondheid, milieu We ijveren ervoor om preventie haar rechtmatige plaats te geven in het beleid van onze besturen. We bieden ondersteuning op het vlak van diverse aspecten van veiligheid, welzijn, gezondheid en milieu. We hebben daarbij aandacht voor de harde en voor de zachte aspecten van welzijn en welbevinden. Databeheer Inzamelen en valideren van data is een taak van Katholiek Onderwijs Vlaanderen als geheel.
14
september 2015
We onderhouden contacten met anderen om vlotter aan informatie te geraken: Kenniscentrum, departement, AGIOn, … In onze dienst onderzoeken we hoe we al die informatie uit verschillende bronnen nog beter kunnen ontsluiten.
‘Het takenpakket van de Dienst Bestuur & organisatie is zeer omvangrijk en bestaat uit cruciale thema’s gaande van het schoolbestuur als rechtspersoon over onderwijsorganisatie (BOS), financieel beheer, infrastructuur, veiligheid, gezondheid en milieu tot en met databeheer. De uitdaging situeert zich in het samenspel van transversaal denken binnen VSKO 2.0, expertise-uitwisseling van wat er op regionaal vlak in vicariaten en schoolbesturen al bestaat en ondersteuning van de (nieuwe) medewerkers die er deel van uitmaken. Voortschrijdend inzicht vanuit een breed draagvlak verdient hier alle kansen.’ Greet Vermeire Afgevaardigd bestuurder Onderwijsinrichtingen Zusters der Christelijke Scholen
‘Voor elk van die thema’s beperken we ons niet tot algemene ondersteuning en individuele begeleiding maar zorgen we ook voor visievorming, vertegenwoordiging en belangenbehartiging, kennisverzameling en kennisdeling. Veel van die thema’s hebben raakvlakken met de activiteiten van de andere thematische diensten van Katholiek Onderwijs Vlaanderen: Personeel, Lerenden, … of met de Dienst Ondersteuning. Dan plegen we overleg. Een open deur voor en een open communicatie met de andere diensten en regionale organisaties moeten leiden tot een betere dienstverlening. Sommige van de belangrijkste thema’s laten zich ook niet vatten in één van de vakjes van die eerder kunstmatige indeling in 6 domeinen. Daaronder reken ik de twee belangrijkste elementen waar we de volgende jaren willen op inzetten: ondersteuning van de bestuurlijke optimalisering en schaalvergroting, inclusief de ondersteuning van de regionale procesbegeleiders en hulp en bijstand bij de toepassing van de wetgeving overheidsopdrachten.’
De Dienst Bestuur & organisatie zal zich wel met erg veel bezig houden. Dirk Vanstappen: ‘Besturen en directies hebben nood aan een brede ondersteuning in de thematiek waarmee onze dienst zich zal bezig houden. Dat levert snel een uitgebreide lijst op van ondersteuningsthema’s waarop we ons op termijn willen toeleggen. Toch beseffen we dat zo’n uitgebreide lijst meteen verwachtingen wekt. Dat is gevaarlijk. Bovendien startten we in augustus met een eerder beperkte personeelsbezetting. Voorlopig zullen we niet voor al
die thema’s de dienstverlening kunnen verzorgen met de breedte en de diepgang die we uiteindelijk ambiëren. Besturen en directies mogen dat ook niet van ons verwachten. Integendeel, we nodigen hen uit om kennis en deskundigheid te delen om de expertise in ons Katholiek Onderwijs Vlaanderen verder te ontwikkelen. Expertise moet de kans krijgen om zich te ontwikkelen, om te rijpen. Daar zijn mensen en middelen voor nodig.’
Hoe ziet u de samenwerking met de bisdommen, de congregaties en grote besturen? Dirk Vanstappen: ‘Ik denk dat we ons samen drie vragen moeten stellen: • Welke ondersteuning hebben onze besturen en directies nodig? • Wie kunnen we Vlaanderenbreed inzetten om die ondersteuning aan te bieden? • Hoe kunnen we ons samen organiseren en inspanningen coördineren om met de beschikbare middelen een maximale ondersteuning te bieden? Een eerste voorwaarde om dit project te laten lukken, is de bereidheid van de partners om hun regionale deskundigheid Vlaanderenbreed in te zetten. Die bereidheid heb ik al op vele plaatsen gevoeld. Dat stemt me gelukkig.’
Wat zijn uw grootste bezorgdheden? Dirk Vanstappen: ‘Op dit ogenblik gaat mijn eerste bezorgdheid uit naar mijn collega’s in de nieuwe dienst. Aan de Dienst Bestuur & organisatie werden een beperkt aantal medewerkers toegewezen voor een zo ruim takenpakket, maar het zijn stuk voor stuk uitstekende krachten. Ieder van hen brengt deskundigheid binnen. Door een beperkt aantal strategische nieuwe aanwervingen hebben we die basisdeskundigheid verder aangevuld. Op die piste gaan we voort. Toch mogen we de ommekeer in onze organisatie niet onderschatten voor onze medewerkers. Zo’n transitie gaat logischerwijze gepaard met onrust en onzekerheid, zelfs als daar geen onmiddellijke reden toe is. Goede medewerkers presteren maar op niveau als ze zich goed voelen in hun werksituatie. Dat is de eerstvolgende periode even mijn prioriteit. Hoe hou je zo’n uitstekende medewerkers enthousiast in een omgeving die zeker de eerste maanden nog niet stabiel zal zijn? We worden allemaal uit onze comfortzone geduwd. Ik wil ook in zo’n situatie voor mijn collega’s zorgen voor geborgenheid en stabiliteit en ze een goed gevoel geven. Mijn tweede bezorgdheid situeert zich op langere termijn en strekt zich uit over onze hele Vlaanderenbrede organisatie Katholiek Onderwijs Vlaanderen. De ondersteuningsvragen vanuit onze besturen en directies zijn zeer divers en gaan soms erg diep. Vele vragen zijn ook erg particulier. Aan die ondersteuningsvraag lijkt geen einde te komen. Daartegenover staan voor Katholiek Onderwijs Vlaanderen beperkte middelen die door de bijdragen gegenereerd worden. Beperkte middelen leiden onvermijdelijk tot een beperking in de ondersteuningsmogelijkheden. Hoe zorgen we ervoor dat we het gat dichtrijden tussen de ondersteuningsvraag en het ondersteuningsaanbod? Hoe bepalen we welke ondersteuningsvraag in alle redelijkheid binnen de ledenbijdrage niet kan gehonoreerd worden? Een kerntakendebat dringt zich op om ervoor te zorgen dat de essentiële ondersteuning alleszins opgenomen blijft binnen Katholiek Onderwijs Vlaanderen en dus binnen de ledenbijdrage valt. In tweede
orde willen we ook een ambitie ontwikkelen om een oplossing aan te bieden voor de ondersteuning die na het kerntakendebat niet mogelijk blijkt in Katholiek Onderwijs Vlaanderen binnen de ledenbijdrage. Het is duidelijk dat dit thema Vlaanderenbreed moet aangepakt worden. Mijn derde bezorgdheid heeft te maken met het proces van bestuurlijke optimalisering en schaalvergroting (BOS). Ik geloof sterk in het BOS-verhaal. Er komen veel vragen op ons af voor expertise-ondersteuning in BOS: juridisch, boekhoudkundig, fiscaal, ... Die expertise hebben we of we vinden ze wel. Daar maak ik me geen zorgen in. Hoe zorgen we er nochtans voor dat we doorheen die expertise-nota’s het enthousiasme in het BOS-verhaal kunnen houden? Hoe houden we de focus op het einddoel: een optimalisatie van het onderwijsaanbod in het belang van onze leerlingen? Hoe zorgen we ervoor dat het BOS-verhaal iets is waar onze besturen met “goesting” instappen? Hoe bewaken we doorheen het BOS-traject de belangen van de kwetsbare besturen die soms iets meer tijd nodig hebben zonder de dynamiek van de sterke spelers af te remmen? Dat is mijn bezorgdheid met betrekking tot BOS.’
Welke twee boodschappen geeft u nog mee? Dirk Vanstappen: ‘Bij mijn aanstelling tot directeur van deze dienst noteerde ik twee belangrijke elementen. In eerste instantie moet de Dienst Bestuur & organisatie zichzelf voor een belangrijk deel uitvinden. Welke kant we in de ontwikkeling van deze dienst uitgaan, zal niet alleen afhangen van onze eigen inschatting. We willen hiervoor ook blijvend luisteren naar de collega’s die zich in de bisdommen en bij de grotere congregaties en besturen inzetten voor het katholiek onderwijs. We beseffen bovendien dat die ondersteuningsbehoefte voortdurend in evolutie is, zowel omwille van interne bewegingen (Bestuurlijke Optimalisering en Schaalvergroting, …) als omwille van externe ontwikkelingen (reglementaire wijzigingen, hervorming secundair onderwijs, …) . Katholiek Onderwijs Vlaanderen moet voortdurend de vinger aan de pols houden. De Dienst Bestuur & organisatie is bovendien een dienst “op de groei”. We starten met een beperkte personeelsbezetting, met het oog op een uitbreiding de volgende jaren. De volle breedte van de dienstverlening zal daarom pas uitgerold worden in de loop van de volgende jaren. Expertise heeft ook tijd nodig om zich te ontwikkelen. Als die deskundigheid natuurlijk regionaal aanwezig is met een bereidheid om ze Vlaanderenbreed beschikbaar te stellen, dan zetten we sneller grote stappen naar een voldoende brede en diepe ondersteuning. We pakken het rustig aan, stap voor stap. In eerste instantie zorgen we voor een stevige organisatie en een bestendiging van de bestaande dienstverlening. Ondertussen pikken we geleidelijk aan nieuwe thema’s op en ontwikkelen we onze expertise verder, ten gunste van het katholiek onderwijs.’
september 2015
15
marc keppens Directeur Dienst Personeel
V
oor het interview met Marc Keppens, directeur Dienst Personeel, trekken we naar de derde verdieping. Hier huist Marc Keppens met 14 medewerkers. Op de vraag wat er op 1 augustus voor scholen en schoolbesturen veranderde, antwoordt de kersverse directeur dat de dienstverlening voor de ‘klanten’ op z’n minst van dezelfde kwaliteit moet zijn als vroeger. ‘Functiebeschrijving, evalueren, tucht, verlofstelsels, benoemingsvoorwaarden, TADD ... eigenlijk voor alle vragen rond het Decreet Rechtspositie, waarvoor de scholen bij ons terecht konden, zou de dienstverlening even vlot moeten verlopen met dezelfde (gekende) medewerkers.’ Marc Keppens: ‘De mensen zitten gewoon fysiek anders gegroepeerd. Alle medewerkers die met het thema personeel bezig zijn, zitten nu in hetzelfde landschapsbureau’, aldus Marc Keppens. ‘Op relatief korte termijn willen we dat medewerkers niveau-overstijgend werken en bijvoorbeeld zowel vragen vanuit het secundair als vanuit het basis- en volwassenenonderwijs kunnen beantwoorden. Op die manier is er ook continuïteit in de dienstverlening. Medewerkers kunnen voor elkaar inspringen wanneer het nodig is. Voor bepaalde thema’s evolueren we dus naar niveau-overstijgend werken, andere onderwerpen blijven dan weer zeer specifiek, zoals de Paritaire Comités 152 en 225 voor het meester-, vak-, en dienstpersoneel, de aparte regelgeving voor hogescholen, de bijzondere ambten in het buitengewoon onderwijs. Daarvoor beschikt de Dienst Personeel over medewerkers met een specifieke expertise.’
l Dienst Personee ppens Ke c ar M Directeur
• Rechtspositie personeel • Omkadering • Syndicaal overleg • Loopbaandebat • Verloven • Personeelsmiddelen • Bekwaamheidsbewijzen • Toepassing Algemeen en Arbeidsreglement • Paritaire comités PC 225 en 152
Marc Keppens: ‘Omdat wij Vlaanderenbreed werken en heel veel input
Hoe is uw team samengesteld?
van scholen krijgen, professionaliseren mijn medewerkers zich voort-
Marc Keppens: ‘In totaal zijn we met 14 medewerkers, waarvan twee juristen. Op dit moment zijn onze juristen ook ingeschakeld in de bredere telefonische dienstverlening. Het is een wens dat ze zich in de nieuwe Dienst Personeel wat meer op het juridische werk kunnen concentreren. Vooral dossiers over functioneren en evalueren, tuchtdossiers … vragen veel voorbereidings- en opvolgingswerk in functie van correcte procedures.’
durend en ontwikkelen ze zich tot echte experten. Sommige medewerkers zullen zich dieper ingraven in verlofstelsels, andere in reaffectaties, nog anderen in het thema functioneren, ... Scholen kunnen ook voor de echte spitstechnologie bij ons terecht. Enerzijds werken we dus breder, niveauoverschrijdend, anderzijds werken we voor bepaalde thema’s dieper. Dat is waar wij geleidelijk naar willen evolueren.’ ‘Onze dienstverlening gaat van kleuterschool tot hogeschool, inclusief
Medewerkers moeten enerzijds niveau-overstijgend kunnen werken, maar anderzijds moeten zij zich ook sterker kunnen specialiseren. We moeten met andere woorden experten worden.
internaten en volwassenenonderwijs voor alles wat Personeel aangaat. Uitwisseling van expertise gaat ook vlotter onder meer omdat mensen nu samen op een plateau zitten en van elkaar kunnen leren. Complexe vragen kunnen worden opgenomen door interdisciplinaire teams, zowel binnen de Dienst Personeel als transversaal.’
16
september 2015
‘De Dienst Personeel heeft twee belangrijke opdrachten. Niet alleen verzorgt hij de dagelijkse dienstverlening aan scholen, onze Dienst doet ook aan visieontwikkeling en beleidsvoorbereiding. Zo denken we momenteel in het kader van het loopbaandebat mee na over welke leraar we in de toekomst willen en hoe de (school)opdracht van die leraar er moet uitzien.’
‘We erkennen, appreciëren en vertrouwen de professionaliteit van onze medewerkers en zetten actief in op het versterken van hun inspiratie en expertise. ... ’(Tekst Missie en Visie, punt 8) Marc Keppens: ‘Het is belangrijk dat de medewerkers erkend worden in hun professionaliteit en een zekere zelfstandigheid en verantwoordelijkheid kunnen en mogen opnemen. Dat zal een goede teamwerking bevorderen.’
‘Krachtenbundeling en expertisedeling maken het mogelijk ons vakkundig te adviseren en wegwijs te maken en te houden in het grillige, snel evoluerende decretale landschap.’ ‘We kijken uit naar een “Dienst Personeel” die intern en extern een grote rol blijft spelen in de visieontwikkeling, een ervaringsgerichte stem in het loopbaandebat.’ ‘Met gebundelde krachten zal het mogelijk zijn, in een co-creatief partnerschap met de overheid, de grote uitdagingen in het Vlaamse onderwijs aan te gaan en zoals in de (degelijke) informatica, wordt bij een upgrading de continuïteit van het voorgaande gewaarborgd.’ Luc Van Riet SG Noordwest-Brabant
‘Op menselijkheid bedachte collegialiteit, teamgericht werken, …’ Marc Keppens: ‘Met het oog op een steeds betere dienstverlening, willen we alert zijn voor alle signalen vanuit onze onderwijsinstellingen. Voor dossiers waar we in een conflictsituatie zitten, moeten we altijd eerst de dialoog voorstellen, en niet onmiddellijk naar de juridische regels grijpen. Onze eerste reflex moet zijn: is er al over gepraat? Zaten we al eens samen rond de tafel? Ik zeg ook wel eens aan de medewerkers dat ze af en toe ‘therapeutisch’ moeten kunnen luisteren. ‘Die zorg die we willen dragen voor onze scholen en instellingen, moet ook zichtbaar zijn binnen de eigen teamwerking. Wie het wat minder gemakkelijk heeft om welke reden dan ook, zou zich gesteund moeten voelen door de collega’s en de leidinggevende.’ Marc Keppens verwacht van zijn medewerkers dus ook signalen wanneer iets minder goed loopt. Geregelde tussentijdse evaluaties moeten de interne werking optimaliseren.
‘Een organisatiestructuur evolueert best mee met zijn tijd. De meerwaarde van de nieuwe structuur zit vooral in de niveauoverstijgende werking. Hierdoor kan de jarenlange opgebouwde expertise vanuit de verschillende verbonden gedeeld worden en benut worden voor alle doelgroepen. De maatschappelijke uitdagingen waarvoor we nu en in de toekomst staan, worden hierdoor vanuit de verschillende doelgroepen benaderd en beslissingen hieromtrent meerzijdig partijdig genomen. Dit kan de efficiëntie van de werking van de koepel verhogen en voor een (nog?) betere dienstverlening voor de scholen zorgen.’ Frances Martens - Directeur IVV Sint-Vincentius
Reserveer alvast deze datum in uw agenda!
2 juni 2016
ALGEMEEN CONGRES KATHOLIEK ONDERWIJS VLAANDEREN - LEUVEN Meer informatie in onze volgende edities
september 2015
17
jan schokkaert Directeur Dienst Lerenden
‘D
e dienstverlening aan de scholen is en blijft een permanente prioriteit’, zo steekt directeur Jan Schokkaert met overtuiging van wal in ons gesprek over de Dienst Lerenden. ‘De dagdagelijkse ondersteuning bestaat in het permanent beschikbaar zijn, concrete vragen beantwoorden, toegankelijke visieteksten ontwikkelen en ten slotte ook toelichting geven bij reglementeringen die de scholen moeten helpen om beslissingen te nemen, die ze vervolgens bij ons steeds kunnen aftoetsen. Onze corebusiness heeft dus betrekking op de relatie tussen onderwijsinstellingen en lerenden, en dit van kleuter- tot hoger en volwassenonderwijs.’ Jan Schokkaert: ‘Relatie Onderwijsinstellingen en Lerenden’ kan tal van thema’s omvatten gaande van leerlingenbegeleiding en evaluatie, inspraak en participatie, toepassing van regelgeving met betrekking tot het schoolse leven, tot schoolreglement en rechten van lerenden, … ‘ Maar een kernthema is alles wat te maken heeft met kansenrijk en zorgbreed onderwijs. De visie die we hieromtrent ontwikkelen, is heel nauw verbonden met het opvoedingsproject. Wij overleggen daarover hoe dan ook vaak met de Dienst Identiteit en Kwaliteit. Dat spreekt vanzelf. Ik denk dat dit een heel belangrijke prioriteit is omdat we dit schooljaar met de implementatie van het M-decreet te maken hebben. Een meer inclusief onderwijs zit helemaal in het hart van zorg en gelijke onderwijskansen. Toch roept deze implementatie heel wat vragen op naar haalbaarheid. De vraag naar ondersteuning, ook vanuit de begeleiding, is groot. Mensen van basisonderwijs, secundair en buitengewoon onderwijs hieromtrent vandaag samenbrengen in één dienst heeft dan ook zeker voordelen.’ ‘Wij brengen de medewerkers die met dezelfde thema’s in de verschillende niveaus bezig zijn, samen. Die mensen werken dagdagelijks samen, op die manier krijgen zij de kans hun expertise verder uit te breiden, ook naar die andere onderwijsniveaus. Dat is zeer nuttig. Bovendien hebben we geregeld dienstvergaderingen, met al onze medewerkers, zodanig dat de brede thema’s ook door iedereen van de dienst kunnen worden gedragen.’
18
september 2015
Dienst Lerenden hokkaert Directeur Jan Sc
VISIE EN BELEID
Hoe gaan de scholen merken dat we Vlaanderenbreed werken?
• Rechtspositie leerling
Jan Schokkaert:’ Ik denk dat we vooral voor de visieontwikkeling Vlaanderenbreed zullen werken. Het is belangrijk dat in samenspraak met de regio’s te kunnen doen, zodat ieders betrokkenheid bij die visieteksten groeit, waardoor de kans om ze te implementeren meteen ook groter wordt. Dat betekent wel dat we een evenwicht moeten zoeken tussen enerzijds het organiseren van overleg met de regiomedewerkers die verantwoordelijkheid opnemen voor dezelfde thema’s. Anderzijds moeten wij er tegelijkertijd voor zorgen dat zij ook nog voldoende op de klasvloer komen. We kunnen dus niet te pas en te onpas met elkaar in vergadering gaan…’
• Gelijke onderwijskansen en diversiteit
‘Op het gebied van de dienstverlening moeten we heel goed afspreken wie wat op welk niveau aanpakt. Bijvoorbeeld voor het M-decreet heb je heel wat expertise binnen de Dienst Lerenden, zowel op het juridische vlak als op het gebied van zorgbeleid, maar daarnaast kunnen de scholen in de regio’s naar concrete casussen toe terugvallen op de competentiebegeleiders, de reguliere begeleiders, de CLB- mensen en de GOn- begeleiders. De scholen moeten door heel dat bos van ondersteuning de bomen nog zien. Dat is een belangrijke Vlaanderenbrede opdracht. We moeten er voor zorgen dat de scholen weten waar ze met welke vragen terechtkunnen. En waar ze die vraag ook stellen, dat er één lijn zit in de antwoorden die ze krijgen (vanuit de visieteksten die we gezamenlijk ontwikkelen). Als we willen dat de begeleiders in de regio’s meer beschikbaar zijn voor de ondersteuning in de scholen zelf, dan is het
• Inspraakorganen (leerlingen, ouders)
• Inschrijvingsrecht
• Toepassing van organisatiebesluiten, schooljaar, toelatingsvoorwaarden • Zorg • SOB (Specifieke Onderwijsbehoeften) en inclusie • Gezondheid • Evaluatie/deliberatie • Gebruik onderwijstijd • Leerlingenbegeleiding
BEGELEIDING EN NASCHOLING • Competentie • VCLB-begeleiding
logisch dat het penhouderschap centraal ligt, bij de koepel. Zolang iedereen maar het gevoel heeft voldoende betrokken te worden en mede-eigenaar te zijn van wat we produceren. ‘
‘Goed dat simultaan met veel school/centrumbesturen ook de koepel zijn structuur hertekent en de samenwerking over de onderwijsvormen heen stimuleert via een thematische indeling. Zo’n herstructurering daagt uit om alle verantwoordelijkheden en werkprocessen kritisch onder de loep te nemen. De nieuwe structuur stimuleert samenwerking, een absolute noodzaak in budgettair krappe tijden, maar vooral versterkend om de aandacht weer ten volle naar de leerling/cursist/student te kunnen laten gaan en de zorg voor het personeel die de onderwijsopdracht moet waarmaken.’ Carmen Wullaert Algemeen directeur Vormingsleergang voor Sociaal en Pedagogisch Werk - Kortrijk
Vlaanderenbreed en hoe visieteksten tot stand kunnen komen. Jan Schokkaert: ‘Het Vademecum Zorg van het basisonderwijs is volgens mij een goed voorbeeld van hoe we gezamenlijk teksten kunnen ontwikkelen. Het is tot stand gekomen in een werkgroep met onder meer vertegenwoordigers van alle diocesen, die regelmatig samenkomen. Dit is een heel breed gedragen vademecum geworden.’
Wat is de meerwaarde van één Dienst Lerenden, wat kan ik als directeur aan ondersteuning verwachten? Jan Schokkaert: ‘De meerwaarde bestaat erin dat je, ook als je dat vanuit een schoolbestuur bekijkt, de zekerheid hebt dat een vraag vanuit dezelfde kaders wordt benaderd en dat de visieontwikkeling die voor een bepaald niveau gebeurt, nooit meer uitsluitend binnen dat niveau gebeurt, maar altijd automatisch in communicatie met de andere niveaus. Maar niveaugebonden accenten zullen er zeker zijn.’
Welke zijn de prioriteiten voor de Dienst Lerenden? Jan Schokkaert: ‘Dit schooljaar is de uitbouw zelf van de Dienst Lerenden een grote prioriteit. Er zal empathie nodig zijn om de verschillende culturen van waaruit we komen, aan elkaar te smeden. Dat proces zal zijn tijd nodig hebben. Dat is onze eerste bekommernis, want de dienstverlening moet in elk geval gewaarborgd blijven.’ ‘Inhoudelijk, heb je natuurlijk het M-decreet. Voor het inschrijvingsdecreet, eveneens een inhoudelijke prioriteit, wordt een initiatief verwacht vanuit de overheid. Het is belangrijk dat we daar proactief een niveau-overschrijdend standpunt over hebben.
Hoe groot is uw dienst en waar bevindt die zich? Jan Schokkaert : ‘Wij zijn gehuisvest op de zevende verdieping in de Guimardstraat 1. De Dienst Lerenden telt 25 mensen.’ Jan Schokkaert heeft alvast een goed gevoel bij de start. Hij heeft de oefening gemaakt wie bij wie zit en die werd redelijk goed onthaald. Er bleek van meet af aan heel wat goede wil in zijn nieuwe ploeg te zitten. ‘Aanpassen is sowieso nodig, maar niet onoverkomelijk’, aldus nog Jan Schokkaert.
’Tot mijn spijt vind ik dat ik hier niet veel zinvols op papier kan krijgen omdat ik onvoldoende zicht heb over hoe alles wordt hervormd welke mensen er uit welke diensten worden verschoven. Ik maakte hoofdzakelijk gebruik van de juridische dienst voor personeelszaken en weet dat ik steevast en heel snel een antwoord kreeg op mijn vele vragen die binnen een scholengemeenschap kunnen leven en voorvallen. In bepaalde gevallen ontdekten we zelf samen een hiaat in de wetgeving. Het waren specialisten in de materies die zich afspeelden in het basisonderwijs.’ An Tillie Algemeen directeur katholieke basisscholen Poperinge vzw
september 2015
19
ria de sadeleer Directeur Dienst Curriculum & vorming
‘D
e Dienst Curriculum en vorming’, zo vertelt directeur Ria De Sadeleer,’ omvat alle items die te maken hebben met onderwijsinhoud, -methodiek en -didactiek, maar ook met pedagogiek en agogiek. We werken immers voor zeer jonge kinderen tot en met de volwassen leeftijd. Ook orthodidactiek voor leerlingen met bijzondere onderwijsbehoeften komt aan bod.’ Voor Ria De Sadeleer en haar team kunt u terecht op de vijfde, zesde en zevende verdieping, kant van de Handelsstraat. ‘Op deze dienst, meteen ook de grootste van de vijf nieuwe diensten, werken 57 pedagogisch begeleiders en een twintigtal nascholers. Zij werken in trajecten die nauw bij de begeleiding aansluiten. ‘Hier komen alle onderwijsniveaus aan bod. De uitdaging bestaat erin de specificiteit te bewaken en tegelijkertijd naar de doorlopende lijn in leren en ontwikkelen te zoeken’, aldus nog Ria De Sadeleer. Ria De Sadeleer: ‘De communicatie naar de regio’s en transversaal werken is in die dienst ontzettend belangrijk bijvoorbeeld als het gaat om de pre-waarborgregeling. Hier willen we inzetten op co-teaching, een specifieke onderwijsmethodiek voor leerkrachten uit het gewoon en uit het buitengewoon basisonderwijs. Het betreft onderwijsmethodiek, hier ontwikkeld vanuit een thema van de Dienst Lerenden. Ik zou dit project van pre-waarborgregeling willen aangrijpen om de methodiek van co-teaching als een olievlek te laten uitvloeien over heel de context van het basisonderwijs. Het is een voorbeeld bij uitstek van een transversaal project, waarmee wij straks met de begeleiders hopelijk voortgaan.’
‘Het sieraad van een huis zijn de vrienden die er verkeren”.(Emerson) “De niveauoverstijgende werking in combinatie met de gespecialiseerde diensten biedt kansen op een vlotte samenwerking en sterke dienstverlening ten voordele van de verschillende doelgroepen.’ Regionale niveau-coördinator
20
september 2015
Een ander voorbeeld, in de actieplannen van PBDKO, staat de ontwikkeling van professionele leergemeenschappen uitzonderlijk vermeld. Voor het professionaliseren vandirecties en lerarenteams wordt de Dienst Identiteit en Kwaliteit ingeschakeld, maar het zijn de begeleiders binnen de dienst Curriculum en Vorming die aan de hand van een thema die professionele leergemeenschappen zullen in gang zetten, ondersteunen en Vlaanderenbreed uitdragen, bijvoorbeeld in het kader van het leerplanproject buitengewoon en gewoon basisonderwijs of straks wanneer het secundair onderwijs hervormd wordt. Tegelijkertijd komt er ook vanuit de regio’s input over thema’s die we Vlaanderenbreed zullen opnemen.
‘Katholiek Onderwijs Vlaanderen belooft op termijn gouden appelen op zilveren schalen maar eerst door de zure appel heen bijten.’ Regionale pedagogisch begeleider
De dienst Internaten maakt deel uit van de Dienst Curriculum & vorming. Ria De Sadeleer: ‘Ja, wat ook kansen biedt. De basisprincipes en de visie op onderwijs en vorming gelden evenzeer voor de opvoedingsondersteuning binnen de internaten. Het zou mooi zijn onze werkzaamheden- ook op vlak van bijvoorbeeld voorschoolse en buitenschoolse kinderopvang - op elkaar af te stemmen.’
m & Vorming Dienst Curriculu Sadeleer Directeur Ria De
VISIE EN BELEID Vanuit een gemeenschappelijke visie op onderwijs en leren: • Pedagogische visie, onderwijs methodiek en didactiek • Leerplannen en studieaanbod • Onderwijs en arbeidsmarkt • Afstemming tussen de niveaus
Buo
Bao
Internaten
SO
PIO
• Inhoudelijke aansturing door directeurs en teamverantwoor delijken in overleg met regiodirecteurs en niveaucoördinatoren
BEGELEIDING EN NASCHOLING
Leerplannen Ria De Sadeleer: ‘Naar scholen toe moeten we bekijken op welke manier we met leerplannen omgaan binnen basis- en secundair onderwijs. We moeten kunnen verantwoorden waarom we bepaalde keuzes maken en samen nadenken over wat bijvoorbeeld een ‘doorlopende leerlijn’ kan zijn. We werken momenteel aan een eerste stap naar een gemeenschappelijke leerplanapplicatie voor basis- en secundair onderwijs. Uiteraard zullen leerplannen tussen onderwijsniveaus en zelfs binnen éénzelfde onderwijsniveau kunnen verschillen, als daar een reden voor is. Alleen is het belangrijk te kunnen onderbouwen wat we gelijk en wat we verschillend aanpakken.’
‘Het is mijn stelligste hoop (en vertrouwen) dat Katholiek Onderwijs Vlaanderen niet enkel de echo’s opvangt van de eigen ideeën, maar actief zoekt naar tegengeluiden, kritische ideeën en er zich wil door laten verrijken. De katholieke dialoogschool intern gerealiseerd en extern maximaal nagestreefd.’ Transversale input vanuit de dienst Curriculum en vorming? Ria De Sadeleer: ‘Neem het thema “evaluatie”, ik denk dat we de toeleverancier naar de Dienst Lerenden moeten zijn voor vragen over evaluatie, maar anderzijds moeten we vanuit Curriculum & vorming input geven rond ‘Hoe zien we breed evalueren als methodiek in ons onderwijs? Daar zit de wisselwerking. Ook rond zorg in de klas. Op welke manier kan je bijvoorbeeld differentiëren? Hoe ga je dat op de klasvloer concreet uitrollen? Er is input nodig vanuit de Dienst Lerenden, maar ook omgekeerd, zodat we die methodiek heel breed en diep kunnen benaderen.’
Voor een vraag over pedagogische begeleiding komen we dus automatisch terecht bij de Dienst Curriculum & vorming? Ria De Sadeleer: ‘Neen, de pedagogische begeleiders zitten in verschillende diensten, dus niet uitsluitend in deze dienst. Het is wel zo dat de meeste nascholers en uiteraard ook heel wat begeleiders deel uit-
‘In een wereld die almaar meer formaliseert, moet ik meer en meer op zoek gaan naar externe expertise in allerhande domeinen. Er zijn tal van organisaties die mij daar bij kunnen helpen. Maar ik loop dan toch het risico dat ik op mijn vraag een eenzijdig antwoord krijg. Katholiek Onderwijs Vlaanderen daarentegen is een ‘one-stop’ contact, waar mijn vragen meestal beantwoord worden door een multidisciplinair team van specialisten. Je kan met gerust gemoed zelfs een vaag geformuleerde vraag stellen: er komt steevast een helder geformuleerd antwoord, waar je op kunt vertrouwen.’ René Verstappen Directeur Internaat Mariavreugde Borgloon
‘Het project van de Katholieke dialoogschool verbindt al haar medewerkers in een sterk en hoopvol ideaal, maar vraagt tegelijk een solide structuur die vooral de interne dialoog mogelijk zal moeten maken over wie we (willen) zijn in relatie tot elkaar.’ Vlaanderenbreed-regionaal
maken van Curriculum & vorming. En het is de bedoeling dat nascholing en begeleiding dichter bij elkaar komen. Er zijn mooie voorbeelden van de wijze waarop een regio omgaat met vragen vanuit scholen en waar nascholing en begeleiding gecombineerd worden. Die oefening kunnen we nog uitbreiden, graag in grondig overleg met de regio’s waar de meeste begeleiders aan de slag zijn. Wat we samen kunnen ontwikkelen, moeten we vanuit onze Vlaanderenbrede diensten faciliteren. Dat betekent, bijvoorbeeld, dat een aantal regionale begeleiders vanuit hun expertise gedurende een bepaalde tijd mee een project ontwikkelen dat in diverse regio’s geïmplementeerd wordt. Bijvoorbeeld de Interdiocesane Proeven, we hebben gevraagd aan twee regioverantwoordelijken om het coachingproject voor de scholen hier in onze dienst Curriculum & vorming mee op poten te zetten. We maken gebruik van hun expertise om dat Vlaanderenbreed in te zetten. Omgekeerd moet het kunnen dat een begeleider van onze dienst mee een project ondersteunt of mee een school begeleidt in een regio, weliswaar steeds in afspraak en onder leiding van de betrokken regio. Kinderen uit het type basisaanbod die een attest hebben dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs, maar die in het gewoon onderwijs les volgen, is een ander voorbeeld. Voor hun ondersteuning krijgen wij input vanuit de Dienst Lerenden. Maar wat betreft de orthodidactiek in de klas rekenen we op de collega’s van Buitengewoon Onderwijs om die didactiek aan onze leerkrachten van het gewoon onderwijs mee te geven. Dat wordt zowel Vlaanderenbreed als in de regio’s ontwikkeld om uiteindelijk via de schoolbegeleiders, de competentiebegeleiders, de leerplanapplicatie, … op de klasvloer te belanden. Op verschillende manieren, transversaal én Vlaanderenbreed, moeten we zorgen dat de knowhow daar terecht komt.’
Wat is de rol van Postinitieel onderwijs in dit verhaal? Ria De Sadeleer: ‘Het Postinitieel onderwijs is een belangrijke partner in het afstemmen van arbeidsgerichte opleidingen in het buitengewoon secundair onderwijs, in het gewone secundair onderwijs en in de Centra voor Volwassenenonderwijs. Ook met het Hoger Onderwijs zijn er raakvlakken, denk aan Hoger Beroepsonderwijs 5 (HBO5). Het is een mooie uitdaging met hogescholen te zoeken op welke manier secundaire scholen, hogescholen en Centra voor Volwassenenonderwijs (CVO’s) elkaar vinden en hoe wij daar ondersteuning kunnen bieden.’
Wat zijn uw ambities? Ria De Sadeleer: ‘Ik heb bepaalde ambities met betrekking tot visieontwikkeling over Leren en Opvoeden. Daar is binnen onze organisatie al heel wat werk rond geleverd. Ik hoop dat we met de verschillende mensen rond de tafel kunnen gaan zitten, ook en vooral met de
september 2015
21
Dienst Identiteit & kwaliteit om te kijken hoe we Leren en Opvoeden in een mooi verhaal gieten en hoe we dat op een school concreet kunnen maken. Hoe zal dat straks zichtbaar worden en welke ondersteuning hebben onze scholen en internaten nodig om die weg te kunnen gaan? Als we daartoe kunnen komen zullen veel gesprekken ook gemakkelijker verlopen omdat we dan een gemeenschappelijk referentiepunt hebben waarop we ons kunnen baseren om bepaalde keuzes te maken.’
Missie en visie. Punt 1: Onder het motto ‘gelijkgericht waar het kan, verscheiden waar nodig’, vertrekken we van een eenheid van visie en aanpak, die oog heeft voor de eigenheid van de verscheiden contexten binnen onze organisatie. Ria De Sadeleer: ‘Gelijkgericht waar het kan, verscheiden waar nodig, vind ik zeker waar. We moeten de kans grijpen om samen dingen te ontwikkelen en van elkaar te leren. Je maakt zo dingen los bij mensen.
‘Als internaatsbeheerder verwacht ik niet zoveel veranderingen naar aanleiding van de nieuwe structuur. In het werkveld werden wij steeds ondersteund door de dienst internaten en ik ga ervan uit dat dat in de toekomst nog steeds het geval zal zijn. Dat de onderwijsinternaten in de nieuwe structuur opgenomen zijn als één van vijf de niveau’s binnen het onderwijs vind ik zeker een meerwaarde. Op die manier hoop ik dat er met de internaten nog meer rekening zal gehouden worden in de beleidsvoering rond onderwijs.’ Brigit Pille Directeur Internaat - Regina Caeli Dilbeek
Dat betekent dat je structureel de mensen samenbrengt, maar ook het informele moet gefaciliteerd worden (‘vraag het eens aan hem of haar’). Samenwerkingsverbanden bestaan reeds rond taal en rond ICT. Straks komt er één leerplan voor het gewone basisonderwijs dat meteen ook de ontwikkelingsdoelen voor het buitengewoon onderwijs zal aanleveren. Een goed overleg over de transitie van basis- naar secundair onderwijs en van secundair naar vervolgonderwijs opent mooie perspectieven.’
Hoe merken scholen dat we Vlaanderenbreed werken? Ria De Sadeleer: ‘Verscheiden waar nodig moet ook blijven. Een regio met een bepaalde nood moet daarop kunnen inspelen. In regio’s zijn prachtige dingen ontwikkeld en het is jammer als we die niet zouden samen gebruiken. Het moet in twee richtingen gaan. Ik denk dat wij Vlaanderenbreed een aantal dingen doen die richting scholen moeten en omgekeerd vangen de regio’s dingen uit scholen op waaruit wij allemaal kunnen leren. En die wisselwerking moet er ook meer komen. Wat zouden scholen kunnen merken? Een vraag die zij stellen, wordt ‘Ik hoop dat niet enkel de finaliteit van de diepgaand aangepakt en wordt een project van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen, loopbaan richting zal geven aan het een probleem waar ze mee worstelen krijgt curriculum, maar ook de voortschrijdende een antwoord vanuit wat elders in Vlaanderen al werd ontwikkeld, … ontplooiing van een brede persoonlijkheid.’ Je creëert good practices, professionele leergemeenschappen van begeleiders onder elkaar. Ook vroeger gebeurde dit reeds hier en daar, maar wellicht kunnen we er nog veel meer van en over leren.
Regionale pedagogisch begeleider
Dat de begeleiders in deze dienst een erg grote expertise hebben en zichzelf en anderen in hun opdrachten prima kunnen aansturen, vind ik een onvervangbare meerwaarde. Ik heb dit het afgelopen jaar, mijn eerste jaar in de Guimardstraat, mogen ervaren, ook bij collega’s uit de regio’s en het sterkt steeds weer mijn geloof in de kracht van ons werk.’
22
september 2015
carl snoecx Directeur Dienst Identiteit & kwaliteit
W
e trekken naar de vierde verdieping voor een gesprek met directeur Carl Snoecx. De niewe directeur heeft het over de drie belangrijke doelstellingen van de dienst Identiteit en kwaliteit: ‘Identiteitsontwikkeling binnen de katholieke dialoogschool (wat we doen), kwaliteitsontwikkeling (hoe we het doen) en professionalisering en kadervorming (welke mensen we nodig hebben). De katholieke dialoogschool is het project dat wij de volgende jaren samen met onze scholen - inclusief postinitieel onderwijs en internaten - willen opnemen. Vertrekkende van de waarde en rijkdom binnen het Katholiek Onderwijs. Door de eeuwen heen al leeft die inspiratie binnen de scholen en binnen de congregaties. We willen die rijkdom samenbrengen omdat we, misschien meer dan vroeger, voor maatschappelijke uitdagingen staan en een belangrijk verhaal te vertellen hebben’, aldus Carl Snoecx, directeur Identiteit & kwaliteit. Carl Snoecx: ‘Als Katholieke Dialoogschool zoeken we naar een manier om - binnen de maatschappelijke realiteit van nu, die multicultureel is en voor heel wat sociale uitdagingen staat - die inspiratie binnen onze scholen, te vertalen. Met dien verstande dat dit verhaal op zeer verschillende manieren wordt geschreven, anders in grootsteden dan bv in regionaal of in basisonderwijs, en nog anders in buitengewoon onderwijs en hoger onderwijs, … We willen scholen helpen opnieuw dat verhaal te vertellen. Hen begeleiden en ervoor zorgen dat ze het op een positieve manier naar hun achterban kunnen brengen. En dit beleid willen wij verantwoorden tegenover de samenleving. Als katholiek onderwijs hebben wij immers te vaak het gevoel dat we moeten reageren op wat de overheid zegt. We moeten daarom zelf actief, vanuit ons verhaal onze missie naar voren brengen, op een zeer geactualiseerde manier en dus omgaan met de concrete problemen binnen een school (heterogene populatie, duurzame ontwikkeling, sociale rechtvaardigheid, het M-decreet, …).’
Hoe groot is uw team? Carl Snoecx: In totaal zijn we met een dertigtal mensen (nascholers en mensen uit de verschillende diocesen inbegrepen). De be-
doeling is de medewerkers Vlaanderenbreed in te zetten. Onze rol is ook sturend in die zin dat het nodig is een aantal beslissingen te nemen, soms moet je durven een aantal stappen vooruit te zetten, steeds aansluitend met wat leeft binnen de scholen.
t & kwaliteit Dienst Identitei oecx Directeur Carl Sn
VISIE EN BELEID • Identiteit en opvoedingsproject • Pastoraal op school • Kwaliteitsontwikkeling en innovatie • Internationalisering • Lerarenopleiding • Professionalisering van leraren • Leiderschaps- en kadervorming • Afstemming met congregationele en andere schoolprojecten
Aan welke uitdagingen denkt u? Carl Snoecx: ‘Op dit moment worden wij geconfronteerd met heel wat dossiers , waar wij denk ik, vanuit onze identiteit een antwoord op kunnen vinden. Bestuurlijke Optimalisering en Schaalvergroting (BOS) voltrekt zich bijvoorbeeld niet alleen op managementniveau. Elke keuze van een leidinggevende in onderwijs moet voor een stuk ideologisch kunnen verantwoord worden. Identiteit is heel simpel : ‘wie ben ik? ’ en ‘waar wil ik naartoe? ‘. Identiteit heeft met alle aspecten van het schoolleven te maken. Wij hopen dat de katholieke identiteit van onze scholen daar ook een rol in kan spelen, en daarin willen we scholen helpen. Pastoraal is een bepaalde manier om dat te realiseren, maar lang niet de enige. Je kan dat via Pastoraal doen, maar ook via zorgtrajecten, of taalbeleid. Dat laatste is bijvoorbeeld belangrijk in grootsteden. Achter die aanpak zit altijd een identiteitsvisie.’
BEGELEIDING EN NASCHOLING • Scholen, centra en internaten • Staf en kaders
‘Het is een transparante structuur met een heldere taakverdeling. Als schoolbestuur op één plek met een vraag terecht kunnen betreffende meer onderwijsniveaus is een absolute meerwaarde. De dienst ‘Identiteit & kwaliteit’ staat voor een gigantische uitdaging.’ Hilde Robrechts - Algemeen directeur Heilig Graf Turnhout
september 2015
23
Bijvoorbeeld, hoe kan men katholieke school zijn op een VTI met bijna uitsluitend moslimleerlingen? Carl Snoecx: ‘We kunnen hier nadenken over hoe we vanuit onze katholieke inspiratie voor die school die uit moslims bestaat een meerwaarde kunnen betekenen. Dan zoeken we eerst naar het gemeenschappelijke. Ik ben ervan overtuigd dat wat ons bindt veel groter is dan onze verschillen. We moeten ook die verschillen durven benoemen.
‘Ik verwacht van deze dienst dat hij tijd maakt om een goede beginsituatieanalyse te maken. Waar staan we vandaag met onze dialoogschool? Wat is de concrete realiteit van scholen ten aanzien van de visie van de dialoogschool. Zicht krijgen op de (rijke) diversiteit van onze scholen en instellingen. Van daaruit kan er gewerkt worden aan een gericht en gedifferentieerd aanbod voor alle betrokken actoren om geoperationaliseerd aan de slag te gaan.’ Karl Vanhuyse Lid werkgroep ‘Identiteit en Kwaliteit’
Dat is net de dialoogschool. Op basis van wie men is, tot een project komen en een toekomst ontwikkelen. Bij moslims leeft de religieuze inspiratie sterk. Het grote probleem is echter onverschilligheid. We leven in een maatschappij waar, zeker van buiten uit, zeer onverschillig wordt gekeken naar alles wat levensbeschouwing en religie is, van binnenuit heb ik het gevoel dat bij heel veel mensen die nood wel leeft.’
‘Ik verwacht een slanke, bereikbare en performante organisatie die de belangen van de ‘schaalvergrote’ scholen behartigt. Waarbij de focus ligt op samenwerken, faciliteren, proactief informeren en inhoudelijke verdieping.’ Stephan Devreese Volwassenenonderwijs CVO kisp Waarvoor staat ‘kwaliteit’? Carl Snoecx: ‘De tweede doelstelling van onze dienst is kwaliteitsontwikkeling. Wij willen scholen zover brengen die kwaliteit autonoom in te vullen, heel nauw aansluitend ook bij bestuurlijke schaalvergroting waar we sterk inzetten op die kwaliteitsontwikkeling. Kernwoord is “verantwoordelijkheid”. Je hebt een identiteit nodig om die verantwoordelijkheid te gronden. De manier waarop je het doet, komt tot uiting in je kwaliteitsbeleid. Verantwoordelijkheid nemen is anders dan louter verantwoording afleggen. We willen graag een verschuiving teweeg brengen van scholen die in een verantwoordingscultuur zitten (wij doen heel veel dingen omdat de overheid het verplicht) naar scholen die zelf hun beleid in handen nemen en daar dan vervolgens verantwoording voor afleggen. Die volgorde is belangrijk.’
24
september 2015
Naar dienstverlening? Carl Snoecx: ‘Wij gaan dit schooljaar, 2015-2016, sowieso heel erg inzetten op het informeren van onze scholen en van al onze stakeholders. 2 juni 2016 is voor ons een belangrijke datum. Dan willen we het project van de Katholieke Dialoogschool centraal zetten (o.m. via publicaties). En in het schooljaar 2016-2017 willen we definitief starten. Dan zou de katholieke dialoogschool een keurmerk moeten worden waarmee we naar de scholen trekken. Momenteel lopen een aantal proefprojecten.’
Professionalisering Carl Snoecx: ‘Welke mensen hebben we nodig om aan Identiteit & kwaliteit te werken? Dit gaat over het profiel van leraren, de gedifferentieerde lerarenbaan, het loopbaanpact, maar ook over het profiel van de leidinggevende. Wij willen al onze kaderopleidingen samennemen en sterker maken. En ook intern willen we onze pedagogische begeleidingsdiensten helpen om leraren, directeurs en bestuurders te ondersteunen.’
Lerarenopleiding ‘in the picture’ Carl Snoecx: ‘Vooral de Lerarenopleiding willen we hier ‘in the picture’ zetten. Dat is de spil waarrond de dienst draait. Maar ook rond professionalisering. Wat heeft een leraar nodig om eenmaal leraar, zijn carrière verder uit te bouwen. Hoe kunnen wij de scholen daarbij ondersteunen?
‘De meerwaarde is dat er lokaal en centraal kan samengewerkt worden tussen de verschillende onderwijs niveaus in functie van expertisedeling, uitwisseling, kwaliteitsborging en -verbetering.’ Stephan Devreese Volwassenenonderwijs CVO kisp
Voor elke kaderopleiding, maar ook voor elke lerarenopleiding vertrekken we van de vraag: wat betekent onze traditie voor een leidinggevende vandaag en morgen? Wat betekent dat naar personeelsbeleid, naar infrastructuurbeleid, financieel beleid (waar besteed mijn school haar centen aan?)’
Zit er bijvoorbeeld ook het project in van de moslimleraar? Carl Snoecx: ‘Dat is één van de aspecten van een katholieke dialoogschool. Wij vinden het logisch dat de veelkleurigheid van de maatschappij in onze scholen aanwezig is en willen graag de dialoog aangaan.’
Waardevolle opvoedingsprojecten Carl Snoecx: ‘We hechten ook veel waarde aan de congregaties en hun specifieke projecten, zowel van de grote als van de kleinere congregaties. In de geschiedenis van het onderwijs hebben zij immers een belangrijke rol gespeeld. Enerzijds gaan wij met de bestuurlijke schaalvergroting naar grotere gehelen, anderzijds zitten daarbinnen afzonderlijke scholen met hun eigen project en identiteit. Die zijn waardevol.’
De Katholieke Dialoogschool is in de scholen bekend als begrip, maar de grote vraag zal zijn: wat betekent dat concreet hier en nu voor onze school? Carl Snoecx: ‘Die vraag willen we met onze scholen samen proberen op te lossen, in samenwerking met onze pedagogische begeleiding Vlaanderenbreed. Daar hebben we honderden mensen voor nodig. De begeleiders werken nu schoolnabij, en dat kan evengoed een begeleider in basisonderwijs zijn, een begeleider Frans, een leraar godsdienst of een directeur.’
Iedere school probeert haar cultuur te behouden. Carl Snoecx: ‘Het katholieke weefsel is altijd vrij hecht geweest, maar heel verscheiden. Ik denk dat dit ook de meerwaarde van ons net is. Als ouders kiezen voor het katholieke net, kiezen ze op de eerste plaats voor een school. De ene school kan en mag anders zijn dan de andere, zolang de basisinspiratie gelijk blijft. We moeten zeker niet naar een eenheidsworst zoals dat soms in andere netten het geval is.
‘Door de nieuwe thematische structuur kan men de competenties en expertise van elke medewerker ten volle benutten. Samenwerking en expertise-deling per thema over de verschillende onderwijsniveaus heen is verrijkend en zal leiden tot een nog grotere verbondenheid binnen het Katholiek Onderwijs met respect voor ieders eigenheid. Ik hoop dat het volwassenenonderwijs als niche niet ondergesneeuwd geraakt in de toekomst.’ Katty Van Camp, directeur Vormingsleergang voor sociaal en pedagogisch werk
Het is een beetje een moeilijk evenwicht, enerzijds die bestuurlijke schaalvergroting, op bestuurlijk vlak naar een eenheid gaan, anderzijds zorgen dat dit niet resulteert in het verdwijnen van de rijkdom van de verscheidenheid die aan de basis ligt.’
Internationalisering Carl Snoecx: ‘De aandacht voor internationalisering binnen onze dienst heeft te maken met die differentiatie. Wij zoeken internationaal naar mensen die ons daarbij de weg kunnen wijzen, maar ook omgekeerd, wat wij doen binnen Katholiek Onderwijs Vlaanderen willen wij beter bekend maken. Ik denk dat wij zeker naar ons project heel wat te vertellen hebben. Wij gaan internationaal met het oog op een boeiende wisselwerking. De kern van een dienst als “Identiteit & kwaliteit” is eigenlijk mensen leren nadenken over de keuzes die ze maken, omdat we ervan overtuigd zijn , dat als je met mensen bezig bent, er geen neutraliteit bestaat. Wij hebben een rijke traditie op basis waarvan wij keuzes maken. Dat moet naar de toekomst meer dan nu vertaald worden. Wij willen als Katholiek Onderwijs niet neutraal zijn en dat is onze kracht. ‘Men heeft soms het gevoel dat dit een nieuwe dienst is’, besluit Carl Snoecx, ‘we willen onze scholen vooral dienstbaar zijn; de inspiratie die er traditiegetrouw is, naar voren halen en kijken hoe we die naar de toekomst kunnen vertalen.‘
‘Katholiek Onderwijs Vlaanderen wil met zijn structuur de ondersteuning met gemeenschappelijke doelstellingen benaderen. De coördinatie en dienstverlening moet er voor zorgen dat de instellingen de bestuursvaardigheid ontwikkelen om samen en permanent te kunnen werken aan het optimaal en levenslang vormingsproces van ieder individu. Dit project realiseren met een team dat in het verleden steeds vanuit een bepaald perspectief heeft gefunctioneerd zal niet eenvoudig zijn. Samenwerken binnen de nieuwe structuur van Katholiek Onderwijs Vlaanderen behoeft immers medewerkers met een brede visie op vorming.’ Hugo Van Grieken Directeur CVO DTL Herentals
‘De dienst Identiteit & kwaliteit dient de expertisedeling tussen de lerarenopleiding en de pedagogische begeleiding te stimuleren. Binnen het continuüm van de initiële opleiding en de verdere professionalisering van leraren is onderlinge afstemming van cruciaal belang. Deze uitwisseling kan tevens het praktijkgerichte onderwijsonderzoek uit de lerarenopleidingen richten, versterken en laten uitmonden in kwaliteitsvolle en duurzame nascholingsinitiatieven. De nieuwe structuur biedt ruimte om samen de leraren van de toekomst doelgericht en breed te ondersteunen.’ Job De Meyere, dienstverleningsverantwoordelijke groep lerarenopleidingen, UC Leuven-Limburg
september 2015
25
rudi warson Directeur Dienst Ondersteuning
H
et is onze opdracht “de materiële en personeelsvoorwaarden te scheppen waarbinnen Katholiek Onderwijs Vlaanderen zijn missie kan vervullen”, vertelt Rudi Warson, directeur van de Dienst Ondersteuning. De 33 medewerkers van de Dienst Ondersteuning, verspreid over de eerste, tweede en derde verdieping, zorgen er dus voor dat alle andere medewerkers zich ten volle op hun opdracht kunnen concentreren. ‘Dit is de corebusiness van onze dienst’. ‘Met andere woorden’, lacht een opgewekte Rudi Warson: ‘wij houden het draaiende.’ De dienst Ondersteuning staat in voor onthaal, infrastructuur, personeel, financiën-(boekhouding en aankoop), event-organisatie, documentatie en ICT. Rudi Warson: ‘In de toekomst zullen we proberen alle processen te stroomlijnen, alles moet vlot verlopen. Het is essentieel dat dit gebeurt in een sfeer van verantwoording, transparantie en integriteit.’ Drie woorden die Rudi Warson heel belangrijk vindt. ‘Verantwoording: dat we altijd kunnen zeggen wat, waar, waarom, hoe? Transparantie: we moeten met onze rekeningen naar buiten, zodat de scholen kunnen zien hoe we onze middelen hebben aangewend. Dat is verantwoording afleggen naar onze stakeholders. Voor mij is het vanzelfsprekend dat dit gebeurt in een sfeer van integriteit: we zijn met alles in orde, hebben geen verborgen agenda’s. De gelijkgerichtheid waar Lieven Boeve het over heeft, moet ook doorklinken in onze interne werkwijze.’
Dan hebt u het ook over de pedagogische begeleiding die nu een dienst is van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen en over de eenmaking van statuten? Rudi Warson: ‘Dat wordt een hele uitdaging, omdat we met totaal verschillende regelgevingen te maken hebben. Toch is het de bedoeling dat in de toekomst alles zo geïntegreerd mogelijk verloopt. Gelijk waar het kan, verschillend waar het moet, maar ik veronderstel dat daar nog een lang leerproces aan voorafgaat.’
Over het telefoonverkeer Rudi Warson: ‘De toestelnummers van de medewerkers blijven ongewijzigd. Dat is belangrijk voor de scholen. We schakelen over naar een nieuw systeem van telefonie. Medewerkers zijn gemakkelijk bereikbaar en bij afwezigheid, wordt er back-up voorzien. Een oproep komt dus altijd ergens terecht en wordt opgevangen.’
Dienst Event Rudi Warson: ‘Dit zijn events door het huis georganiseerd, waartoe ook het operationele luik van de nascholing behoort. Activiteiten waarmee we naar buiten komen maken deel uit van het takenpakket van de Dienst Event.’
ICT intern, maar ook extern? Rudi Warson: ‘Intern zorgen we ervoor dat de ICT-communicatie met de scholen probleemloos verloopt. We wagen ons niet meer aan informaticatoepassingen waarvoor er
26
september 2015
uning Dienst Onderste arson W di Directeur Ru
• Onthaal/telefoondesk/secretariaat • Personeel/infrastructuur/ financies/ aankoop • Documentatie
• ICT ook aanbieders zijn op • Event-organisatie de markt (b.v. personeelsadministratie). Wel zo voor de leerplannen, want dat is onze corebusiness. Een ander voorbeeld is het reserveren van vergaderzalen voor intern overleg. Al onze beschikbare vergaderzalen zitten in een ‘pool’ waar iedereen via een kleine ICT-toepassing kan nakijken of de zaal vrij is en vervolgens zelf een zaal kan reserveren. De interne dienst Personeel en de Dienst Personeel van Marc Keppens delen expertise. Een aantal medewerkers van de Dienst Personeel zijn experten op vlak van het decreet Rechtspositie. Wij kunnen bij hen met onze vragen terecht. En omgekeerd hebben wij hier in onze dienst kennis van de wet op arbeidsovereenkomsten voor contractuele personeelsleden. Er is dus wisselwerking.’
Wat zijn de grote uitdagingen voor uw dienst? Rudi Warson: De grote uitdaging is het goed laten sporen van die verschillende ondersteuningsteams, ook al zijn ze met heel uiteenlopende dingen bezig; het verbeteren van processen en werken naar die transparantie.
In de Missie en Visietekst van Katholiek Onderwijs Vlaanderen staat onze directeur Dienst Ondersteuning graag even stil bij punt 8: ‘We erkennen, appreciëren en vertrouwen de professionaliteit van onze medewerkers en zetten actief in op het versterken van hun inspiratie en expertise. Kenmerkend voor onze werking zijn: op menselijkheid bedachte collegialiteit en hartelijke gastvrijheid, teamgericht werken vanuit mede-eigenaarschap en gedeeld leiderschap, en heldere aansturings-, communicatie- en rapporteringslijnen.’ Rudi Warson: ‘Hier voel ik mij geroepen met onze dienst Ondersteuning effectief vorm aan te geven. Participatief leiderschap mag namelijk geen loos begrip blijven in de toekomst. Het is de bedoeling dat alle leidinggevenden in huis de medewerkers op dezelfde manier benaderen. We moeten kunnen aantonen dat wij één huis zijn en de manier waarop bepaalde dingen gedaan worden moet voor iedereen dezelfde zijn. Op korte termijn willen we dan ook werk maken van een gelijke benaderingswijze voor functiebeschrijvingen, personeels- en evaluatiegesprekken, enzovoort. De leidinggevenden van Katholiek Onderwijs Vlaanderen maken ook meer tijd om het effectief te hebben over personeelszaken, zich erover uit te spreken en afspraken te maken.’
chris smits Stafdienst Directeur-generaal Secretaris-generaal
A
ls we aan Chris Smits, secretaris-generaal van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen, vragen wat zijn rol in de nieuwe structuur is, antwoordt hij prompt: een eerste luik; actief zijn op de echelons van politiek, onderhandelingen, Kabinet, andere koepels, kortom de contacten met de overheid, een tweede luik; eindverantwoordelijke voor de overlegstructuren en de directiecommissies voorzitten of van nabij opvolgen. In eerste instantie zal hij dat voor alle onderwijsniveaus binnen het leerplichtonderwijs doen. “Deze commissies voorzitten vind ik heel belangrijk, hier worden de dossiers technisch behandeld. Je hebt er meteen de vinger aan de pols, want standpunten die men voorstelt, worden hier afgetoetst, bijvoorbeeld het loopbaandebat. We moeten weten hoe onze directeurs erover denken. In die vergaderingen kom je tot een vrij hoge techniciteit, dat is anders dan in de adviesraden en in de Raad van Bestuur, waar het om de principes gaat. In een specifieke onderhandelingssituatie heb je die techniciteit nodig.” Ook intern overleg? Chris Smits: ‘Ik zal ook de keten van intern overleg bewaken. Als we meer dan vroeger naar scholen met een organisatie willen evolueren, en dus naar een echte ledenvereniging, dan zullen die leden een heel belangrijke rol gaan spelen in het hele verhaal. De uitdaging zal zijn die keten van intern overleg op de verschillende onderwijsniveaus stroomlijnen. Dat betekent dat we ervoor zorgen dat op het juiste moment het juiste dossier in een directiecommissie belandt, zodanig dat dit naar een adviesraad kan gaan en op zijn beurt naar de Raad van Bestuur. Dat is één van mijn opdrachten, het bewaken van de overlegprocedure, wat belangrijk is om onze ledenvereniging als zodanig waar te maken.’
Uw rol in het directieteam, zal u ook de directeurs begeleiden? Chris Smits: ‘Dat doen we in teamverband, met drie: de directeur-generaal, de pedagogisch directeur en de secretaris-generaal. Ik denk dat het heel belangrijk is ons als een directieteam op te stellen als er beslissingen moeten worden genomen. We streven naar een collegiaal leiderschap, of een gedeeld leiderschap. Ik werk graag in een directieteam, zo heb ik het trouwens altijd gedaan in VSKO 1.0 (nvdr als secretaris-generaal VVKSO). Ook toen was een samenhangend directieteam heel belangrijk zowel naar de medewerkers toe als naar de buitenwereld. Dat vind ik essentieel vooral nu in deze overgangsperiode. Omdat er sowieso een aantal groeipijnen naar boven zullen komen. Ik hou van duidelijke transparante afspraken binnen het directieteam. Intussen heb ik wel wat beleidservaring. In het gedeeld leiderschap streven we naar complementariteit, op het vlak van expertise en op het vlak van empathie. Dat maakt dat je voor een team gaat.’
Verschilt de opdracht van secretaris-generaal VSKO 2.0 sterk met die van vroeger? Wat is de meerwaarde van de nieuwe structuur?
cteur-generaal Stafdienst Dire raal Secretaris-gene Chris Smits
• Organisatie en ondersteuning van bestuurs- en adviesorganen • Transversaal overleg • Politieke beïnvloeding en besluitvorming
dankzij de nieuwe structuur niveau-overstijgend aangepakt, wat vroeger niet het geval was. Je botste op structuren waar op elk onderwijsniveau een thema werd uitgespit. Die thema’s hadden een heel traject afgelegd en werden pas nadien samengebracht. In de nieuwe structuur zullen we het traject gezamenlijk afleggen, en dus vanuit een heel andere invalshoek.’
Welk van de negen punten uit de Missie en Visie-tekst zou u naar voren schuiven? Chris Smits verwijst naar punt 9: We leven zelf na wat we als kwaliteitsvol aan onze hogescholen, centra en internaten voorhouden. We zijn in onze organisatie een inspirerend voorbeeld voor het katholieke onderwijs in Vlaanderen en Brussel. Chris Smits: ‘We willen een voorbeeld zijn voor de scholen, als organisatie, zowel in onze omgang met personeel als in onze structuur. We willen performant zijn, rationeel en efficiënt. Wat we aan de scholen vragen, willen we ook zelf zijn. Transparant, bijvoorbeeld ook naar de middelenstroom. Wat personeel aangaat; hen de nodige tijd geven om te professionaliseren. We zijn een complexe organisatie, en dat zal zo blijven omdat je zowel centraal als regionaal, Vlaanderenbreed, acteert.’
Bekommernissen? Chris Smits: ‘Dat we een hecht directieteam kunnen vormen. Dat betekent heel veel vertrouwen hebben in elkaar, dat betekent ook denken voor het geheel (en niet vanuit een Dienst). Heel veel personeelsleden zitten in een nieuwe setting en zijn uit hun comfortzone gehaald. Dat is niet evident. We moeten ermee rekening houden dat, ook wanneer we als organisatie volop draaien, bijsturingen nodig zullen zijn. We zijn immers een lerende organisatie in beweging.’
Chris Smits: ‘Ik hoop dat we dankzij de nieuwe structuur vlotter dan vroeger tot gezamenlijke standpunten kunnen komen. De items worden
september 2015
27
machteld verhelst Pedagogisch directeur
D
e pedagogische begeleidingsdienst van het Katholiek Onderwijs (PBDKO) is sinds 1 augustus ingebed in Katholiek Onderwijs Vlaanderen. Meer dan 450 begeleiders en een 40-tal nascholers staan in voor de professionele ondersteuning van de instellingen in hun zorg voor de kwaliteit van hun onderwijsactiviteiten bij de uitvoering van hun opvoedingsproject. Begeleiding, nascholing en internationalisering gaan hierbij hand in hand en zijn geïntegreerd in de verschillende diensten van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, en in de regionale, congregationele en VCLB-begeleiding. Dat geheel wordt gecoördineerd door Machteld Verhelst, pedagogisch directeur. We vroegen haar naar de veranderingen voor de pedagogische begeleiding in het kader van Katholiek Onderwijs Vlaanderen en de plannen voor de komende jaren. In welke zin spoort de hervorming van de begeleidingsdienst met het ontstaan van Katholiek Onderwijs Vlaanderen? Machteld Verhelst: ‘De structuurwijziging van de hele organisatie is mee het gevolg van aanbevelingen die gemaakt werden door een externe evaluatiecommissie (in het rapport Monard). Die commissie gaf globaal een positief oordeel over de begeleidingsdienst, en tegelijk ook een aantal verbeterpunten. Begeleiding moet meer effect hebben tot op de klasvloer, daar tijd voor vrij maken door efficiënter te werken, en de krachten in de organisatie daartoe meer bundelen. Daarvoor zijn er een aantal inhoudelijke acties nodig, maar ook een ingreep in structuur en organisatie diende zich aan. Begeleiding, nascholing en internationalisering worden sterker aan elkaar gekoppeld in een continuüm van professionalisering van het onderwijsveld.’
In welk opzicht is de werking van de pedagogische begeleiding gekoppeld aan het katholieke opvoedingsproject? Machteld Verhelst: ‘Het kader waarbinnen we onze opdracht als pedagogische begeleidingsdienst willen plaatsen, is de identiteitsontwikkeling van elke katholieke school op weg naar de katholieke dialoogschool. We leggen hierbij de link naar diversiteit, inclusie, duurzame ontwikkeling, sociale rechtvaardigheid, en het in gesprek gaan met andere overtuigingen en culturen. Pedagogisch begeleiders zullen het concept van de katholieke dialoogschool op scholen introduceren, kansen creëren voor de schoolgemeenschap om er intern over in gesprek te gaan, en de concrete uitbouw ervan ondersteunen. Vanuit de missie en visie van Katholiek Onderwijs Vlaanderen kleurt de pedagogische begeleiding haar decretale opdrachten in. Begeleiden is een vorm van dialogeren met mensen, die als bedoeling heeft ze te ondersteunen in hun ontwikkeling. Begeleiden is geen neutraal proces en gebeurt vanuit een geprofileerde mens- en maatschappijvisie. Vanuit een voorkeursoptie voor de minst sterken respecteren we iedere mens in zijn kracht maar ook in zijn kwetsbaarheid. We willen door ons begeleidingswerk mensen emanciperen. Vanuit het subsidiariteitsbeginsel streven we ernaar ze meer autonoom te maken en ze te
28
september 2015
versterken in hun capaciteit om zelf beleid te voeren. We doen dit op vraag van scholen, maar bieden hen ook zelf onze kennis en onze expertise aan.’
recteur Pedagogisch di st el rh Ve Machteld
• Pedagogische coördinatie van de diensten • Samenhang van visie en beleid, en begeleiding en nascholing • Vlaanderenbrede coördinatie van aansturing van begeleiding en nascholing
Kun je aangeven wat Vlaanderenbreed werken voor de pedagogische begeleiding betekent? Machteld Verhelst: ‘Katholiek Onderwijs Vlaanderen heeft één pedagogische begeleidingsdienst, waarvan de medewerkers werken in verschillende diensten, regio’s en congregaties. We dienden ons begeleidingsplan 2015-2018 voor de zomer bij de overheid in. Het bevat de gemeenschappelijke doelen waaraan Vlaanderenbreed én over alle onderwijsniveaus heen wordt gewerkt, en die verder geoperationaliseerd en geconcretiseerd worden in actiepannen. We blijven daarbij oog hebben voor de specifieke contexten en de verscheidenheid die er is. We kiezen wel resoluut voor eenheid in visie en het bundelen van expertise. Gelijkgerichtheid wordt bevorderd doordat er gecoördineerd vanuit het geheel gedacht en gestart wordt. Belangrijk daarbij is dat we niet centralistisch of top-down tewerk willen gaan, maar net gezamenlijk en gedragen beleid en visie willen construeren. Dat kan de kwaliteit van onze dienstverlening alleen maar ten goede komen. Enerzijds kunnen we efficiënter werken (en dus meer tijd vrijmaken voor de daadwerkelijke ondersteuning van onze instellingen), en anderzijds kunnen we sterker onze expertise opbouwen door meer te delen en zaken samen te doen. Dit moet uiteindelijk ten goede komen van onze leerlingen/cursisten… in onze instellingen. Dit model strookt sterk met mijn visie op gedeeld leiderschap en mijn eigen persoonlijkheid als leidinggevende waarbij het verbindend samenwerken centraal staat:“Individually, we are one drop; together, we are an ocean” (Satoro).’
‘Synergie is een begrip dat een proces beschrijft waarbij het samengaan van de delen meer oplevert dan de som van de delen. Voor mij heeft Katholiek Onderwijs Vlaanderen door een thematische herstructurering van zijn organisatie de krachten weten te bundelen tot één performante organisatie. Een doordachte keuze om beter het hoofd te kunnen bieden aan de juridisering van onze maatschappij. Ik verwacht van de medewerkers een verhoging van hun deskundigheid door deze thematische specialisatie en intervisie met hun collega’s. Hierdoor zullen ze sterker aan de onderhandelingstafel zitten en gerichter invloed kunnen uitoefenen op de besluitvorming, wat voor alle scholen van onze koepel uiterst belangrijk is. Ik wens het Katholiek Onderwijs Vlaanderen heel veel succes toe want in onze scholen hebben we een professionele ondersteuning heel hard nodig!’ Marco Malego, Directeur BuSO Sint-Lodewijk
Rond welke thema’s zal de pedagogische begeleiding de komende jaren werken? Machteld Verhelst: ‘We bieden pedagogische ondersteuning aan vanuit de decretale opdrachten, gekoppeld aan de noden/vragen van onze instellingen. Wat het concrete begeleidingswerk betreft, continueren we grotendeels de bestaande werkzaamheden. Een kwaliteitsvolle ondersteuning van scholen is immers gebaat met het verderzetten van wat goed loopt. Goede praktijken willen we bevestigen en breder stimuleren. Zo kunnen onderwijsinstellingen blijven rekenen op intensieve begeleiding bij de opvolging van een doorlichting . We ondersteunen de kwaliteitsontwikkeling en blijven de kwaliteit van onderwijs en van de leerlingenbegeleiding bewaken door voortdurend in gesprek te gaan met alle onderwijsactoren. Net als de afgelopen jaren besteden we bijzondere aandacht aan het versterken van het beleidsvoerend vermogen van de instellingen en de professionalisering van de personeelsleden. We focussen de komende jaren op een aantal thema’s. Voor de uitwerking daarvan in het begeleidingsplan deden we een uitgebreide beginsituatieanalyse met interne en externe bronnen (bv. het evaluatierapport van de commissie Monard). Op basis daarvan evalueerden we onze werking en bepaalden we welke accenten we de komende drie jaren willen leggen. Dit willen we nu graag voorleggen aan onze doelgroepen. Via een bevraging zullen we dit schooljaar nagaan hoe en waarrond onze scholen en instellingen ondersteund willen worden. Een prioritair thema is, zoals hierboven beschreven, de ondersteuning van scholen op weg naar de katholieke dialoogschool (zie Dienst Identiteit en kwaliteit). Een andere prioriteit is de begeleiding van scholen bij hun zorgbreed en kansenrijk onderwijs. Een groep bege-
leiders competentieontwikkeling is in onze scholen aan de slag rond de implementatie van het M-decreet (zie Dienst Lerenden). We zetten in op inclusiever werken, gelijke onderwijskansen, het welbevinden van lerenden door op te komen tegen pesten, door voldoende oog te hebben voor diversiteit, door een verbindend schoolklimaat en herstelgericht werken te stimuleren. Taalbegeleiders ondersteunen scholen intensief rond taalvaardigheidsonderwijs en meertaligheid. De implementatie van leerplannen blijft ook een kernopdracht van de pedagogische begeleiding. Op dat vlak staan ook enkele serieuze innovaties voor de deur: het vernieuwde leerplanconcept in het basisonderwijs, en het herdenken van de leerplannen in functie van de modernisering van het secundair onderwijs (zie Dienst Curriculum en vorming). Omdat leidinggevenden spilfiguren in onze scholen zijn, willen we hun gedeeld onderwijskundig leiderschap sterker maken. Ook beginnende leerkrachten zullen gerichter ondersteund worden. We bemoedigen en versterken leraren in hun eerste jaren in de praktijk. We reiken kapstokken aan om de interne aanvangsbegeleiding onder de aandacht te brengen zodat de scholen hiermee daadwerkelijk aan de slag kunnen gaan. Waar nodig, werken we samen of maken we afspraken met de lerarenopleiding.’
Welke acties worden ondernomen om de werking van de pedagogische begeleiding te optimaliseren? Machteld Verhelst: ‘De voornaamste aanbeveling van de commissie Monard is dat begeleiders meer op de klasvloer moeten komen. We maken daar dan ook werk van. We zijn ook realistisch: elke individuele leerkracht kunnen we niet op de werkvloer zelf bereiken en ondersteunen. Daarom willen we deskundiger worden in het stimuleren van de interne dynamiek van collegiaal leren. Om meer leerkrachten te bereiken, zien we het toenemende belang van teamwork en vakgroepen in. De schaalvergroting biedt daartoe een opportuniteit. We benutten de bestaande netwerken in de scholen maximaal en we initiëren er nieuwe in functie van het ontwikkelen van de school tot een lerende organisatie. We zorgen er ook voor dat de scholen zelf meer in staat zijn om lerende netwerken efficiënt te benutten in functie van hun doelen. Netwerking is een nuttige werkvorm als er diepgaand gewerkt wordt, met transfer van het geleerde naar de eigen praktijk en die van collega’s. Een ander terrein waarop we willen verbeteren is het samenspel tussen nascholing en begeleiding. Ze zullen meer moeten samensporen en elkaar versterken doorheen proces- en productmatige onderwijsondersteuning. Ze nog meer op elkaar afstemmen in het continuüm van professionalisering en een coherent ondersteuningsaanbod ontwikkelen vormen daarbij de uitdaging. Scholen mogen kwaliteitsvolle begeleiding verwachten met betrokkenheid bij het eigen pedagogisch project en de schooleigen beleidsopties. Als professioneel lerende organisatie willen we gerichter en systematischer de effectiviteit van onze interventies nagaan, en in kaart brengen of we onze doelen kwaliteitsvol realiseren. Ten slotte willen we een organisatie zijn die zich kenmerkt door een open houding naar andere onderwijspartners en er actief en constructief mee samenwerkt. We intensifiëren de samenwerking met de lerarenopleiding, met VCLB en werken ook verder samen met de andere netten. Een pak ambitieuze uitdagingen dus, maar we kunnen hiervoor rekenen op een groep bezielde en gedreven medewerkers!’
september 2015
29
lieven boeve Directeur-generaal
B
ij Lieven Boeve, een jaar later … We stappen binnen in het bureau van de directeur-generaal, die druk aan het telefoneren is, een flinke kop koffie drinkt, van hier naar daar loopt, en nog één en ander probeert te regelen. Ondertussen telefoon van de VRT en straks nog even voor de camera. Voor de medewerkers Lieven Boeve in zijn gewone doen. Ons gesprek met de directeur-generaal verloopt dynamisch als altijd. Hij vertelt met evenveel verve als engagement en met een onverdroten ijver. Want, het gaat over de scholen en hoe zij via de nieuwe organisatie van Katholiek Onderwijs Vlaanderen in een tijd van belangrijke verschuivingen in het onderwijslandschap, een aanloop kunnen nemen tot ‘scholen met een organisatie’. Wat was het belangrijkste in het afgelopen jaar? Lieven Boeve: ‘De visie van waaruit de reorganisatie ontstond en dat die visie ook in de hoofden en de harten van onze mensen verder zindert, ervaar ik als zeer belangrijk. Onze besturen, onze scholen en onze medewerkers pikken het op. Dat wij een organisatie voor de scholen zijn, is de focus van de hele herstructurering. Hoe kunnen wij het onderwijs vandaag, maar ook morgen het beste dienen? Wetende dat we in de toekomst voor een aantal grote uitdagingen staan. En dan heb ik het over het schoollandschap, het optimaliseren van ons onderwijsaanbod (van 0 tot 99 jaar), het realiseren van een inclusiever onderwijs, de ondersteuning van leraren en de kwaliteitszorg in scholen, maar ook hoe we in de nieuwe leerplannen onze eigen inspiratie vertalen. Een groot aantal van deze nieuwe uitdagingen konden we niet langer optimaal opnemen in de niveau- en regiogebonden structuren (met de verbonden, DPBs, enz.) die het VSKO-huis tot voor kort kende. Daarom hebben we ons vernieuwde huis, Katholiek Onderwijs Vlaanderen, zo gereorganiseerd dat we eerst met ons allen samen onze visie en strategie bepalen (bijvoorbeeld over kwaliteitszorg, leerplannen, nascholing, identiteit, loopbaandebat, preventie, lerarenopleiding,…) vooraleer we die per onderwijsniveau of regio aanpakken. Dat is de reden waarom we de expertise die in de verbonden en diensten aanwezig was opnieuw geclusterd hebben in thematische diensten. Dat is ook de reden waarom we de pedagogische begeleiders veel meer als één Vlaanderenbreed team benaderen, die uiteraard ter plaatse, zo dicht mogelijk bij de scholen, actief zijn.’ ‘Voor al deze thema’s laten we ons inspireren door ons toekomstproject van de katholieke dialoogschool. De katholieke dialoogschool is wat ons betreft een bron voor de levensbeschouwelijke, pedagogische, maar ook een organisatorische visieontwikkeling, en een maatstaf voor de gehele werking van het katholieke onderwijs. Het is een totaalvisie op de school, vanuit een christelijk geïnspireerd mens- en wereldbeeld . Het is om velerlei redenen belangrijk ons project en onze inspiratie te benoemen: zeker politiek-maatschappelijk, maar
30
september 2015
aal Directeur-gener e ev Lieven Bo
ook inhoudelijk. Dit project slaagt pas als het handen en voeten krijgt in de wijze waarop mensen dat beleven en ter sprake brengen. De levensbeschouwelijke dimensie van ons project is dus maar één aspect ervan. Samen met het organisatorische en pedagogische moet het levensbeschouwelijke een vertaling krijgen in de wijze waarop doelgroepen en onderwijsniveaus werken.’
Op welke manier zal er in de nieuwe structuur aandacht zijn voor buitengewoon onderwijs, volwassenenonderwijs, internaten, …? Lieven Boeve: ‘Niveaugebonden expertise (volwassenenonderwijs, bij wijze van voorbeeld, is nu eenmaal niet hetzelfde als basisonderwijs) verdwijnt uiteraard niet, maar zal aanwezig zijn binnen elke thematische dienst. Voor de Dienst Personeel, bijvoorbeeld, betekent dit dat we de mensen die nu in de verbonden en diensten hiermee vertrouwd zijn, samen brengen in één dienst, en hen samen verantwoordelijk maken voor alle ondersteuning inzake personeelsbeleid van (hoge) scholen, centra en internaten. In de nieuwe structuur betekent dat wel dat we daarvoor niet langer telkens een aparte specialist per doelgroep nodig hebben. Wel dienen we ervoor te zorgen dat binnen elke dienst voor iedere doelgroep de nodige expertise is. Bijvoorbeeld, iemand neemt qua personeelsbeleid niet alleen voor secundair, maar ook voor het volwassenenonderwijs verantwoordelijkheid, en iemand anders ondersteunt inzake kwaliteitszorg niet alleen het basisonderwijs, maar ook de internaten. We willen uitdrukkelijk linken leggen tussen de verschillende onderwijsniveaus en doelgroepen. Hierdoor willen we voor elk thema en aan elke doelgroep dezelfde kwaliteitsvolle dienstverlening bieden, en tegelijk kansen creëren om met de mensen en de middelen die we bij ons in huis hebben, nog beter te doen.. Ook al doen we veel van ons werk rechtstreeks of onrechtstreeks voor de scholen, hun directies en besturen, tegelijk weten we dat de meeste uitdagingen in de toekomst het best niveau-overschrijdend aangepakt kunnen worden. Een zorgbeleid voor de leerling volgt het best
de volledige leerloopbaan (dyslectie, stopt niet op 18 jaar, bij voorbeeld). Ook de bestuurlijke optimalisering en schaalvergroting (BOS) organiseren we het best niveau-overschrijdend. We willen besturen verantwoordelijk voor zowel secundair als basisonderwijs, zowel pedagogisch als organisatorisch ondersteunen om een herkenbaar en kwaliteitsvol onderwijsproject te realiseren, dat ouders aanspreekt en in lokale gemeenschappen een verschil kan maken. Natuurlijk zal men dergelijk project in de feiten per school niveaugericht uitwerken. En ook hiervoor staan wij scholen, directies en leraren, bij met de expertise die we in huis hebben. Maar de algemene visie willen we wel gemeenschappelijk en door iedereen gedragen ontwerpen. Wat we samen voor het geheel kunnen doen, doen we samen; wat omwille van doelgroep of context best anders gebeurt, doen we ook verschillend. Anders gezegd: we gaan resoluut voor subsidiariteit.’
En naar de pedagogische begeleiding? Lieven Boeve: ‘Eigenlijk maken we hier dezelfde oefening. Wat wij voor de pedagogische begeleiding doen, doen wij ook voor Bestuur & organisatie, voor Personeel, … Eigenlijk zit daar één fundamentele basisvisie achter: de beschikbare mensen en middelen zo efficiënt mogelijk inzetten voor de ondersteuning van onze scholen. Dat betekent dat we visie en beleid het best samen aanpakken en dat voor het geheel van Vlaanderen. De concrete uitrol ervan gebeurt het best zo dicht mogelijk bij de scholen. Voor Bestuur & organisatie betekent dit dat we in samenwerking met de vicariaten kijken naar wat hun concrete dienstverlening is. En hoe die zich verhoudt tot de dienstverlening van onze Dienst Bestuur & organisatie. Voor de pedagogische begeleiding geldt eigenlijk hetzelfde, we gaan voor één visieontwikkeling, en iedereen die ermee bezig is of die nu in Brugge of in Hasselt werkt, maakt niet uit, draagt mee die visie. We brengen die samengedragen visie zo dicht mogelijk bij de scholen. Bijvoorbeeld, de regierol rond BOS, die gebeurt niet vanuit Brussel. Je moet uiteraard een visie hebben voor het geheel van Vlaanderen, ‘waar willen we naartoe?’, zodat je ook met het Kabinet kunt gaan onderhandelen (bijvoorbeeld over mogelijke incentives). Concreet kijken in welke regio’s welke combinaties het best zijn, die regierol moet lokaal opgepakt worden. Zo ook voor kwaliteitsontwikkeling in onze scholen. Iedere school dient uitgedaagd te worden zelf na te denken hoe ze de eigen kwaliteit organiseert en hoe ze die kan optimaliseren. Daarvoor kan je wel – vanuit het geheel - een visie ontwikkelen en een toolkit. Hoe je daarmee concreet aan de slag gaat in een basis- of een secundaire school, in een plattelandsschool of in een school in een grootstad, zal die school in haar eigen context dienen uit te maken. Hierbij ondersteund door pedagogische begeleiders, waarvan het merendeel dan ook regionaal geclusterd is.’
Wat is de rol van de directeur-generaal in die nieuwe structuur? Lieven Boeve: ‘Waar er vroeger een directeur-generaal en een secretaris-generaal was, is er nu een pedagogisch directeur bijgekomen. Machteld Verhelst tekent verantwoordelijk voor het algemene pedagogische beleid en de operationalisering ervan in de pedagogische begeleiding. De secretaris-generaal, Chris Smits, heeft als specifieke opdracht het opvolgen van onderhandelingen en politieke besluitvorming én hij heeft de verantwoordelijkheid voor de organisatie en coördinatie van de interne besluitvorming binnen de organisatie. De directeur-generaal houdt alles samen en is ook het gezicht van de organisatie. Met ons drieën vormen we het beleidsteam van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, dat in gedeeld leiderschap samen verantwoordelijk is voor het geheel.’
‘De rol van de directeur-generaal zit ook concreet vervat in de taken die de stafdienst opneemt: correcte communicatie zowel intern als extern, belangenbehartiging bij de overheid, de samenleving, in de Kerk, politieke beïnvloeding en besluitvorming, de contacten met ons werkveld, … En ervoor zorgen dat er ook een familieband is tussen onze besturen. Daar willen we op inzetten door op het veld aanwezig te zijn en hen goed te betrekken bij de wijze waarop wij tot besluitvorming komen. Niet voor niets hebben we, bijvoorbeeld, directeurs, bestuurders en andere mensen uit onderwijs samenleving in onze nieuwe adviesraden opgenomen.’
Uitdagingen? Lieven Boeve: ‘Het overleg tussen onze besturen zowel regionaal als Vlaanderenbreed kunnen we nog verder verfijnen. We willen graag dat onze beslissingen wel degelijk door het veld gedragen worden. Dat is werk voor het najaar.’
Een andere belangrijke uitdaging is 2015-2016 Lieven Boeve: ‘2015-2016 is een overgangsjaar, een beetje een speciale situatie, want we hebben 2015-2016 voorbereid in de oude structuur, maar we realiseren er de uitvoering van in hervormde structuur. We zullen van de nood zeker een deugd maken, en die situatie gebruiken om het proces van voortschrijdend inzicht dat onze organisatie doormaakt, verder te zetten. Mede dankzij reacties van schoolbesturen en scholen, willen we onze organisatie verder verfijnen. Dat is ook zeer bewust in onze planning opgenomen. In het voorjaar van 2016 zal de Raad van Bestuur de opdracht en werking van iedere dienst grondig doornemen, in dialoog met de mensen van die diensten en in de regio’s. We zullen dit heel consequent opvolgen: dat is immers ook de taak van onze kwaliteitscoördinator, namelijk erop toezien dat we onze beloften nakomen.’ ‘Op 2 juni 2016 willen we de werf van de reorganisatie van onze diensten uiteindelijk afronden, en dit met een groot congres in Leuven. Maar op die dag willen we wel meer doen. We maken ook een stand van zaken op van de twee andere werven. Vooreerst, de definitieve lancering van de katholieke dialoogschool en hoe we daar met directies, scholen en ouders mee aan de slag kunnen. Een aantal experimenten lopen reeds dit schooljaar. Ook van de andere werf, Bestuurlijke Optimalisering en Schaalvergroting, maken we een stand van zaken op. Ook op dat laatste punt is veel aan het veranderen en groeit er een vruchtbaar voortschrijdend inzicht. Gesprekken zijn opgestart, visies worden in dialoog bijgesteld en verfijnd, en er is al heel wat goodwill om er samen iets van te maken. Dat geeft mij heel veel hoop. Ik weet dat er nog veel werk is, en dat nog een aantal situaties wat ontmijnd moeten worden, maar er is heel wat beweging ten goede zowel in de geesten van de mensen, als ook in het concrete overleg tussen scholen en schoolbesturen.’
Hoe verliepen de diocesane jaarvergaderingen, waar u de hervorming van het VSKO toelichtte? Lieven Boeve: ‘Bestuurders zeggen blij te zijn om meer inzicht, transparantie en efficiëntie. Niet voor niets vertel ik dat deze nieuwe structuur eigenlijk onze eigen BOS is. Wat wij van de scholen vragen, doen we zelf. Voor bestuurders is het belangrijk dat onze organisatie hen goed ondersteunt. Vooral de ‘missie en visie’-tekst (nvdr: zie p. 9 in dit nummer) heeft indruk gemaakt. Daar hebben we zeer goede reacties op gekregen. De combinatie van die negen punten wordt ervaren als een sterke visie om dit huis in de komende jaren stevig vorm te geven.’
september 2015
31
Waar zijn we mee bezig?
WAARDERING
Door de lieve, innemende blik, Jezus, waarmee U Zacheüs hebt aangekeken, deed U in de eenzelvige, schuwe man een mensenvriend opstaan. (Lc. 19,1-10) Door de onbevangen aanraking waarmee U de melaatse bevrijdde van zijn kwaal, haalde U hem terug in de kring van medemensen. (Lc. 5,13-16) Op een bemoedigend woord van U gooiden uw vrienden-vissers na een nacht vruchteloos zwoegen en tegen beter weten in toch hun netten uit: de opbrengst verraste hen. (Lc 5,1-11) Door uw aanwezigheid overwonnen uw leerlingen hun angst voor de stormen die bij hun bestaan hoorden en kregen zij terug vertrouwen. (Lc. 8,22-25)
© Koen Lemmens
Allen mensen die wij, 2000 jaar later, ook tegenkomen op school, wachtend op een teken, een blik, een woord van waardering van ons, op onze attente aanwezigheid.
Van Gogh-kleuren, weliswaar zonder zonnebloemen, I LIKE IT …
“Geef mensen een pluim en ze krijgen vleugels”, bedacht ooit Bond zonder Naam. Pas als achting en waardering je te beurt vallen, kan je ten volle zijn wie je bent, kan je probleemloos uitgroeien tot een evenwichtig mens. Wie eerbied mag ervaren, wie bijval en instemming krijgt, wie op begrip mag rekenen, vindt sneller vrede in zichzelf en voelt zich minder bedreigd. Niet zonder belang om anderen waarderend te kunnen bekijken.
Laat ons worden zoals U en de kracht van onze waardering, genadewerk van uw Geest, aanwenden om mensen en gemeenschappen sterker te doen staan in het mens-zijn zoals U het voor ogen hebt. Amen.
We supporteren en juichen voor coureurs en voetballers, maar niemand bemoedigt of feliciteert de bandwerker. We omhelzen en kussen populaire rocksterren, en mijden onze zonderlinge eenzame buurman. We rollen de rode loper uit voor de stiletto’s van filmdiva’s, en laten een dakloze op karton slapen. We luisteren naar het hoogdravende betoog van politici, maar doen alsof we de vreemdeling die de weg vraagt, niet verstaan. Nochtans zijn politicus, vreemdeling, filmdiva, dakloze, rockster, buurman, coureur of voetballer en bandwerker allen gelijk ooit geboren uit een moeder die haar kind toewenste dat het omhelsd en gekust zou worden, dat er voor hem gesupporterd en gejuicht zou worden, dat zijn leven over een rode loper zou mogen gaan, dat het beluisterd zou worden en geëerd in zijn menselijke waarde, wat er ook van hem zou worden. Iesja
Elke abonnee van Forum ontvangt Leeftocht automatisch en gratis als bijlage. Wie geen abonnee van Forum is, kan een individueel jaarabonnement nemen. Hebben meer collega’s graag hun eigen origineel exemplaar van elk nieuw Leeftochtnummer? Vanaf drie jaarabonnementen op eenzelfde adres geniet men van een voordelig groepstarief. Zie de voorwaarden op pastoraal.katholiekonderwijsvlaanderen.be in de rubriek Leeftocht.
Suggestie: Deze cover, met teksten uit Leeftocht, kan gebruikt worden voor een bezinnend moment. Leeftocht – Maandelijkse inspiratiebron – Een verademing voor onderwijsmensen – Proviand voor onderweg. ‘Waar zijn we mee bezig?’ De nieuwe jaargang ‘Waar zijn we mee bezig?’ staat online. Start-, september- en oktobernummer kun je downloaden. Een bezinnende PowerPoint leidt de jaargang in. Surf naar de rubriek Leeftocht van pastoraal.katholiekonderwijs.vlaanderen en aarzel niet om je impressie te mailen naar
[email protected]. De affiche voor de Leeftochtjaargang 2015 -2016 was bijlage bij het Forumnummer van juni, evenals het start- en septembernummer. In bijlage bij voorliggende Forumeditie zit het Leeftochtnummer voor oktober ‘Geweld’.
Jg. 31, Waar zijn we mee bezig? nr. 1, september 2015